NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZUID-BEVELAND Armlastige ijssporten TUSSEN WAL EN SCHIP 36STE JAARGANG LANGS DE STRAAT No. 31 9 JANUARI 1970 de scheldebode REDACTEUR ADMINISTRATEUR J. M. C. VAN DER PEYL KRUININGEN MARKT 19 TELEFOON (01130) 1381 GIRO 2 84 25 Abonnementsprijs bij vooruitbetaling f2,15 per kwartaal Franco per post 4,40 per halfjaar Advertentieprijs 1-25 mm ƒ4,50, verder 18 cent per mm Excl. 4% B.T.W. Ingezonden mededelingen dubbel tarief In te zenden vóór woensdag 12 uur Verschijnt des vrijdags UITGAVE DRUKKERIJ F. VAN DER PEYL - KRUININGEN N.V. groeien snel in populariteit in ons land Ondanks de grote successen die Sjouk- je Dijkstra en Joan Haanappel door de hele wereld boekten met het kunstrij- den op de schaats, bleek onder de enthousiast geworden meisjes tot nu toe geen opvolgster te kunnen schitte ren. Het kunstrijden is wel veel popu lairder geworden, vooral bij meisjes, die eigenlijk al wat te weinig jong waren om de veeljarige keiharde training te kunnen opbrengen. Anders ligt het bij het hardrijden op de schaats. Sinds het begin van de zestiger jaren is Neder land hierin zeer succesvol. En hier zien we gelukkig wel, dat er een „Nach- wuchs" is en komt, die goede resul taten in de naaste toekomst reëel mo gelijk maakt. Minstens vier snelle troeven. Ook dit jaar zijn bij de grote schaats wedstrijden Kees Verkerk, Ard Schenk, Jan Bols en Peter Nottet weer de Ne derlandse troeven. Een bekend en re latief niet zo jong kwartet meer. Maar vlak achter hen staat een grote schare jongelui, waarvan enkelen best eens dit schaatsseizoen naar de top kunnen door stoten. Bij het hardrijden voor dames heeft Nederland al evenmin aan talent gebrek. Een veel grotere selectiegroep dan in voorgaande jaren mogelijk was heeft coach Kees Broekman tot zijn beschik king. Doel is het in het afgelopen sei zoen verloren wereldkampioenschap te heroveren op de Russin Lasma Kauniste. Een sport die een grote bloeitijd door maakt is het ijshockey. Vooral door de veelvuldige televisie-reportages van ijs- hockeywedstrijden en de bouw van kunstijsbanen is de belangstelling sterk toegenomen. Temeer, omdat het een fascinerende kijksport is. Het peil van het Nederlandse ijshockey is nog laag.' Toch is vorig jaar bij de wereldkam pioenschappen in groep C, de laagste groep, gebleken dat de prestaties beter worden. Henk van der Grift. Evenals de hardrijders en -sters pro fiteren de ijshockeyers in ons land duch tig van het wereldkampioenschap hard rijden, dat Henk van der Grift in 1963 behaalde. Dat was het sein voor vele grootscheepse akties om kunstijsbanen in ons land aan te leggen. Open kunst ijsbanen hebben we nu in Amsterdam, Deventer en Heerenveen, terwijl de plan nen voor een baan in Utrecht in een ver gevorderd stadium zijp. Kleinere overdekte banen zijn er in Den Haag, Den Bosch, Tilburg en Geleen en zo ko men er nog meer. Vooral bij de kampioenschapswedstrij den voor het hardrijden is de belangstel ling van het publiek groot. Dat komt vooral doordat onze landgenoten succes sen boeken. Want dat rondjes rijden is beslist niet interessanter dan hardlopen of zwemmen, waarbij de belangstelling tegenwoordig droevig is. Anders ligt het bij ijshockey. Daarbij trekt men, net als bij voetbal in de vierde klasse K.N.V.B. toch altijd nog een behoorlijk aantal toeschouwers. Fascinerend kijkspel. Omdat bij het grote publiek ijshockey veel minder bekend is dan voetbal, voor al wat de spelregels aangaat, zijn er mensen die niet gaan kijken omdat ze er toch niets van snappen". Gewoon hockey is een sport voor keurige jonge heren, die mekaar met de stick geen kwaad zullen doen. Maar bij ijshockey ligt dat anders. Daarvoor moet je kei hard zijn en menige douw, stoot of val kunnen incasseren. Vooral door de snel heid, spanning en hardheid is het een fascinerend kijkspel. De Nederlandse IJshockeybond heeft momenteel drie buitenlandse trainers. De Tsjechoslowaak Jiri Pleticha en de Canadezen John Lenon en Ted Langdon moeten het driejarenplan van de N.IJ.B. tot een succes maken. Zij trainen de Nederlandse selectieploeg en gedrieën kunnen zij heel wat wedstrijden bijwo nen. Doel is om in zo kort mogelijke tijd naar de B-groep te komen in de toernooien om het wereldkampioenschap. Troon wankelt Een goed ding voor het Nederlandse ijshockey is, dat de andere clubs het Haagse H.IJ.S.-H.O.K.IJ. heel erg graag van de kampioenstroon willen stoten, waarop de Hagenaars al zovele jaren onbedreigd zitten. Daartoe zijn vooral Canadezen en Tsjechoslowaken aange trokken, die niet alleen grote steunpi laren in de teams zijn, maar daarnaast ook voor een belangrijk deel de training verzorgen. En dat er met een geweldig enthousiasme wordt getraind, wel daar van kunt u op aan. De N.IJ.B. is aktief om zoveel moge lijk ijshockey-evenementen in ons land te doen plaatsvinden. Heel dankbaar is men voor de steun van het rijk en de Nederlandse Sportfederatie, waardoor de buitenlandse coaches en trainers kun nen worden aangetrokken. Zij moeten het Nederlandse spelpeil omhoog stu wen. De subsidies zijn niet ruim. Daar om wordt sterk de nadruk op spelpeil- verbeering gelegd, want als er succes sen zijn, komt het publiek wel naar de tribunes. Concurrentie groeit. Vooralsnog zullen de Nederlandse successen op het ijs voornamelijk van de hardrijderij voor dames en heren moeten komen. De Nederlandse top is bij de da mes zeer breed en de aanvoer van ta lentvolle meisjes is zonder meer goed te noemen. Vooral de Russinnen zijn gevaarlijke concurrentes, terwijl ook al enkele jonge Noorse en Zweedse meis jes tot de top doorgedrongen zijn. Bij de heren gaat de strijd om de eer ste drie plaatsen bij de Europese en 'wereldkampioenschappen ook dit sei zoen waarschijnlijk tussen de Noren, Zweden en Nederlanders. Bij de Russen is het huilen met een rietje zolang er niet plotseling een nieuw talent naar voren komt. Maar dat weet men dan lang genoeg van tevoren, want de Rus sen plegen hun goede prestaties snel aan de publiciteit door te geven. Geldsbeperkingen. Ook voor de schaatsbond is het elk jaar een geweldig passen en meten om de financiële eindjes aan elkaar te kno pen. Ondanks onze kunstijsbanen blijft het voor de toprijders nodig naar een trainingskamp in het Noorse Hamar te gaan om de wedstrijdsfeer te pakken te krijgen en daar aan allerlei wedstrij den deel te nemen. De rijders ontvan gen startgelden, zodat de bond ze geen schadeloosstelling hoeft te geven om dat ze enkele maanden hun werk thuis niet kunnen uitoefenen. Tijden op wedstrijden gereden zijn nog niet bekend. Dat komt binnenkort wel. Maar afgaande op de klasse van de jonge Noorse en Zweedse toprijders mogen we van onze heren geen kam pioenstitels verwachten. Want laten we eerlijk zijn: Kees, Ard en Peter beho ren niet meer tot de jongsten en Jan Bols moet de omstandigheden wat mee hebben. Met grote belangstelling mag men daarom uitkijken naar de prestaties van de jongere rijders in de selectie- groep, de jongelui die aan hun eerste of tweede internationale seizoen gaan be ginnen. TOM NODDY. door TRUDIE MOORST 17) Haar gezicht betrok. „Neem me niet kwalijk, Jan, daar dacht ik niet aan. Ben je moe?" Ze keek hem bezorgd aan. „We moeten niet te lang blijven zitten, anders vatten we misschien nog kou. Doe het wat rustiger aan. Ik blijf bö je." Later zwommen ze rustig over het meer tot ze er van een uur genoeg van kregen, terug gingen naar het bad hokje om zich af te drogen en te kleden. In het donker maakten ze nog een kor te wandeling en opnieuw kusten ze el kaar. Hoewel hij zich niet onbetuigd liet, verwonderde hij zich soms over haar heftigheid. Terwijl ze stijf gearmd terugliepen naar het hotel, af en toe stilstaand om elkaar te kussen, zei het meisjes opeens: „Jij bent het, Jan. Jij bent de man, op wie ik gewacht heb. Jou wil ik hebben en niemand anders." Dat zei ze de volgende dag nog eens, na weer bijna volle dag gewandeld, ge stoeid, gekust en stil naast elkaar gele gen te hebben. Na een maaltijd in een rustig restaurant in de onmiddelijke na bijheid van Essen, reed Tilly in snelle vaart over de autobaan terug naar Ne derland. Bij de grenspost was een lan ge file, en hoewel de douane met enkele mensen snel werkte, duurde het toch een klein kwartiertje voor ze de pas- sencontrole achter de rug hadden. In die minuten herhaalde Tilly op zachte toon, met haar hand op zijn arm: „Jij bent het, Jan, ik weet het nu zeker. Ik houd van je en ik voel, dat jij ook van me houd. Laat me er rustig een paar weken over nadenken, hoe we het moe ten inkleden met de ouders. Vader zal natuurlijk wel bezwaren hebben, omdat je niet van onze stand bent. Dat zeg ik niet als discriminatie, maar ik consta teer enkel een feit. Vat het alsjeblieft niet verkeerd op. Maar ik ben vaders oogappel, omdat ik enige dochter ben en kan bij hem wel een potje breken. Als ik hem goed aan het verstand kan brengen, dat jij en ik van elkaar hou den, telt er verder geen enkel bezwaar. Hij zal wel een termijn stellenik ken hem, maar dat is fijn. Kom je bij ons thuis en ik bij jou. Hoeven we het niet meer geheim te houden. Nou?" GLAD JONGETJE „U hebt zich op glad ijs gewaagd" zei de politierechter streng tegen een zeer jeugdige verdachte. „Ja, 't was verrekte glad buiten met die ijzel!" klonk het meelevend. „Ik heb het niet over de gladde stra ten, maar over gladde jongens." „Nou, u mag blij zijn dat ik gekomen ben. Vamme moeder mocht ik de deur niet uit met de brommer. En ik ben 2 keer weggeslipt voor ik hier van de stoep glee „U wordt beschuldigd van heling". „As ik me nek gebroken had, hadden ze u misschien wei van moord beschul digd door de mensen met zulke gladde wegen op te trommelen. Eén oud mens je heeft hier voor de deur d'r been ge broken. Ik zag het gebeuren." „U hebt aanstekers doorverkocht die gestolen waren." „Weet ik veel waar ze vandaan kwa men". „De naam stond er op". „Dat was voor mij een bewijs dat ze tweede-hands waren en niet spiksplin ternieuw". „Het waren relatiegeschenken". Dat woord kende deze onervaren heler van amper 18 nog niet. De rechter moest hem uitleggen, dat voorwerpen die van diefstal afkomstig waren, niet zomaar mochten gekocht en verkocht worden. De officier verklaarde, dat dit de knaap al was uitgelegd bij het verhoor voor de rechter-commissaris. „Maar hij wil het zeker niet begrijpen en daarom moet hij maar eens strenger worden aangepakt. Dit is opzet-heling." „Nog strenger?" vroeg de verdachte verbaasd. Hij vond het al welletjes. „Het waren kostbare aanstekers, die nieuw zeker zo'n 20,kosten. De fir ma liet er haar naam en 1970 op gra veren, waardoor de waarde nog steeg. Ze wilde deze voorwerpen cadeau doen aan goede relaties. En nu „Als 't toch weggevertjes waren, ken u me niks maken! Dan kostten ze niks." „Nu zijn ze gestolen door die mooie vrind van u, die daar werkte. En die heeft er u een aantal verkocht. Hoeveel betaalde u daarvoor?" „Nee, u zei 't zelf dat 't cadeaudinge tjes waren, ik kreeg ze dus voor nop pes. En dat ik er een paar verkocht heb om aan centen te komen voor ben zine voor m'n brommer heeft er niks mee te maken". „Uw vrind nam ze voor noppes. Maar dat mocht hij niet. Hij stal ze en hij heeft bekend ook. Hij vertelde, dat hij u die aanstekers had gelverd voor 5, per stuk. En verschillende getuigen hier kunnen verklaren, dat u die zelfde aanstekers verkocht voor 7,50. Dat is heling." „Dat noem ik verlinkerij" antwoordde het boefje. „Ik wist niet waar ze van daan kwamen. Ik kreeg ze aangeboden voor een prikkie. En als je dan liefheb bers weet, zou u dan weigeren?" Wacht even, een prikkie is geld. Hoeveel geld?" „Geen geld. Een ruilt je. Hij wat siga retten en ik wat aanstekers, geloof ik-. De had ie versierd, zei die. Weet ik, wat ie daarmee precies bedoelt? Dat ga ik me niet afvragen." „Versieren is anders een heel gebrui kelijk woord voor gappen!" „Nee hoor, as je een meisje versiert, gap je d'r ook niet." De ouders van de jongen hadden voor een advocaat gezorgd, die wat dieper inging op de ruime betekenis van aller lei moderne termen. Die advocaat be toogde, dat cadeau-artikelen er waren om cadeau te doen, dus dat iemand die over cadeau-artikelen beschikt klaarblij kelijk bevoegd is deze cadeau te doen. Vooral omdat de dief werkte bij de be stolen fabriek, kon zijn cliënt aannemen dat hij maar voor het uitdelen had daar en leek het hem niet van belang, wie nu de aanstekers cadeau kreeg. De ene relatie of de andere. En zijn cliënt stond in vriendschappelijke relatie met de em ployé van de bestolen fabriek, dus kon hij de cadeau-artikelen wel als cadeaus beschouwen. Dat hij er toch een ruilar- tikel tegenover had gesteld, was dan van ondergeschikte betekenis. Meereen1 vriendendienst, zo van de ene dienst is de andere waard Maar de politierechter hield het op schuld-heling en vonniste conform de eis met een boete van 150,waarvan 100, voorwaardelijk met een proef tijd van twee jaar. „En nooit cadeautjes meer!" zei 't jongetje. d' ARGENTY (Nadruk verboden) ALLE VRAGEN VOOR DEZE RUBRIEK UITSLUITEND TE ZENDEN AAN: REDACTIE „MET RAAD EN DAAD", MARKT 19, KRUININGEN met bysiuitlng van een postzegel van 25 cent voor doorzending van uw brief Wy willen u met deze adviezen zo goed mogelyk van dienst zyn en geven zo mogelijk advies op elke vraag. Wy kunnen echter geen aansprakelijkheid aanvaarden voor elders verkregen inlichtingen of gegevens RED. Koelkast. Ergens meen ik gelezen te hebben dat men een koelkast beter niet op een al te koude plaats moet zet ten. Dit lijkt mij onlogisch. Volgens de mening van een deskundige op het gebied van de koeltechniek is de stelling, die u in uw schrijven releveert, inderdaad onlogisch. De invloed van de omgeving op een koelkast is n.l. te ver waarlozen, afgedacht van het energie verbruik. Alleen bij abnormaal hoge temperatuur van de omgeving zou een koelkast niet voldoende aan zijn capa citeit kunnen komen. Maar bij lagere temperaturen wordt alleen het energie verbruik enigszins beperkt. Het enige wat van belang kan zijn, is het aantal malen en de tijd dat de deur geopend wordt en is. Inkomen zoon. Mijn zoon moet binnenkort in dienst. Daarom kan hij geen betrekking aanvaarden en verdient hij wat met tijdelijk werk. Dit laat ik hem houden, want hij moet kunnen spa ren en een behoorlijke vakantie genie ten. Heb ik nu voor de kosten van zijn levensonderhoud geen recht op aftrek wegens buitengewone lasten Niet alles wat u aan een zoon ten koste legt, mag u tot de buitengewone lasten rekenen. Daartoe behoort volgens de wet alleen dat noodzakelijk levens onderhoud waar u rederlijkerwijze niet onderuit kunt, omdat de ondersteunde er redelijkerwijze niet zelf in kan voor zien. Het is daarom wel redelijk dat u bijspringt als uw zoon gedurende de periode voorafgaand aan de militaire dienst zich geen inkomen kan verwer ven. Zeker behoren de uitgaven om de ondersteunde in staat te stellen te spa ren, niet tot de buitengewone lasten. De wetgever en met hem de fiscus dus gaat er niet van uit, dat de jon gens geen kans gegeven moet worden om te sparen. De één kan dat wel, een ander heeft daartoe de middelen niet. De fiscus staat daarbuiten; voor hem is de vraag slechts of u die uitgaven mag aftrekken van uw inkomen, niet of u ze moet doen of niet. Aftrekbaar is dus alleen hetgeen redelijkerwijze tot het noodzakelijk levensonderhoud behoort, verminderd met de eigen inkomsten van de ondersteunde. Daartoe wordt als re gel wel gerekend een redelijke vakantie na beëindiging van de studie. Sinds de soldij van de militairen is verbeterd is voor hen in het algemeen geen aftrek meer mogelijk, daar zij zelf van hun be loning kunnen rondkomen. Meestal wordt door ouders geen vergoeding ge vraagd wanneer hun kinderen in het weekend bij hen thuiskomen. Wilt u stel len dat u uw zoon niet gewoon als gast ontvangt, doch hem in het weekend kost en inwoning verschaft als bijdrage in het levensonderhoud, waarin hij rede lijkerwijze zelf niet kan voorzien, dan houdt dat in, dat u van hem wel een vergoeding zou vragen als hij die maar zou kunnen betalen. Dit is uitzonderlijk en zal dus redelijkerwijze bewezen moe ten worden. O.i. zou u dus aftrek kun nen vragen voor de kosten, gemaakt vóór de militaire dienst plus wellicht de bijdrage in de vakantie, doch vermin derd met de inkomsten van uw zoon gedurende die periode. Rimpels. In een tijdschrift las ik een advertentie over een apparaatje dat er uitziet als een soort vulpen, waarme de men op eenvoudige wijze zelf rim pels kan wegwerken. Weet u ook waar deze apparaatjes te koop zijn? Door Parmex N.V. Apeldoorn, verte genwoordiger van Orlane in Nederland, werd ons meegedeeld, dat de „jeugd- vulpen" wel in Parijs, maar niet in de Nederlandse schoonheidssalons wordt toegepast, wegens de kostbare investe ring, en dat zelfbehandeling ook uitge sloten moet worden geacht. De Neder- danse dames kunnen voor deze behan deling dus niet in eigen land terecht. Spruitenafval. Is spruitenafval een geschikt voedsel voor konijnen en kip pen? Mits dat spruitenafval niet in rotten de toestand verkeert, is het zeker ook een geschikt voer voor konijnen en kip pen. Wel moet het vooral voor konijnen niet nat gevoerd worden. U zult zeg gen: in de natuur wordt het wel nat door de konijnen gegeten, maar dat is onder heel wat andere omstandigheden als dit bij vastzittende dieren het geval is. Voor kippen verdient het aanbeveling een afgeoogste stronk aan een touw in de kippeloop te hangenVDit verschaft ze niet alleen groenvoer, maar ook de zo nodige lichaamsbeweging. Zo hoog hangen dat ze er eigenlijk naar opsprin gen moeten. Ook bij konijnen zowel als bij kippen verdient het aanbeveling er ook wat droog voer bij te geven. Hij was min of meer overdonderd en iets in hem verzette zich. Tijdens de laatste 150 km van de grens naar Am sterdam somde hij een regiment bezwa ren op. „Je vraagt niet eens, of ik wel wil. Jij beslist maar... tel ik niet mee? Is het de bedoeling, dat ik je welwil lende dienaar wordt in de toekomst? Zet dat dan maar uit dat lieve hoofdje van je, want daar komt niets van in. En je vader? De zal me zien aankomen: een fabrieksarbeider. Die schopt me meteen de deur uit, al ben je honderd keer zijn oogappel. Misschien daarom juist wel. Enfin, stuur me maar bloe men, als ik in het ziekenhuis lig te genezen van m'n gebroken botten en zo. En als je vader het niet doet, doen je broers het wel. Ik heb ze gezien. Lijken me ook niet bepaald jongens, die me met gejuich als aanstaande zwager zul len inhalen. En neem nu eens aan, dat iedereen ja en amen zegt, wat dan? Weet je, wat ik verdien? Dat is in jouw ogen een zakcentje, maar daar zullen jij en ik van moeten leven. Met een beetje geluk krijgen we mischien een flat in nieuw West. Weet je, hoeveel huur die dingen doen? Een vijfde van m'n maandloon. Wat zeg ik? Bijna een vierde. En je auto kun je dan ook wel afschaffen. Is geen geld voor. Je weet niet, wat je je op je hals haalt. Ik had die zondagmiddag nooit moeten komen, gekke meid... We moesten het na van avond hierbij maar laten, dat is voor jou en voor mij het beste..." En zo voort. Maar Tilly had al z'n bezwaren lachend weggewuifd. „Er is maar één ding belangrijk: jij en ik, we houden van elkaar. Vader zal vast niet zo gauw toestemming geven voor een huwelijk, dus dat wordt eerst een verloving van een half jaartje. In die tijd kunnen we elkaar beter leren kennen en kan ik me al vast vertrouwd maken met m'n toe komstige status: de vrouw te worden van een fabrieksarbeider. Daar zie ik niets denigrerends in. Overigens, wie zegt, dat je dat moet blijven? Vader kan je best aan een veel beter baantje helpen, hoor. Als je eenmaal zijn schoon zoon bent, zorgt hij ook wel voor beter werk Doch toen was de koppigheid in hem naar boven gekomen. „Dacht je, dat ik dat zou aannemen? Een mooi baantje, dank zij de protectie van mijn aanstaan de schoonpapa en het vrouwtje op de koop toe? Waar zie je mij eigenlijk voor aan? Voor een profiteur? Ik blijf, wat ik ben. Het werk bevalt me. Als je dan met alle geweld met me wilt trou wen, zul je ook de konsekwenties, die daaruit voortvloeien, moeten aanvaar den." Opnieuw had ze gelachen. „Dan zien we later wel, jongen. Voor ons bestaat op het ogenblik enkel dit feit: we hou den van elkaar. Zeg, kijk eens even goed uit... hier in de buurt moet een zijweg zijn. Daar wil ik in." „Waarom?" Hij keek verbaasd naar het meisje. „Omdat ik nog even in je armen wil liggen, domme jongen van me. Omdat ik naar een kus van je verlang HOOFDSTUK VHI Jan Pelser zag doorgaans alles in het leven van alle dag nuchter en met ge voel voor werkelijkheidszin aan. In de loop der enkele jaren, dat hij als kelner avondwerk verrichtte, had hij wel eens kennis gemaakt met meisjes, doorgaans leden van het huisperesoneel, die enige indruk op hem maakten. Soms maakte hij een afspraak en dan ging hij korter of langer tijd met zo'n meisjes uit. Tot hij of zij er genoeg van kreeg en na de laatste avond scheidden ze doorgaans met een stevige handdruk. Jan maakte er nooit een drama van, omdat hij jong was en, zover dat mogelijk was, wilde genieten van het leven. Af en toe een lief, toeschietelijk meisje in de armen en een paar willige lippen, waarop hij de zijnen kon plaatsen was een prettige afwisseling. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Scheldebode | 1970 | | pagina 1