NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZUID-BEVELAND
Armlastige ijssporten
TUSSEN WAL EN SCHIP
36STE JAARGANG
LANGS DE STRAAT
No. 31
9 JANUARI 1970
de scheldebode
REDACTEUR ADMINISTRATEUR
J. M. C. VAN DER PEYL KRUININGEN
MARKT 19 TELEFOON (01130) 1381 GIRO 2 84 25
Abonnementsprijs bij vooruitbetaling f2,15 per kwartaal
Franco per post 4,40 per halfjaar
Advertentieprijs 1-25 mm ƒ4,50, verder 18 cent per mm
Excl. 4% B.T.W.
Ingezonden mededelingen dubbel tarief
In te zenden vóór woensdag 12 uur
Verschijnt des vrijdags
UITGAVE
DRUKKERIJ F. VAN DER PEYL - KRUININGEN N.V.
groeien snel in populariteit in ons land
Ondanks de grote successen die Sjouk-
je Dijkstra en Joan Haanappel door de
hele wereld boekten met het kunstrij-
den op de schaats, bleek onder de
enthousiast geworden meisjes tot nu
toe geen opvolgster te kunnen schitte
ren. Het kunstrijden is wel veel popu
lairder geworden, vooral bij meisjes, die
eigenlijk al wat te weinig jong waren
om de veeljarige keiharde training te
kunnen opbrengen. Anders ligt het bij
het hardrijden op de schaats. Sinds het
begin van de zestiger jaren is Neder
land hierin zeer succesvol. En hier zien
we gelukkig wel, dat er een „Nach-
wuchs" is en komt, die goede resul
taten in de naaste toekomst reëel mo
gelijk maakt.
Minstens vier snelle troeven.
Ook dit jaar zijn bij de grote schaats
wedstrijden Kees Verkerk, Ard Schenk,
Jan Bols en Peter Nottet weer de Ne
derlandse troeven. Een bekend en re
latief niet zo jong kwartet meer. Maar
vlak achter hen staat een grote schare
jongelui, waarvan enkelen best eens dit
schaatsseizoen naar de top kunnen door
stoten.
Bij het hardrijden voor dames heeft
Nederland al evenmin aan talent gebrek.
Een veel grotere selectiegroep dan in
voorgaande jaren mogelijk was heeft
coach Kees Broekman tot zijn beschik
king. Doel is het in het afgelopen sei
zoen verloren wereldkampioenschap te
heroveren op de Russin Lasma Kauniste.
Een sport die een grote bloeitijd door
maakt is het ijshockey. Vooral door de
veelvuldige televisie-reportages van ijs-
hockeywedstrijden en de bouw van
kunstijsbanen is de belangstelling sterk
toegenomen. Temeer, omdat het een
fascinerende kijksport is. Het peil van
het Nederlandse ijshockey is nog laag.'
Toch is vorig jaar bij de wereldkam
pioenschappen in groep C, de laagste
groep, gebleken dat de prestaties beter
worden.
Henk van der Grift.
Evenals de hardrijders en -sters pro
fiteren de ijshockeyers in ons land duch
tig van het wereldkampioenschap hard
rijden, dat Henk van der Grift in 1963
behaalde. Dat was het sein voor vele
grootscheepse akties om kunstijsbanen
in ons land aan te leggen. Open kunst
ijsbanen hebben we nu in Amsterdam,
Deventer en Heerenveen, terwijl de plan
nen voor een baan in Utrecht in een
ver gevorderd stadium zijp. Kleinere
overdekte banen zijn er in Den Haag,
Den Bosch, Tilburg en Geleen en zo ko
men er nog meer.
Vooral bij de kampioenschapswedstrij
den voor het hardrijden is de belangstel
ling van het publiek groot. Dat komt
vooral doordat onze landgenoten succes
sen boeken. Want dat rondjes rijden is
beslist niet interessanter dan hardlopen
of zwemmen, waarbij de belangstelling
tegenwoordig droevig is. Anders ligt het
bij ijshockey. Daarbij trekt men, net als
bij voetbal in de vierde klasse K.N.V.B.
toch altijd nog een behoorlijk aantal
toeschouwers.
Fascinerend kijkspel.
Omdat bij het grote publiek ijshockey
veel minder bekend is dan voetbal, voor
al wat de spelregels aangaat, zijn er
mensen die niet gaan kijken omdat ze
er toch niets van snappen". Gewoon
hockey is een sport voor keurige jonge
heren, die mekaar met de stick geen
kwaad zullen doen. Maar bij ijshockey
ligt dat anders. Daarvoor moet je kei
hard zijn en menige douw, stoot of val
kunnen incasseren. Vooral door de snel
heid, spanning en hardheid is het een
fascinerend kijkspel.
De Nederlandse IJshockeybond heeft
momenteel drie buitenlandse trainers.
De Tsjechoslowaak Jiri Pleticha en de
Canadezen John Lenon en Ted Langdon
moeten het driejarenplan van de N.IJ.B.
tot een succes maken. Zij trainen de
Nederlandse selectieploeg en gedrieën
kunnen zij heel wat wedstrijden bijwo
nen. Doel is om in zo kort mogelijke
tijd naar de B-groep te komen in de
toernooien om het wereldkampioenschap.
Troon wankelt
Een goed ding voor het Nederlandse
ijshockey is, dat de andere clubs het
Haagse H.IJ.S.-H.O.K.IJ. heel erg graag
van de kampioenstroon willen stoten,
waarop de Hagenaars al zovele jaren
onbedreigd zitten. Daartoe zijn vooral
Canadezen en Tsjechoslowaken aange
trokken, die niet alleen grote steunpi
laren in de teams zijn, maar daarnaast
ook voor een belangrijk deel de training
verzorgen. En dat er met een geweldig
enthousiasme wordt getraind, wel daar
van kunt u op aan.
De N.IJ.B. is aktief om zoveel moge
lijk ijshockey-evenementen in ons land
te doen plaatsvinden. Heel dankbaar is
men voor de steun van het rijk en de
Nederlandse Sportfederatie, waardoor de
buitenlandse coaches en trainers kun
nen worden aangetrokken. Zij moeten
het Nederlandse spelpeil omhoog stu
wen. De subsidies zijn niet ruim. Daar
om wordt sterk de nadruk op spelpeil-
verbeering gelegd, want als er succes
sen zijn, komt het publiek wel naar de
tribunes.
Concurrentie groeit.
Vooralsnog zullen de Nederlandse
successen op het ijs voornamelijk van de
hardrijderij voor dames en heren moeten
komen. De Nederlandse top is bij de da
mes zeer breed en de aanvoer van ta
lentvolle meisjes is zonder meer goed
te noemen. Vooral de Russinnen zijn
gevaarlijke concurrentes, terwijl ook al
enkele jonge Noorse en Zweedse meis
jes tot de top doorgedrongen zijn.
Bij de heren gaat de strijd om de eer
ste drie plaatsen bij de Europese en
'wereldkampioenschappen ook dit sei
zoen waarschijnlijk tussen de Noren,
Zweden en Nederlanders. Bij de Russen
is het huilen met een rietje zolang er
niet plotseling een nieuw talent naar
voren komt. Maar dat weet men dan
lang genoeg van tevoren, want de Rus
sen plegen hun goede prestaties snel
aan de publiciteit door te geven.
Geldsbeperkingen.
Ook voor de schaatsbond is het elk
jaar een geweldig passen en meten om
de financiële eindjes aan elkaar te kno
pen. Ondanks onze kunstijsbanen blijft
het voor de toprijders nodig naar een
trainingskamp in het Noorse Hamar te
gaan om de wedstrijdsfeer te pakken te
krijgen en daar aan allerlei wedstrij
den deel te nemen. De rijders ontvan
gen startgelden, zodat de bond ze geen
schadeloosstelling hoeft te geven om
dat ze enkele maanden hun werk thuis
niet kunnen uitoefenen.
Tijden op wedstrijden gereden zijn
nog niet bekend. Dat komt binnenkort
wel. Maar afgaande op de klasse van
de jonge Noorse en Zweedse toprijders
mogen we van onze heren geen kam
pioenstitels verwachten. Want laten we
eerlijk zijn: Kees, Ard en Peter beho
ren niet meer tot de jongsten en Jan
Bols moet de omstandigheden wat mee
hebben. Met grote belangstelling mag
men daarom uitkijken naar de prestaties
van de jongere rijders in de selectie-
groep, de jongelui die aan hun eerste of
tweede internationale seizoen gaan be
ginnen. TOM NODDY.
door
TRUDIE MOORST
17)
Haar gezicht betrok. „Neem me niet
kwalijk, Jan, daar dacht ik niet aan.
Ben je moe?" Ze keek hem bezorgd
aan. „We moeten niet te lang blijven
zitten, anders vatten we misschien nog
kou. Doe het wat rustiger aan. Ik blijf
bö je."
Later zwommen ze rustig over het
meer tot ze er van een uur genoeg
van kregen, terug gingen naar het bad
hokje om zich af te drogen en te kleden.
In het donker maakten ze nog een kor
te wandeling en opnieuw kusten ze el
kaar. Hoewel hij zich niet onbetuigd
liet, verwonderde hij zich soms over
haar heftigheid. Terwijl ze stijf gearmd
terugliepen naar het hotel, af en toe
stilstaand om elkaar te kussen, zei het
meisjes opeens: „Jij bent het, Jan. Jij
bent de man, op wie ik gewacht heb.
Jou wil ik hebben en niemand anders."
Dat zei ze de volgende dag nog eens,
na weer bijna volle dag gewandeld, ge
stoeid, gekust en stil naast elkaar gele
gen te hebben. Na een maaltijd in een
rustig restaurant in de onmiddelijke na
bijheid van Essen, reed Tilly in snelle
vaart over de autobaan terug naar Ne
derland. Bij de grenspost was een lan
ge file, en hoewel de douane met enkele
mensen snel werkte, duurde het toch
een klein kwartiertje voor ze de pas-
sencontrole achter de rug hadden. In
die minuten herhaalde Tilly op zachte
toon, met haar hand op zijn arm: „Jij
bent het, Jan, ik weet het nu zeker. Ik
houd van je en ik voel, dat jij ook van
me houd. Laat me er rustig een paar
weken over nadenken, hoe we het moe
ten inkleden met de ouders. Vader zal
natuurlijk wel bezwaren hebben, omdat
je niet van onze stand bent. Dat zeg ik
niet als discriminatie, maar ik consta
teer enkel een feit. Vat het alsjeblieft
niet verkeerd op. Maar ik ben vaders
oogappel, omdat ik enige dochter ben
en kan bij hem wel een potje breken.
Als ik hem goed aan het verstand kan
brengen, dat jij en ik van elkaar hou
den, telt er verder geen enkel bezwaar.
Hij zal wel een termijn stellenik
ken hem, maar dat is fijn. Kom je bij
ons thuis en ik bij jou. Hoeven we het
niet meer geheim te houden. Nou?"
GLAD JONGETJE
„U hebt zich op glad ijs gewaagd"
zei de politierechter streng tegen een
zeer jeugdige verdachte.
„Ja, 't was verrekte glad buiten met
die ijzel!" klonk het meelevend.
„Ik heb het niet over de gladde stra
ten, maar over gladde jongens."
„Nou, u mag blij zijn dat ik gekomen
ben. Vamme moeder mocht ik de deur
niet uit met de brommer. En ik ben 2
keer weggeslipt voor ik hier van de
stoep glee
„U wordt beschuldigd van heling".
„As ik me nek gebroken had, hadden
ze u misschien wei van moord beschul
digd door de mensen met zulke gladde
wegen op te trommelen. Eén oud mens
je heeft hier voor de deur d'r been ge
broken. Ik zag het gebeuren."
„U hebt aanstekers doorverkocht die
gestolen waren."
„Weet ik veel waar ze vandaan kwa
men".
„De naam stond er op".
„Dat was voor mij een bewijs dat ze
tweede-hands waren en niet spiksplin
ternieuw".
„Het waren relatiegeschenken".
Dat woord kende deze onervaren heler
van amper 18 nog niet. De rechter moest
hem uitleggen, dat voorwerpen die van
diefstal afkomstig waren, niet zomaar
mochten gekocht en verkocht worden.
De officier verklaarde, dat dit de knaap
al was uitgelegd bij het verhoor voor de
rechter-commissaris. „Maar hij wil het
zeker niet begrijpen en daarom moet hij
maar eens strenger worden aangepakt.
Dit is opzet-heling."
„Nog strenger?" vroeg de verdachte
verbaasd. Hij vond het al welletjes.
„Het waren kostbare aanstekers, die
nieuw zeker zo'n 20,kosten. De fir
ma liet er haar naam en 1970 op gra
veren, waardoor de waarde nog steeg.
Ze wilde deze voorwerpen cadeau doen
aan goede relaties. En nu
„Als 't toch weggevertjes waren, ken
u me niks maken! Dan kostten ze niks."
„Nu zijn ze gestolen door die mooie
vrind van u, die daar werkte. En die
heeft er u een aantal verkocht. Hoeveel
betaalde u daarvoor?"
„Nee, u zei 't zelf dat 't cadeaudinge
tjes waren, ik kreeg ze dus voor nop
pes. En dat ik er een paar verkocht
heb om aan centen te komen voor ben
zine voor m'n brommer heeft er niks
mee te maken".
„Uw vrind nam ze voor noppes. Maar
dat mocht hij niet. Hij stal ze en hij
heeft bekend ook. Hij vertelde, dat hij u
die aanstekers had gelverd voor 5,
per stuk. En verschillende getuigen
hier kunnen verklaren, dat u die zelfde
aanstekers verkocht voor 7,50. Dat
is heling."
„Dat noem ik verlinkerij" antwoordde
het boefje. „Ik wist niet waar ze van
daan kwamen. Ik kreeg ze aangeboden
voor een prikkie. En als je dan liefheb
bers weet, zou u dan weigeren?"
Wacht even, een prikkie is geld.
Hoeveel geld?"
„Geen geld. Een ruilt je. Hij wat siga
retten en ik wat aanstekers, geloof ik-.
De had ie versierd, zei die. Weet ik, wat
ie daarmee precies bedoelt? Dat ga ik
me niet afvragen."
„Versieren is anders een heel gebrui
kelijk woord voor gappen!"
„Nee hoor, as je een meisje versiert,
gap je d'r ook niet."
De ouders van de jongen hadden voor
een advocaat gezorgd, die wat dieper
inging op de ruime betekenis van aller
lei moderne termen. Die advocaat be
toogde, dat cadeau-artikelen er waren
om cadeau te doen, dus dat iemand die
over cadeau-artikelen beschikt klaarblij
kelijk bevoegd is deze cadeau te doen.
Vooral omdat de dief werkte bij de be
stolen fabriek, kon zijn cliënt aannemen
dat hij maar voor het uitdelen had daar
en leek het hem niet van belang, wie
nu de aanstekers cadeau kreeg. De ene
relatie of de andere. En zijn cliënt stond
in vriendschappelijke relatie met de em
ployé van de bestolen fabriek, dus kon
hij de cadeau-artikelen wel als cadeaus
beschouwen. Dat hij er toch een ruilar-
tikel tegenover had gesteld, was dan
van ondergeschikte betekenis. Meereen1
vriendendienst, zo van de ene dienst is
de andere waard
Maar de politierechter hield het op
schuld-heling en vonniste conform de
eis met een boete van 150,waarvan
100, voorwaardelijk met een proef
tijd van twee jaar. „En nooit cadeautjes
meer!" zei 't jongetje. d' ARGENTY
(Nadruk verboden)
ALLE VRAGEN VOOR DEZE RUBRIEK UITSLUITEND TE ZENDEN AAN:
REDACTIE „MET RAAD EN DAAD", MARKT 19, KRUININGEN
met bysiuitlng van een postzegel van 25 cent voor doorzending van uw brief
Wy willen u met deze adviezen zo goed mogelyk van dienst zyn en geven
zo mogelijk advies op elke vraag. Wy kunnen echter geen aansprakelijkheid
aanvaarden voor elders verkregen inlichtingen of gegevens RED.
Koelkast. Ergens meen ik gelezen
te hebben dat men een koelkast beter
niet op een al te koude plaats moet zet
ten. Dit lijkt mij onlogisch.
Volgens de mening van een deskundige
op het gebied van de koeltechniek is de
stelling, die u in uw schrijven releveert,
inderdaad onlogisch. De invloed van de
omgeving op een koelkast is n.l. te ver
waarlozen, afgedacht van het energie
verbruik. Alleen bij abnormaal hoge
temperatuur van de omgeving zou een
koelkast niet voldoende aan zijn capa
citeit kunnen komen. Maar bij lagere
temperaturen wordt alleen het energie
verbruik enigszins beperkt. Het enige
wat van belang kan zijn, is het aantal
malen en de tijd dat de deur geopend
wordt en is.
Inkomen zoon. Mijn zoon moet
binnenkort in dienst. Daarom kan hij
geen betrekking aanvaarden en verdient
hij wat met tijdelijk werk. Dit laat ik
hem houden, want hij moet kunnen spa
ren en een behoorlijke vakantie genie
ten. Heb ik nu voor de kosten van zijn
levensonderhoud geen recht op aftrek
wegens buitengewone lasten
Niet alles wat u aan een zoon ten
koste legt, mag u tot de buitengewone
lasten rekenen. Daartoe behoort volgens
de wet alleen dat noodzakelijk levens
onderhoud waar u rederlijkerwijze niet
onderuit kunt, omdat de ondersteunde
er redelijkerwijze niet zelf in kan voor
zien. Het is daarom wel redelijk dat u
bijspringt als uw zoon gedurende de
periode voorafgaand aan de militaire
dienst zich geen inkomen kan verwer
ven. Zeker behoren de uitgaven om de
ondersteunde in staat te stellen te spa
ren, niet tot de buitengewone lasten.
De wetgever en met hem de fiscus
dus gaat er niet van uit, dat de jon
gens geen kans gegeven moet worden
om te sparen. De één kan dat wel, een
ander heeft daartoe de middelen niet.
De fiscus staat daarbuiten; voor hem is
de vraag slechts of u die uitgaven mag
aftrekken van uw inkomen, niet of u ze
moet doen of niet. Aftrekbaar is dus
alleen hetgeen redelijkerwijze tot het
noodzakelijk levensonderhoud behoort,
verminderd met de eigen inkomsten van
de ondersteunde. Daartoe wordt als re
gel wel gerekend een redelijke vakantie
na beëindiging van de studie. Sinds de
soldij van de militairen is verbeterd is
voor hen in het algemeen geen aftrek
meer mogelijk, daar zij zelf van hun be
loning kunnen rondkomen. Meestal
wordt door ouders geen vergoeding ge
vraagd wanneer hun kinderen in het
weekend bij hen thuiskomen. Wilt u stel
len dat u uw zoon niet gewoon als gast
ontvangt, doch hem in het weekend
kost en inwoning verschaft als bijdrage
in het levensonderhoud, waarin hij rede
lijkerwijze zelf niet kan voorzien, dan
houdt dat in, dat u van hem wel een
vergoeding zou vragen als hij die maar
zou kunnen betalen. Dit is uitzonderlijk
en zal dus redelijkerwijze bewezen moe
ten worden. O.i. zou u dus aftrek kun
nen vragen voor de kosten, gemaakt
vóór de militaire dienst plus wellicht
de bijdrage in de vakantie, doch vermin
derd met de inkomsten van uw zoon
gedurende die periode.
Rimpels. In een tijdschrift las ik
een advertentie over een apparaatje dat
er uitziet als een soort vulpen, waarme
de men op eenvoudige wijze zelf rim
pels kan wegwerken. Weet u ook waar
deze apparaatjes te koop zijn?
Door Parmex N.V. Apeldoorn, verte
genwoordiger van Orlane in Nederland,
werd ons meegedeeld, dat de „jeugd-
vulpen" wel in Parijs, maar niet in de
Nederlandse schoonheidssalons wordt
toegepast, wegens de kostbare investe
ring, en dat zelfbehandeling ook uitge
sloten moet worden geacht. De Neder-
danse dames kunnen voor deze behan
deling dus niet in eigen land terecht.
Spruitenafval. Is spruitenafval een
geschikt voedsel voor konijnen en kip
pen?
Mits dat spruitenafval niet in rotten
de toestand verkeert, is het zeker ook
een geschikt voer voor konijnen en kip
pen. Wel moet het vooral voor konijnen
niet nat gevoerd worden. U zult zeg
gen: in de natuur wordt het wel nat
door de konijnen gegeten, maar dat is
onder heel wat andere omstandigheden
als dit bij vastzittende dieren het geval
is. Voor kippen verdient het aanbeveling
een afgeoogste stronk aan een touw in
de kippeloop te hangenVDit verschaft
ze niet alleen groenvoer, maar ook de
zo nodige lichaamsbeweging. Zo hoog
hangen dat ze er eigenlijk naar opsprin
gen moeten. Ook bij konijnen zowel als
bij kippen verdient het aanbeveling er
ook wat droog voer bij te geven.
Hij was min of meer overdonderd en
iets in hem verzette zich. Tijdens de
laatste 150 km van de grens naar Am
sterdam somde hij een regiment bezwa
ren op. „Je vraagt niet eens, of ik wel
wil. Jij beslist maar... tel ik niet mee?
Is het de bedoeling, dat ik je welwil
lende dienaar wordt in de toekomst?
Zet dat dan maar uit dat lieve hoofdje
van je, want daar komt niets van in. En
je vader? De zal me zien aankomen:
een fabrieksarbeider. Die schopt me
meteen de deur uit, al ben je honderd
keer zijn oogappel. Misschien daarom
juist wel. Enfin, stuur me maar bloe
men, als ik in het ziekenhuis lig te
genezen van m'n gebroken botten en zo.
En als je vader het niet doet, doen je
broers het wel. Ik heb ze gezien. Lijken
me ook niet bepaald jongens, die me
met gejuich als aanstaande zwager zul
len inhalen. En neem nu eens aan, dat
iedereen ja en amen zegt, wat dan?
Weet je, wat ik verdien? Dat is in jouw
ogen een zakcentje, maar daar zullen
jij en ik van moeten leven. Met een
beetje geluk krijgen we mischien een
flat in nieuw West. Weet je, hoeveel
huur die dingen doen? Een vijfde van
m'n maandloon. Wat zeg ik? Bijna een
vierde. En je auto kun je dan ook wel
afschaffen. Is geen geld voor. Je weet
niet, wat je je op je hals haalt. Ik had
die zondagmiddag nooit moeten komen,
gekke meid... We moesten het na van
avond hierbij maar laten, dat is voor
jou en voor mij het beste..." En zo voort.
Maar Tilly had al z'n bezwaren
lachend weggewuifd. „Er is maar één
ding belangrijk: jij en ik, we houden
van elkaar. Vader zal vast niet zo gauw
toestemming geven voor een huwelijk,
dus dat wordt eerst een verloving van
een half jaartje. In die tijd kunnen we
elkaar beter leren kennen en kan ik me
al vast vertrouwd maken met m'n toe
komstige status: de vrouw te worden
van een fabrieksarbeider. Daar zie ik
niets denigrerends in. Overigens, wie
zegt, dat je dat moet blijven? Vader
kan je best aan een veel beter baantje
helpen, hoor. Als je eenmaal zijn schoon
zoon bent, zorgt hij ook wel voor beter
werk
Doch toen was de koppigheid in hem
naar boven gekomen. „Dacht je, dat ik
dat zou aannemen? Een mooi baantje,
dank zij de protectie van mijn aanstaan
de schoonpapa en het vrouwtje op de
koop toe? Waar zie je mij eigenlijk
voor aan? Voor een profiteur? Ik blijf,
wat ik ben. Het werk bevalt me. Als je
dan met alle geweld met me wilt trou
wen, zul je ook de konsekwenties, die
daaruit voortvloeien, moeten aanvaar
den."
Opnieuw had ze gelachen. „Dan zien
we later wel, jongen. Voor ons bestaat
op het ogenblik enkel dit feit: we hou
den van elkaar. Zeg, kijk eens even
goed uit... hier in de buurt moet een
zijweg zijn. Daar wil ik in."
„Waarom?" Hij keek verbaasd naar
het meisje.
„Omdat ik nog even in je armen wil
liggen, domme jongen van me. Omdat
ik naar een kus van je verlang
HOOFDSTUK VHI
Jan Pelser zag doorgaans alles in het
leven van alle dag nuchter en met ge
voel voor werkelijkheidszin aan. In de
loop der enkele jaren, dat hij als kelner
avondwerk verrichtte, had hij wel eens
kennis gemaakt met meisjes, doorgaans
leden van het huisperesoneel, die enige
indruk op hem maakten. Soms maakte
hij een afspraak en dan ging hij korter
of langer tijd met zo'n meisjes uit. Tot
hij of zij er genoeg van kreeg en na de
laatste avond scheidden ze doorgaans
met een stevige handdruk. Jan maakte
er nooit een drama van, omdat hij jong
was en, zover dat mogelijk was, wilde
genieten van het leven. Af en toe een
lief, toeschietelijk meisje in de armen
en een paar willige lippen, waarop hij
de zijnen kon plaatsen was een prettige
afwisseling. (Wordt vervolgd)