NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZUID-BEVELAND
Meester Veswijk zet door
37STE JAARGANG
No. 37
19 FEBRUARI 1971
Verschijnt des vrjjdags
LANGS DE STRAAT
LAND- EN TUINBOUW
U kunt niet alles weten
Rodenstock monturen,
Rodenstock glazen,
voor uw betere bril
REDACTEUR ADMINISTRATEUR
J. M. C. VAN DER PEYL - KRUININGEN
MARKT 19 TELEFOON (01130) 1381 GIRO 2 84 25
de scheldebode
Abonnementsprijs bij vooruitbetaling f 2,15 per kwartaal
Franco per post f 4,40 per halfjaar
Advertentieprijs 1-25 mm f 4,50, verder 18 cent per mm
Excl. 4 B.T.W.
Ingezonden mededelingen dubbel tarief
In te zenden vóór woensdag 12 uur
UITGAVE
DRUKKERIJ F. VAN DER PEYL - KRUININGEN N.V.
DE PLATTELANDROVER
„Ik wou 'm krek terugzetten", zei de
jonge rover van een Landrover, toen hij
voor de balie geroepen was.
„Dat is dan wel toevallig. Waarom
hebt u die Landrover niet een dag eer
der teruggebracht?"
„Het regende, edelachtbare".
„O, dus als 'tzo meteen gaat rege
nen, pikt u mijn auto mee om droog
thuis te komen?"
De knaap die zich agrarisch assistent
noemde, omdat hij een kersvers diploma
met die titel van de lagere landbouw
school in zijn zak had, protesteerde.
„Daar zal ik wel afblijven!"
„Dus u ziet in, dat u zomaar geen
auto mag wegpakken?"
„Nee, van üw auto zou ik wel afblij
ven", klonk het ontnuchterende ant
woord.
„O, wacht even, dus u denkt dat u
wel een andere auto mag gebruiken als
het regent..."
„Dat hangt er van af, welke het is".
„Waar hangt dat van af, van de hoe
veelheid regenwater?"
„Nee, natuurlijk niet".
„Waar kijkt u dan naar, of 't een
nieuwe auto is, of speciaal een Ameri
kaanse slee?"
„Nee, alleen die van een kennis".
„Aha, u dupeert graag uw kennissen
en uw vrienden".
„Die dupeer ik niet. Ik weet, dat ik
z'n wagen kan lenen en efkens kan ge
bruiken".
„Maar di kennissen gaan daar he
lemaal r b akkoord. Die missen op
eens hi want u vraagt niets, u
pakt zom .iun eigendom weg, en dan
moeten zij met de fiets of met de trein
op reis".
„Nou, dat valt nogal mee. Die kennis
van deze wagen gebruik 'm helemaal
niet zo vaak. Af en toe maar 's om met
een meissie op stap te gaan. Dus die
stong d'r toch".
„U zegt: die kennis van deze wagen.
Dus u leeft helemaal met die wagen
mee en die kennis is voor u bijzaak in-
plaats van andersom... Maar wij kun
nen niet toestaan, dat u andermans be
zit zomaar als het uwe beschouwt".
„De eigenaar had anders gezegd: ga
je gang maar, 't sleuteltje heb je!"
„Het sleuteltje heb je? Had u een
sleuteltje van die auto?"
„Jawel, anders had ik 'm niet kun
nen rijden".
De getuigen moesten binnenkomen.
Maar het bleek alras, dat de jonge plat
telander niet het officiële sleuteltje van
de Landrover had gekregen. Hij bezat
een elders op de kop getikt contactsleu
teltje, dat er op paste.
„En ik heb 'm hèrhaaldelijk gewaar
schuwd, dat ie met z'n jatten van m'n
kar mot afblijven", zei de eigenaar,
„maar elk weekend was 'tweer raak
en pikte die soms die kar voor m'n
neus weg. Hij houdt maar gewoon vol,
dat ik 'm niet nodig heb".
„We hebben hèm nodig", bromde de
officier en hij vorderde drie weken ge
vangenisstraf, wegens diefstal.
De raadsman hield een pleidooi en op
perde, dat een pas afgestudeerde jonge
agrariër niet aan het begin van zijn car
rière met een strafblad mocht worden
belast. De politierechter kaatste terug,
dat hij dan maar niets op zijn strafblad
moest laten schrijven, want iemand met
een einddiploma is wijs genoeg om te
weten, wat wel en niet mag. En toen
kreeg de aankomende agrarisch assis
tent het woord weer.
,,'tWas niet eens diefstal. 'tWas joy
riding. Ik bracht die wagen krek terug,
toen ze me aanhielden".
„Dat kunt u nou wel zeggen", ant
woordde de rechter, „maar u had zes
dagen tijd om die auto terug te brengen
en toen hebt u er voortdurend zelf mee
gereden. En deze zaterdag reed u er
weer mee, toen u werd aangehouden. En
u reed beslist niet in de richting van
uw kennis. Het blijft dus drie weken,
maar dan één week nu en twee weken
voorwaardelijk met een proeftijd van
twee 'jaar".
De gediplomeerde plattelandrover kon
gaan.
(Nadruk verboden) d' ARGENTY
SPROEIMEST GEEFT VOORDELEN
Sproeimest lost zeer snel en volledig
op. Deze meststof is bestemd om ga
zons en borders via begieten te bemes
ten. Men lost in een gieter van 5 liter
een maatschep ASEF sproeimest op,
voor een gieter van 10 liter moeten 2
maatscheppen gebruikt worden, hier
mede kan dan 20 m2 gras of border
worden behandeld.
Het opmerkelijke van deze bemesting
is, dat verbranding van gras of bloe
men is uitgesloten. (Zelfs niet al zou
men een gehele gieter tegelijk op één
plaats leeg gieten.)
Verbranding ontstaat n.l. door een te
hoge concentratie meststof in het vocht
op de bladeren of in de grond; bij deze
bemestingsmethode staat de concentra
tie echter vast.
De meststof bevat een „compleet"
pakket voedingsstoffen, in vrijwel voor
elk gewas geschikte N P K-verhou
ding. Het plantenvoedsel werkt onmid
dellijk omdat het al is opgelost voordat
het wordt toegediend.
Voor elke meststof die normaal wordt
uitgestrooid, is een zekere tijd nodig
aleer ze is opgelost en dus opneembaar
voor de plant.
Van de uitgegoten meststof blijft een
deel op de bladeren achter, waardoor
een verbetering van de bladkleur wordt
bereikt.
Bij de sproeimestmethode is het grote
voordeel de zekerheid dat met deze
methode normaal gesproken niets mis
kan gaan, bovendien is het resultaat
van de bemesting snel zichtbaar.
Alles bij elkaar een prettige vinding,
welke zeker aandacht verdient.
Was messen nooit af in kokend water,
ze worden daardoor vlug bot.
Gouden en zilveren voorwerpen kun
nen goed schoongemaakt worden
met een zeepsop je waaraan wat am
monia is toegevoegd. Hierin mogen
geen voorwerpen gereinigd worden
die bezet zijn met een opaal, want
deze worden daardoor dof.
Hebt u een nieuw huis betrokken, laat
dit behangen met een goedkoop be
hang. Nieuwe huizen zijn in het be
gin steeds vochtig, waardoor het pa
pier uitslaat.
Bewaar uw stempelkussen onderste bo
ven, de inkt komt dan weer naar
boven.
Zuurkool vraagt om vet, u kunt heel
wat vet in de zuurkool verwerken
en dan is ze het lekkerst) zonder dat
u er iets van merkt. Voegt u eens
melk bij, dan krijgt u een heerlijke
stamppot.
Wilt u een ongebruikte postzegel van
het papier verwijderen, dan moet u
de achterkant van het papier nat
maken.
Komt het niet „gelegen" te niezen?
Door met het puntje van uw tong
snel langs het verhemelte heen en
weer te gaan, kunt u het niezen be
perken.
Wijn-, likeur-, vruchtenlimonadevlekken.
Wasbare stoffen: wassen in sopje
van huishoudzeep of synthetisch was
middel. Ongekleurde stoffen nable-
ken (naspoelen). Moeilijk wasbare
stoffen behandelen met alcohol of
eau de cologne.
Een koelkast koelt slecht wanneer er
een dikke laag ijs om 't vrieslichaam
is gevormd; het is nodig om de kast
geregeld te ontdooien voordat zich
veel rijp heeft afgezet.
Ook een reinigingsmiddel. Dat het bij
verkoudheid en pijn in de keel heel
goed is om te spoelen met verdunde
waterstof superoxyde weet iedereen.
Maar met behulp van een zacht lin
nen lapje (wit) kunt u er ook licht
leerwerk mee schoonwreven!
Gelakte eiken meubels worden behan
deld met satijnwas (wit en vloei
baar) Voor niet gelakte eikenhouten
meubels neemt u witte niet vloeibare
was.
Eiwit uit een ei kunt u gemakkelijk ver
wijderen door aan twee zijden gaat
jes te prikken. U kunt het er dan zo
uit laten lopen.
Gebakken vis, die u een paar dagen wilt
bewaren wordt smakelijker wanneer
u er wat azijn over giet.
Het schoonmaken van zilver kan wor
den vergemakkelijkt als de voorwer
pen die dagelijks in gebruik zijn, ook
dagelijks worden afgewassen in warm
zeepsop. Op die manier behoeft u
niet zoveel te poetsen.
stea "J
f-
ALLE VRAGEN VOOR DEZE RUBRIEK UITSLUITEND TE ZENDEN AAN:
REDACTIE „MET RAAD EN DAAD", MARKT 19, KRUININGEN
met bysluiting van een postzegel van 25 cent voor doorzending van uw brief
Wy willen u met deze adviezen zo goed mogelijk van dienst zyn en geven
zo mogelyk advies op elke vraag. YVy kunnen echter geen aansprakelijkheid
aanvaarden voor elders verkregen inlichtingen of gegevens RED.
Zalven voor koeien. Enige jaren
geleden kocht ik van een vertegenwoor
diger van naar ik meen een Van Hou
ten uit Clinge, wat zalven en oliën voor
koe en paard, welke onmisbaar waren
op het bedrijf. Op de bus of fles stond
J. Braam, Dam 7, Vlissingen, zalven en
oliën. Men zegt dat die man gestorven
is en ik kan het niet meer krijgen.
Waar zullen die zalven gebleven zijn?
De heer Jacobus Braam is overleden
op 18 augustus 1966 en het tegenwoor
dig adres van de weduwe Braam is J.
Israëlslaan ölboven, Vlissingen. U kunt
aldaar informeren waar zoals u zegt „de
zalven en oliën gebleven zijn", waarin
haar man voorheen'handel dreef.
Spaargeld. Als een patient in een
inrichting wordt verpleegd en zelf ruim
500,per maand betaalt voor de ver
zorging (dat is 234,van de AOW
en nog 269,mag hij dan zijn spaar
geld houden De rest wordt betaald
door de Alg. Wet Bijzondere Ziektekos
ten.
De Raad van Arbeid heeft over het
spaargeld van de patient niets te zeg
gen. Het enige wat de Raad van Arbeid
doet is het gedeelte van de AOW-uit-
kering dat bestemd is als eigen bijdrage
aan de verpleegkosten, die verder door
de AWBZ worden gedragen, overmaken
aan het ziekenfonds, dat de AWBZ uit
voert. Wij weten niet of de sociale dienst
van de gemeente, waartoe de patient
behoort, ook nog bijstand verleent
krachtens de Alg. Bijstandswet, maar
ook in dat gevar blijft voor een alleen
staande altijd een „bescheiden vermo
gen" van 3600,en voor een echtpaar
6000,buiten bschouwing, gaat zijn
vermogen daar bovenuit en wordt hij
niet geholpen door de sociale dienst, dan
behoeft hij zich over zijn spaargeld geen
zorgen te maken. Mocht u nog vragen
overhouden, dan kunt u nog eens om ad
vies vragen, waartoe wij gaarne bereid
zijn.
Wapenbezit. Wat gebeurt er met
een buitenlander die hier een wapen
met patronen in huis heeft om door te
verkopen? Worden ze 't land uitgezet?
Strafbaar volgens de wapenwet is
ieder die zonder vergunning in het be
zit is van een wapen in de zin der wet.
Omdat u niet aangeeft om welk soort
wapen het hier gaat is zonder meer niet
uit te maken of het hier gaat om een
verboden wapen. De vreemdeling maakt,
als hij in het bezit is van een verboden
wapen, een goede kans dat hij als on
gewenste vreemdeling wordt verklaard,
hetgeen ten gevolge heeft dat hy het
land wordt uitgezet. Het doet er niet
toe wat hij met het verboden wapen
van plan is. Het enkele bezit is straf
baar. Bij verboden bezit is de hoogste
straf 2 maanden hechtenis, 4000,
boete, met natuurlijk verbeurdverklaring
van het wapen.
Premieverhoging. Vorige maand
kreeg ik van het zilveren kruis bericht
dat de maandpremie verhoogd was van
33,50 tot 44,50. Dat is ca. 25 Is
dat wel juist?
De verhogingen van de ziekenfonds
premie werden ter goedkeuring door de
ziekenfondsen in een bepaald rayon voor
gelegd aan de ziekenfondsraad van het
ministerie van sociale zaken en volks
gezondheid, P. C. Hooftstraat 162166,
Amsterdam, tel. (020) 710444. De toe
gestane verhogingen in de verschillende
rayons variëren van ca. 15 tot 25 zo
dat er geen reden bestaat om aan te
nemen, dat de verhoging die op uw pre
mie toegepast is, niet goedgekeurd zou
zijn. U kunt echter desgewenst zelf bij
bovengenoemd adres informeren.
Bankbiljet. Een lezeres stuurde
ons een tekening van een biljet van
5,waarvan zij vermoedt dat het
een misdruk of een vervalsing is.
De plaatsing van de nummers behoeft
niet op alle series bankbiljetten precies
gelijk te zijn. Ook kleurvariaties komen
wel voor. Uw biljet kunt u dan ook niet
zonder meer als misdruk beschouwen.
Het kan zijn dat een verzamelaar meer
dan 5,— over heeft voor een biljet,
doch er bestaat op dit gebied zeker
geen markt, laat staan dat er enigszins
vaste, gebruikelijke prijzen zouden zijn.
Gezien de geringe vraag zal het in het
algemeen ook niet meevallen een lief
hebber te vinden.
Uitdrukking. Hoe is het spreek
woord nu eigenlijk: iemand een riem on
der het hart steken of iemand een hart
onder de riem steken?
't Oorspronkelijke gezegde is: Iemand
een hart onder de riem steken, d.w.z.
bemoedigen, moed inspreken. Over de
oorsprong hiervan zijn verschillende le
zingen: 1. Het is een spreekwijze ont
leend aan het soldatenleven. Onder
„hart" moet men dan verstaan moed
(vgl. heb het hart eens dat te doen).
Een soldaat die onder zijn riem (die
schuin van de schouder over zijn borst
loopt) geen hart heeft, geen moed, is
een lafaard; zo iemand moet een hart
onder de riem gestoken worden. Door
invloed van „het hart (of de moed)
zinkt hem in de schoenen" is men later
ook gaan zeggen „iemand een riem on
der het hart steken", zodat het hart
(de moed) niet zakken kan. 2. Deze uit
drukking is ontleend aan de scheep
vaart. Onder de riem van de roeiboot
sleet het hout weg, zodat deze (riem)
langzamerhand zakte. Er werd dan een
stukje kemhout (hard hout uit het hart
van de boom) onder geplaatst.
NAAR COMPACTER WONEN
De zich nog steeds verder ontwikke
lende techniek maakt het de mens hoe
langer hoe gemakkelijker, Bijna dage
lijks ontstaan er nieuwe vormen en nieu
we mogelijkheden op vrijwel elk gebied.
Radio-ontvangers, zo groot als sigaret
tendoosjes, zijn gemeengoed geworden.
Ook de filmamateur deelt in de nieuwe
vormen en vindingen. Handzame kleine
camera's met grote mogelijkheden stel
len hem in de gelegenheid ongemerkt
familitafereeltjes of natuuropnamen te
maken. Ook bij het vertonen van zijn
films behoeft hij niet meer over om
vangrijke apparatuur te beschikken. Een
projector, geschikt voor dubbel-acht en
super-acht, met zoomlens en automati
sche filminleg, zo klein als een dames
handtasje staat hem daarbij ter beschik
king. Een voorbeeld daarvan is de Mo-
vecon Dual, de nieuwste projector van
Agfa-Gevaert, die bovendien is uitge
rust met een automatische terugspoel-
inrichting en de mogelijkheid heeft, tij
dens de projectie elke gewenste scène
bliksemsnel te herhalen. Het is slechts
één voorbeeld uit vele. (CONSU)
HORLOGER
JUWELIER
OPTICIEN
TELEFOON (01102) 1223
DIJKWELSESTRAAT 22
KAPELLE - BIEZELINGE
door
GERRIT FRANSEN
H))
De nieuwe meester verwacht natuur
lijk, dat hier ook geleerd wordt.
„Doen jullie allemaal goed je best,
dan zal het wel gaan met jullie nieuwe
onderwijzer".
Evert mompelt een paar dankwoor
den. Van Bragen knipoogt even.
„Sterkte, jongen; je staat vandaag
gelukkig niet voor het eerst voor de
klas, dat scheelt".
Als het hoofd naar zijn eigen lokaal
is gegaan, kijkt hij even rond, vouwt
zijn handen en zegt: „Eerbiedig, jonge
lui". En dan vraagt hij een zegen op
zijn werk en voor de kinderen. Waarna
hij aan een meisje op de eerste bank,
dat er tamelijk intelligent uitziet, vraagt
hoever deze klas is met de bijbelles.
De klas is rustig. Maar dat zegt Evert
niet zoveel. Het is een kwestie van ver
kennen: Hoe zal de nieuwe meester zijn?
Streng? Of valt er wat mee te versie
ren? Hij weet het nog van zijn vorige
school. Het is een soort aftasten, mis
schien wel wederzijds.
Na het bijbeluurtje vermeldt het roos
ter: lezen. Hij laat twee kinderen de
leesboekjes uitdelen en krijgt er zelf
ook één. Na enkele seconden weet hij:
In de stad waren we verder. Tijdens de
bijbelles heeft hij een paar vragen ge
steld, niet al te moeilijk. De antwoor
den vielen hem mee.
Al spoedig merkt Evert, dat er wei
nig vlotte lezers tussen zitten. En me
nigeen nog met zijn vinger de regel
volgt. Vandaag maar niets van zeggen,
is zijn mening.
Als het kwart voor elf is, gaat de bel
en laat hij de boekjes ophalen. Op or
delijke wijze loodst hij de kinderen naar
buiten, waarna hij zich voegt bij een
paar collega's, waaronder Hanekam. De
ander heeft zich voorgesteld als Steen
beek en deze kijkt hem joviaal lachend
aan.
„Zo, collega, de vuurdoop achter de
rug?"
Evert knikt rustig, haalt zijn pijp te
voorschijn en begint die al lopende te
stoppen.
„Zo'n eerste morgen zijn ze natuurlijk
als lammetjes, dat is bekend".
Steenbeek buigt zich iets naar hem
over.
„Allicht. Even voelen nietwaar? Wat
voor meestervlees we ditmaal in de kuip
gekregen hebben!" Hij lacht om zijn
eigen mank gaande woordspeling. „Er
zitten een paar belhamels tussen, je
merkt het gauw genoeg".
Hanekam brengt het gesprek op een
ander onderwerp.
„En hoe vindt collega Veswijk onze
dominee?"
„Hij preekt in elk geval boeiend", re
ageert Veswijk voorzichtig.
„Hij brengt het gave Woord", ver
betert de ander. „Dat kan vandaag de
dag niet van elke prediker gezegd wor
den".
Daar is Steenbeek het niet mee eens.
„Lariekoek, Willem. Kijk jij je bijbel
er maar eens op na: de één krijgt tien
talenten, de ander vijf en een derde één.
Overigens, met alle respect voor onze
herder, maar ik zou langzamerhand wel
eens een jongere dommee willen. Wat
heeft de jeugd eigenlijk aan hem Niets,
totaal niets".
„Dat ben ik lang niet met je eens;
de jeugd, die haar treden zet in het
spoor der vaderen, kan hem waarderen
en..."
Evert luistert naar dit tweegesprek,
zonder zich er in te mengen. Hij be
merkt: dit zijn tegenvoeters, waarschijn
lijk is Steenbeek nog een stuk ouder,
dus in wezen twee generaties. En ach
teraf is hij blij, dat hij zich niet in dit
gesprek behoeft te mengen. Hij kan zich
verontschuldigen, als ze zijn mening
vragen, omdat hij nog tekort in het dorp
woont. Als de bel gaat, zijn Steenbeek
en Hanekam nog altijd gewikkeld in een
breed dispuut. Ze zullen het moeten on
derbreken.
De rest van de morgen is er rekenen
en aardijkskunde. Ook in deze beide vak
ken is de klas een eind achter bij de
stad. Te zijner tijd eens over praten met
Van Bragen, besluit hij, als om kwart
over twaalf de bel gaat.
Dinie is nieuwsgierig, als hij de keu
ken binnenstapt. Ze heeft het eten klaar
want Evert heeft maar vijf kwartier;
om half twee moet hij weer in de school
zijn.
„Hoe ging het?"
„Goed", antwoordt hij rustig. „Waar
om niet? Kinderen zijn kinderen en ze
moeten allemaal leren".
„Vond je het niet eng, die eerste mi
nuten?"
Evert Veswijk lacht even.
„Waarom zou ik? Ik heb er al ruim
zes jaar op zitten, liefje. Dus enige rou
tine en onderscheidingsvermogen bezit
ik wel".
„Wat zijn het voor kinderen? Zitten
er lastposten tussen?"
„Zal best", antwoordt hij schouder
ophalend. „Modelklassen bestaan niet.
Maar zo'n eerste morgen houden ze zich
kalm. Ze moeten eerst weten, wat ze
aan me hebben".
Als hij zijn handen heeft gewassen,
buigt hij zich over zijn vrouw en kust
haar. Ze houdt zijn hoofd vast.
„Zeg eens, Evert, dat weet ik feite
lijk helemaal niet: ben je streng?"
Hij fronst zijn wenkbrauwen.
„Nou! Reken maar. Als iemand het
hart heeft overhard te kuchen, krijgt hij
al een pak slaag van me".
Dinie snapt best, dat hij er niets van
meent. Toch zegt ze: „Kletskoek; wie
slaat er nu nog in deze moderne tijd?"
„Wie zijn kinderen liefheeft, spaart
de tuchtroede niet".
„Zeg, je lijkt Hanekam wel. Je gaat
me toch niet vertellen, dat ze daar nog
een Spaans rietje in de hoek hebben
staan?"
Evert gaat zitten en vouwt zijn servet
open.
„Weet ik niet, liefje; ik ben nog niet
bij de anderen in de klas geweest. Slaan
doe ik bij hoge uitzondering. Wat een
ander doet, moet hij zelf weten.
(Wordt vervolgd)