Te zware financiële eisen
37STE JAARGANG
No. 45
16 APRIL 1971
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZUID-BEVELAND
LANGS DE STRAAT
De veertigste van Mozart
U kunt niet alles weten
Meester Veswijk zet door
REDACTEUR ADMINISTRATEUR
J. M. C. VAN DER PEYL - KRUININGEN
MARKT 19 TELEFOON (01130) 1381 GIRO 2 84 25
de scheldebode
Abonnementsprijs bij vooruitbetaling f 2,15 per kwartaal
Franco per post f 4,40 per halfjaar
Advertentieprijs 1-25 mm f 4,50, verder 18 cent per mm
Excl. 4 B.T.W.
Ingezonden mededelingen dubbel tarief
In te zenden vóór woensdag 12 uur
Verschijnt des vrijdags
UITGAVE
DRUKKERIJ F. VAN DER PEYL - KRUININGEN N.V.
Bij de voorbereiding van de verkie
zingen voor de Tweede Kamer op 28
april a.s. zijn de wensen van de politieke
partijen voor het toekomstig beleid via
vernieuwde politieke programma's en
verkiezingsprogramma's op tafel gelegd.
Alsof de onderlinge tegenstellingen, die
daaruit spreken, nog niet groot genoeg
zijn is er ook van de kant der vakcen
trales nog een verlanglijst geproduceerd.
Alle wensen hebben één ding gemeen
dat zij steeds een uitbreiding van de
collectieve voorzieningen betekenen en
dat zij het staatsbudget dus zwaarder
zullen belasten. Dit betekent een verde
re verhoging van de belastingdruk op
ons volk. Is dit aanvaardbaar? Is dit
haalbaar
ZWAARDERE BELASTING VAN HET
STAATSBUDGET
De drié grote vakcentrales hebben
verlangens die voor een goed deel liggen
buiten hun eigen direkte arbeidsveld. Zij
wensen opvoering van de woningbouw
tot 140.000 huizen per jaar. Een toe
neming van de produktie met enige
tienduizenden, men kan zeggen met ca.
20%. Dat zou ons land in 1975 ongeveer
650 miljoen kosten. Vanzelfsprekend
verlangen wij er alleen naar om na ruim
een kwarteeuw woningnood evenwicht
in vraag en aanbod van huizen te krij
gen. Dat evenwicht zou ook kunnen
ontstaan door als bewoners grotere be
reidheid te tonen voor een huis de huur
prijs te betalen die noodzakelijk is om
een rendabele bouw mogelijk te maken.
In hun wensdroom stellen de vakcen
trales zelf dat de overheidsvoorzienin
gen zoveel mogelijk ten laste moeten ko
men van hen, die daarvan gebruik ma
ken. Past men dit beginsel toe op de
huizenmarkt dan zal men op dit punt
naar verwezenlijking kunnen streven
zonder een zo zware belasting van het
staatbudget als men nu stelt. Daarbij
zij aangetekend dat er voor de werkelijk
door huur in hun primaire welvaart be
dreigden een huurtoeslag zou kunnen
worden toegekend. Het subsidiëren van
bewoners is iets anders dan het deelne
men aan de huizenexploitatie door de
centrale of lagere overheid.
Veel miljoenen nodig.
Op onderwijsgebied heeft de vakbewe
ging drie wensen. Bij het kleuter- en
basisonderwijs moet de klassegrootte
extra verminderd worden. Daarnaast
moet er leerplicht komen voor kinderen
van vier tot zes jaar en partiële leer
plicht van 16 tot 18-jarigen. Men zal
met ingang van het komende leerjaar
de leerplichtwet van 8 op 9 jaar bren
gen. zodat wij voor de 15-jarigen geen
wens meer behoeven te deponeren.
De kosten van deze onderwijswensen
zouden een miljard gulden bedragen.
Deskundigen op onderwijsgebied kunnen
ons voorrekenen dat de financiële ge
volgen van de wet op het voortgezet
onderwijs nog lang niet uitgewerkt zijn.
Ook zonder de uitvoering van de wen
sen der werknemersbonden zal de on
derwijsbegroting een autonome stijging
vertonen van vele miljoenen. Minister
Witteveen heeft al uitgerekend dat er
ook zonder extra wensenpakket vermoe
delijk belastingverhoging nodig zal zijn.
De onderwijskundige noodzaak van
leerplicht vanaf het vierde jaar is nog
niet aangetoond en voor de 16 tot 18-
jarigen zou men eens moeten beginnen
met een onderwijsrecht te prediken in
plaats van een partiële leerplicht te ei
sen. De hier neergelegde wensen zijn
meer op politiek effekt dan op reële be
hoefte geënt.
Het optrekken van de belastingvrije
voet voor gehuwden met twee kinderen
tot het minimum loon zou 300 miljoen
kosten. Dit lijkt niet onhaalbaar wan
neer het gehele tarievenpatroon voorde
loon- en inkomstenbelasting daarmee
niet uit zijn verband wordt gerukt. De
wedde van dienstplichtigen zou ver
hoogd moeten worden voor een offer
van 100 miljoen. Dit vraagstuk zou
moeten worden bekeken in het kader
van de omschakeling van een leger van
dienstplichtigen in de richting van een
beroepsleger.
Een aktuele wens is de bevordering
van de milieu-hygiëne. Mogelijk zullen
hiervoor fiscale offers nodig zijn. Wan
neer men ook op dit terrein de gedach
te hanteert dat de kosten van milieu
hygiëne zoveel mogelijk ten laste moet
komen van degenen die ervan profiteren
dan zal er aan de hiervoor gevraagde
300 miljoen nog wel gedokterd kun-
jien worden.
Belastingverzwaring.
Wij allen wensen uitbreiding van de
voorzieningen voor sport, recreatie en
cultuur. Hiervoor zijn al forse bedragen
beschikbaar. Eerst zou moeten worden
bezien of die goed besteed worden. Daar
wordt aangetwrjfeld, zodat ook daar
niet direkt 300 miljoen voor behoeft
te worden uitgetrkken, zoals gewenst
wordt. Dan wordt er nog 250 miljoen
gevraagd voor regionale ontwikkeling en
600 miljoen meer voor ontwikkelings
hulp. De laatste ligt in het verlengde
van de eerste. Nederland is relatief ge
zien koploper in het verstrekken van
ontwikkelingshulp, zodat wij beter eerst
andere landen op dit terrein voorrang
kunen geven. Bijna alle grote partijen
eisen uitbreiding van de regionale hulp,
zodat daar zeker geld voor zal worden
vrijgemaakt.
De vakbeweging is zelf van mening
dat met belastingverhoging van ruim
een half procent per jaar haar program
ma niet haalbaar is. Het is te betreuren
dat de wensen niet meer beperkt zijn
gehouden dan hadden zij aan effekt ge
wonnen en door duidelijkheid waren zij
meer indringend geweest. In de verho-
gingswens wil men voor de helft de di
rekte belastingen verzwaren. Afgezien
van de wetenschap dat dit in het kader
van de fiscale harmonisatie in E.E.G.-
verband moeilijk haalbaar zal zijn, lijkt
dit ook economisch niet te verwezenlij
ken. Reeds bij de bestaande belasting
druk weet men een stuk heffing af te
wentelen op anderen. Die afwenteling
door de hogere inkomens neemt toe met
de verzwaring.
Men gaat dan de lage inkomenstrek
kers snijden met het mes dat men voor
anderen heeft gescherpt. Een nieuwe re
gering zal niettemin bij haar ambtsaan
vaarding met de wensen van de vakbe
weging zeker rekening houden. Dit
neemt niet weg dat ook de vakcentrales
door middel van hun aktieprogramma
hebben meegewerkt aan het hoog op
tasten van de wagen met lasten, die het
nieuwe regeringsteam zal moeten trek
ken. Met dergelijke akties dient men
noch het eigen belang, noch dat van een
democratisch bestel dat zijn levensvat
baarheid moet ontlenen aan program
ma's die duidelijk te verwezenlijken zijn.
Het blijkt dat grote politieke formaties
die fundamentele eis evenmin hebben
begrepen als de werknemersbonden.
Drs. A. VAN MIERLO
(Nadruk verboden)
HET KANIS 'BAALTJE
De diefstal die nu door de officier van
justitie ten laste werd gelegd, had iets
te maken met een bijeenkomst van kan
nibalen. Tenminste, dat begrepen wij uit
de dagvaarding.
Er waren al vroegtijdig medewerkers
gezocht voor „feestelijkheden na de
vasten". Die medewerkers mochten
niet te oud zijn, ze moesten medisch
zijn goedgekeurd en ze zouden het nooit
meer kunnen navertellen. Duidelijker
kon het eigenlijk niet
„Dat bedoelde ik niet zo," sputterde
de leerling typograaf.
„Het stond toch duidelijk in de adver
tentie," weerlegde de politierechter. En
hij hield een krant omhoog.
„Daarin staat: discretie verzekerd."
„Ja, dat zie ik. Met andere woorden:
d'r zal niet gekletst worden over die
aangerichte orgie. Wat moest er op ta
fel komen? Mensenvlees?"
„U leest het verkeerd!"
„Ik heb anders heel normaal lezen ge
leerd en het staat hier allemaal zwart
op wit. Ik wil het nog wel een keer
voorlezen
,,Ik weet het zelf wel, wat ik gezet
heb."
„Blijkbaar realiseert u zich toch niet
goed, dat u eigenlijk mensen uitnodigde
om opgegeten te worden!"
„Nee, omdat 't niet zo is."
„Wat bedoelde u dan? Waarom wer
den er dan mensen met goedgekeurd
vlees aan hun lichaam gezocht voor een
feestmaaltijd na de vasten en waarom
zouden die het geheim zo goed bewa
ren? Ik denk maar zo: omdat ze het
geheim mee zouden r.emen in hun graf.
Of in de kookpot dar, wel te verstaan."
Het schaarse publiek op de tribune
schuddebuikte van ingehouden pret.
„D'r moest geen mens in de kookpot,
't Gaat hier om een normale kerkelijke
bijeenkomst met een wijdingsfeest."
„Een abnormale bijeenkomst, bedoelt
u."
„Een hele normale met een jaarlijks
terugkerend rituehriet-je-weel,
waarbij gezegende spijzen op tafel ko
men."
„O en dat waren die medewerkers."
„Nééé meneer de rechter," riep de
zenuwachtig bewegende verdachte wan
hopig uit. Hij moest nu eerst uitleggen
wat voor vreemde kerkelijke secte hij
bedoelde. Dat bleek een niet erkend
groepje te zijn, dat meer onverklaarbare
rituelen op de liturgische kalender had
staan dan het leden telde. Daarom had
de geestelijke herder opdracht gegeven
aan deze jonge aanhanger, om in een
weekblaadje dat op zijn drukkerij ver
vaardigd werd, een aanlokkelijke adver-
tie te plaatsen met de belofte van een
mooi feest na Pasen. De aankomende
typograaf had daarvoor zelf de zethaak
ter hand genomen en de kolommen van
het advertentieblaadje opgesierd met 'n
wat wonderlijkk uitgegvallen tekst, die
klachten wegens kannibalisme ten ge
volge had.
De directeur van de drukkerij had
toen de onbezonnen werkkracht ontsla
gen omdat de verdachte dat „niet nam",
nam hij iets anders wel. Hij eigende
zich bij zijn vertrek namelijk 'n gereed
schapskist met inhoud toe. „Als schade
vergoeding" naar hij nu beweerde.
„Het lijkt me lastig, mensenvlees te
eten met waterpomptang en combinatie
tang," meende de rechter, die waar
schijnlijk gelijk aan de gebroeders Bever
dacht. „Had u niet beter gewoon mes en
vork meenemen naar dat feest?"
De officier eiste honderd gulden boe
te of tien dagen. De politierechter maak
te er 70,of een week van, met de
vermaning om de mensen voortaan niet
meer zo te laten schrikken.
(Nadruk verboden) d'ARGENTY
In alle tijden zijn componisten en ar
rangeurs bezig geweest om de „klas
sieke muziek" in te passen in de diver
se nieuwe muziekstijlen. Bij vele pogin
gen was de mislukking bij voorbaat al
verzekerd, bij andere pogingen trok men
de schouders op en zei men: Voor mij
hoeft dat niet en slechts voor enkelen
was het weggelegd de top van de
„waarderingsladder" te bereiken.
Een dergelijk succes lijkt weggelegd
te zijn voor Waldo de los Rios, een nog
vrij jonge, begaafde componist en ar
rangeur, die de sensatie van 1971 be
looft te worden. Zijn laatste LP: „Sin-
fonias" lost al een gedeelte van deze
beloftes in. De pure klassieke muziek
van Beethoven, Mendelssohn, Tschai-
kowsky voorzag hij op deze plaat van
een fijn ritme, waardoor deze muziek
op het hedendaagse publiek werd afge
stemd, zo zelfs dat na een succesrijke
verkoop van deze LP in Spanje en Zuid-
Amerika ook in Nederland de victorie
is begonnen. Dacht men bij Negram de
plaat slechts te kunnen importeren,
spoedig moest men echter overgaan tot
een eigen persing door de sterk toe
nemende vraag naar de elpee. Radio
en teevee hebben daarbij bovendien de
aandacht op deze plaat gevestigd door
hem regelmatig te draaien. Wie is dan
wel deze succesvolle komponist en ar
rangeur
Waldo de los Rios werd in Buenos
Aires, Argentinië, geboren als zoon van
een musicus en Martha de los Rios,
toendertijd ongetwijfeld de belangrijkste
vertolkster van de Argentijnse volks
muziek. Reeds op jeugdige leeftijd moest
Waldo mee op tournee door Zuid- en
entraal Amerika om zijn moeder te be
geleiden op de piano. Van haar kreeg
hij dan ook de liefde voor de volksmu
ziek overgedragen, maar zijn muzikale
vorming kreeg toch meer gestalte toen
Waldo de los Rios tijdens de opname
van de plaat „Sinfonias".
hij op 14-jarige leeftijd werd toegelaten
tot het „Carlos Lopex Buchardo" con
servatorium, alwaar hij slaagde voor de
leraarsbevoegdheid. In zijn studietijd
„speelde" hij vaak met microfoons en
andere electronisehe opnamesystemen
omdat de grammofoonplaat hem mate
loos fascineerde. Tijdens zijn diensttijd
kreeg hij de gelegenheid om de folklore
van het land intens te beleven en zette
hij deze muziek op de plaat, hetgeen
zijn eerste succes werd. Spoedig kreeg
hij opdrachten tot het componeren van
filmmuziek bij specifieke Zuid-Ameri
kaanse films en kon hij daarvoor dank
baar gebruik maken van de folklore- en
volksmuziek van geheel Zuid-Amerika.
In 1962 verliet hij Argentinië en vestig
de hij zich te Madrid, alwaar hij veel
arrangeerde in het populaire genre voor
Raphaël, Angeles, Mari Trini, Pekeni-
kes, Maria Ostiz en Karina, de verte
genwoordigster voor Spanje tijdens het
Eurovisiesongfestival te Dublin. En wie
kent nog niet „Song of Joy" van Mi
guel Rios, waarvan de muziek werd ge
componeerd door Waldo de los Rios.
Van deze componist-arrangeur zullen
wij ongetwijfeld nog veel te horen krij
gen in de komende jaren.
Glimmende plekken in wollen stof.
Heeft u met een te warm strijkijzer
gestreken, dan wil de wollen stof nog
wel eens gaan glanzen. De bewuste
plek strak spannen over een melk
koker of pannetje, waarin u kokend
water hebt gedaan. De damp door de
stof laten dringen en tegelijk met een
lapje van dezelfde stof krachtig wrij
ven.
Ook zout. Zout is niet alleen goed en
smakelijk in het eten, maar ook een
heerlijk wasmiddel. Probeert u het
maar eens met uw gordijnen. In een
goede zoutoplossing gelegd, vliegt het
vuil er uit.
Bewaren van kaas. U dient bij het be
waren van kaas te zorgen voor stof
vrij houden en ventilatie. Een kaas
stolp zonder luchtgaatjes kan wel ge
bruikt worden, maar u dient dan te
zorgen dat er een kleine opening is
tussen stolp en schotel, door er een
klein voorwerp tussen te schuiven.
Een koele plaats is aan te raden,
daar de kaas anders gaat „zweten"
en aan smaak verliest.
door
GERRIT FRANSEN
18)
„Maak je alsjeblieft niet zo druk;
nogal de moeite waard, zo'n stukje
touw. Maar als je er persé op staat
overigens, ik geloof er nog steeds niets
van. Bep komt uit een keurig gezin."
„Ik heb het niet over het gezin Top
pers, maar over Bep Toppers."
„Stil maar. Ik zal haar straks onder
vragen. Zijn jullie in de stad ook zo ver
schrikkelijk consciëntieus Mij dunkt,
dat is dan betere zaken waardig."
Evert gaf er de voorkeur aan maar
niet te antwoorden, doch om kwart over
twaalf kwam Hanekam naar hem toe en
zei: „Net wat ik dacht, dat touw heeft
ze niet van dat kind van Alfers afge
pakt, ze heeft het van thuis gekregen.
Je was wel een beetje voorbarig in je
oordeel, he?"
De aangesprokene wond zich op.
„Luister eens, collega." begon hij, pro
berend zichzelf te beheersen, „dit touw
hij haalde het uit zijn zak is van
Greetje Alfers. En weet jij, waarom dat
ik het zo goed weet Omdat ik het haar
gisteren zelf heb gegeven, snap je? Ik
had nog touw, mijn vrouw heeft het op
maat geknipt en ik maakte er een paar
handvaten aan, die ik schilderde." Hij
hield het de man voor. „Alsjeblieft.
Wou jij me vertellen, dat ze zoiets in
de winkel verkopen? Ik betwijfel of je
het zelf gelooft."
„Nou, het kan toch? Er zijn mis
schien tientallen van zulke dingen. Alle
mensen, wat maak jij je daar toch dik
over."
„Hoor êens, Willem, laten we elkaar
nou goed begrijpen, he? Tenslotte moe
ten wij op dezelfde school samenwerken.
En daarvoor is een onderlinge goede
verstandhouding nodig. En begrip voor
elkaar.. Als jij bij me zou komen met de
boodschap: een van jouw kinderen
heeft gestolen, al was het bij wijze van
spreken een dubbeltje, dan neem ik dat
voetstoots van jou aan. En dan laat ik
het aan jou over om de strafmaat te be
palen. Tenzij jij zou zeggen: Maak jij
dat maar in orde. In dat geval zou ik
dat kind straffen. En behoorlijk, daar
kun je van opaan. Zo deden wij dat in
de stad en ik meen te mogen verwach
ten, dat het op elke school op deze wij
ze gaat. Of moet het hier anders, omdat
jij om welke reden dan ook, die Bep
Toppers de hand boven het hoofd wilt
houden?"
„Zeg eens even, wat denk je wel van
me? Mijn principe is: nooit onderscheid
maken, in geen enkel opzicht. Al mijn
kinderen hebben gelijke rechten en plich
ten. Maar als Bep zelf nu zegt, dat ze
het van haar moeder heeft gekregen..."
„Dan liegt ze bovendien, want Greetje
heeft dit springtouw van mij."
„Hm. Als je het mij vraagtwel
een beetje stom. Daarmee steek je de
anderen de ogen uit en schep je een
precedent."
„Daar gaat het nu niet om, Willem.
Dit springtouw hij haalde het uit zijn
zak en toonde het opnieuw heb ik
Greetje gegeven. Dat is één. Een dag
later vertelde het meisje me, dat een
ander het haar afgepakt had, maar ze
wilde of durfde geen naam te noemen.
Dat is twee. Vanmorgen zie ik, dat een
meisje uit jouw klas met een vriendin
netje ermee springt. Dat is drie. Wat
ligt hierin opgesloten. Dat die Bep het
van Greet heeft afgepakt. En me boven
dien voorliegt, door te zeggen, dat ze
het thuis heeft gekregen. En nou jij
weer."
Hanekam liep een paar passen van
hem vandaan, nadenkend. „Tja, het
wordt zodoende een vervelende historie,
Evert. Ik ken het gezin Topper als ui
terst keurig. Daarentegen is de moeder
van Greet Alfers niet iemand met een
onbevlekt verleden".
„O. Kan Greetje dat helpen? Jij gaat
uit van de gedachte: de appel valt niet
ver van de boom, he?"
„Luister eens goed Evert, we moeten
dit niet op de spits drijven. Ik ben hier
geboren en opgegroeid: ik ken iedereen
in het dorp, mede ook door mijn huidige
kerkerlijke functie. Op het gezin Top
pers is niet aan te merken. Dat kan ik
van de moeder van Greetje helaas niet
zeggen. Wat ligt hierin opgesloten? Dat
ik Bep eerder geloof dan Greet."
„Dank je wel. Mij daarmee stempe
lend tot een leugenaar."
De ander schudde zijn hoofd. „Hoe
kom je erbij? Hoor je me dat zeggen?
Er zullen wel meer springtouwen zijn
met gekleurde houtjes er aan. Je kimt
je toch vergissen?"
Evert borg het touw weg. „We zullen
de discussie maar sluiten, Willem, want
het heeft geen zin er langer over te
praten. Jij wilt persé iets niet zien. In
orde, dat weet ik nu en daarom zal ik
dit zaakje zelf wel opknappen."
De ander begon rood aan te lopen.
„Je zult toch wel zo wijs zijn om niet
naar Topper te gaan?"
„Dat doe ik nu juist wel, vanmiddag,
na schooltijd. En ik ga ook naar de ou
ders van Greetje. Het gaat nu niet meer
om dit touw, maar om het principe. Ik
stel vast: Bep Topper heeft een touw
van Greetje Alfers afgenomen. Als ze
daarover wordt ondervraagd, liegt ze
ook nog. Als jij deze zaak niet in het
reine brengt, doe ik het."
„Dat hoeft niet. Ik zal dit opknappen,
daar kun je op rekenen," antwoordde
Hanekam. „Meteen vandaag nog. Ik
moet enkel nog overleggen, hoe ik dat
moet doen, want als ik bij Topper thuis
kom zanikken over een weggenomen
springtouw, lachen ze me in m'n gezicht
uit."
„Ik dacht, dat het zulke fatsoenlijke
mensen waren?"
„Juist daarom. Laat het maar aan mij
over; ik zoek dit uit. Reken maar."
Nog nijdig fietste Evert naar huis. En
toen Dinie met een strak gezicht con
stateerde: „Wat ben je weer laat van
middag", was dit de druppel, die de em
mer deed overlopen: „Mens, zeur niet
over een paar minuten; ik had belang
rijker dingen aan m'n kop dan middag
eten!"
(Wordt vervolgd)