Baby werd verkouden
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZUID-BEVELAND
LAND- EN TUINBOUW
LANGS DE STRAAT
OVERDENKING
[WATERSTANDEN.
35STE JAARGANG
No. 10
9 AUGUSTUS 1968
GOUDEN
de scheldebode
REDACTEUR
J. A. WESTSTRATE MIDDELBURG
ROUAANSE KAAI 21 TELEFOON (01180) 2453
Abonnementsprijs bij vooruitbetaling f 1,80 per kwartaal
Franco per post f 3,60 per halfjaar
ADMINISTRATIE
J. M. C. VAN DER PEYL KRUININGEN
MARKT 19 TELEFOON (01130) 1381 GIRO 2 84 25
Advertentieprijs 1-25 mm f 3,75, verder 15 cent per mm
Ingezonden mededelingen dubbel tarief
In te zenden vóór woensdag 12 uur
UITGEVERSMAATSCHAPPIJ „DE SCHELDEBODE"
Verschijnt des vrijdags
DRUK F. VAN DER PEYL - KRUININGEN N.V.
Loes en Peter hebben een zoon, een
heerlijk dikke beer van een jongen. Na
ruim vier maanden was Loes nog steeds
niet bekomen van het onuitsprekelijke
wonder, dat zo'n klein mensenkind is.
Iedere dag ontdekte zij iets nieuws en
altijd was het iets moois en aanbidde
lijks. En als Peter dan 's avonds thuis
kwam, maakte zij hem deelgenoot van
haar ontdekking.
En toen werd Petertje verkouden. Zo
maar ineens snipverkouden. Zo'n eerste
verkoudheid is meestal voor het kers
verse moedertje veel erger dan voor het
kind. Loes was in alle staten. Om de
vijf minuten voelde zij aan zijn handjes.
Met het gebaar van een ervaren ver
pleegster legde zij haar hand in zijn
halsje. Hij voelde zo warm. Hij kon wel
koorts hebben. Baby niest tweemaal,
driemaal. Hij huilt op een klagelijk toon
tje. „Als hij maar niet ziek wordt", pie
kert Loes ongelukkig.
Als gewoonlijk komt oma 's morgens
even aanlopen. „Dat kind hoest", zegt
zij beschuldigend. In haar tijd waren
kleine kinderen van die leeftijd nooit
verkouden. Toen werd er „gezorgd" voor
kleine kinderen, maar tegenwoordig met
al die open deuren en ramen, met dat
bespottelijke systeem van afharden. Zij
had het altijd wel gezegd: „Dat moet
uitlopen op een ziekte, dat zal je zien,
dat kan immers niet anders, en daar
had je het nu al!" Oma buigt zich over
de wieg. „Arm schapie..." beklaagt zij.
Weer hoest Petertje.
„Dat kan best croup worden", zegt
oma, „croup is gevaarlijk op die leef
tijd".
Loes zit op spelden. Het is weer het
oude liedje: oma's ervaring van moeder
van zeven kinderen staat lijnrecht te
genover de moderne opvattingen van
Loes, die in alles precies de voorschrif
ten van haar huisdokter opvolgt.
Baby huilt verdrietig. Klaarblijkelijk
heeft hij het door zijn verstopte neusje
HERENRINGEN
UNIEKE KOLLEKTIE
'l'V/lLEGEN
KAPELLE TEL. (01102) 1223
benauwd. Hij vecht instinctmatig tegen
een onbegrepen boze vijand.
„Begin nu toch alsjeblieft met die
ramen dicht te doen", dringt oma aan.
„Een bovenraam nog wel! Je voelt com
pleet de tocht op je hoofd!"
Suggestief rilt oma.
„En zet het elektrische kacheltje op
een stoel voor de wieg. Warmte is de
beste medicijn voor een verkoudheid".
Driftig huilend trapt de baby de de
kentjes weg.
Laat ze maar praten!
„Hoor dat kind z'n ademhaling eens
piepen!" roept oma uit. „Als dat maar
geen longontsteking wordt..."
Zodra oma is vertrokken holt de jon
ge moeder naar de telefoon en smeekt
de huisdokter om alsjeblieft nog even
te komen kijken voor de nacht. De dok
ter komt en constateert geen vererge
ring in de toestand van Petertje. Hij
blijkt lichtelijk ontstemd, dat men hem
voor niets heeft laten komen.
„Hoe kon je nu ook zo dwaas en kin
derachtig doen?" berispt 's avonds de
jonge echtgenoot. „Dacht je nu heus,
dat jouw jongen groot zou worden, zon
der ooit verkouden te zijn?"
„Ja, maar oma zei, dat het misschien
croup of longontsteking kon zijn", ha
pert Lous.
Peter haalt de schouders op.
„Houd jij je nu maar aan hetgeen je
dokter zegt en laat je alsjeblieft door
niets en niemand in de war maken",
raadt hij. „Laat ze maar praten en doe
wat de dokter voorschrijft".
Hoeveel jonge moedertjes zouden er
met haar zuigelingen beter bij varen,
als zij deze verstandige raad opvolgden?
Een verkouden baby moet in een warm
nestje liggen, maar bij voorkeur in een
koude kamer. Mist is de enige weers
gesteldheid, die het sluiten van de ra
men noodzakelijk maakt. Het z.g. „uit
broeien" van een verkoudheid is een
reeds lang overwonnen standpunt, het
vermeerdert de bacteriën en vergroot
de vatbaarheid.
Overdrijf niet!
Sommige jonge moedertjes, overtuigd
van de onschatbare waarde van verse
lucht, gaan ertoe over hun babies in een
koude kamer aan en uit te kleden en te
baden. Dat is verkeerd!
Het aan- en uitkleden, het wassen en
verdrogen en het voeden behoort in een
behoorlijk verwarmd vertrek te geschie
den als het koud is. Bij kil en koud weer
legt u een kruik in het bedje of de
wieg. Ook een flanellen trappelzak en
een wollen truitje dienen de baby te be
schutten, die in de huidige kil-zomerse
temperatuur bij een open raam ligt.
En laten we bij een eventuele ver
koudheid nimmer uit het oog verliezen,
dat de zwakke krachten van de zuige
ling minder paraat tot afweer van de
schadelijke bacteriën zijn bij een onge
steldheid en dat het koesteren vooral-
dicht-bij-de-kachel met de ramen pot
dicht een vermindering in plaats van
een vermeerdering van zijn krachten ten
gevolge heeft. (Nadruk verboden)
EEN WERELDRAS
IN DE VENSTERBANK
In een vorig artikel beschreven wij
hoe Pieter de Swart een aardappelras
tot stand bracht waarin de moderne
kwaliteiten gepaard gaan met de oude
smaak van het Botergeeltje, en dat het
30 jaar heeft gekost, alvorens de Ne
derlandse huisvrouw over dit ras, dat
de zeer toepasselijke naam Lekkerlan-
der heeft gekregen, kon beschikken.
Niet alle bijzondere rassen komen ech
ter zo moeizaam tot stand.
Rond de eeuwwisseling hield school
meester K. L. de Vries te Suameer zich
reeds bezig met het kweken van nieu
we aardappelrassen, met als enig tech
nisch hulpmiddel, de vensterbank van
de school, waarin de zaailingen in bloem
potten en bokkingkistjes werden opge
kweekt.
Geen enkel wetenschappelijk instituut
dat meester De Vries begeleidde, geen
enkel vergelijkingsmateriaal wat hem
ter beschikking stond.
Ondanks deze primitieve wijze van
kweken gelukte het in 1905 een ras te
winnen dat na vele avonturen een we
reldreputatie verwierf die op de dag
van vandaag (ruim 60 jaar later) nog
door geen enkel ras is verslagen.
De Bintje, want zo werd het ras naar
een van zijn leerlingen genoemd, leent
zich van alle Europese aardappelrassen
het beste voor de bereiding van patat
frites en de verwerking tot chips. Het
ras heeft bovendien met alle oudere ras
sen gemeen, dat het een goede smaak
bezit.
De huisvrouw die thuis patat frites
wil gaan bakken zal dan ook goed doen,
nadrukkelijk naar Bintje te vragen.
Als kookaardappel is de Bintje min
der geschikt, en gaat de voorkeur van
de Nederlandse huisvrouw, die een lek
kere maaltijd op tafel wil toveren uit
naar een kwaliteit als die van Doré,
Lekkerlander en later in het seizoen
naar Eigenheimer, Furore en Irene.
Wel zou men iedere huisvrouw op het
hart willen drukken: koop niet slechts
aardappelen, maar noem ook het soort
dat u wenst. Alleen dan bent u ver
zekerd van een goede constante kwali
teit.
DE BETALENDE WINKELDIEF
De zelfbediener die terecht moest
staan omdat hij in de zelfbedieningszaak
zichzelf bediende van een methode om
zichzelf beter te bedienen dan deze zelf
bedieningszaak toestond aan andere
zich zelf bedienende klanten, bediende
zichzelf voor het hekje ook van zelf be
dachte uitvluchten.
„Ik had eerlijk gevraagd of ik nog
even naar binnen mocht om wat te ha
len", zei hij verongelijkt. En: „De cas-
sière vond het goed, dat ik m'n gang
ging".
Die cassière getuigde zelfs, dat deze
verdachte de waarheid sprak. Hij kwam
geregeld boodschappen doen, vertelde
zij. En hij wist zichzelf goed te bedie
nen. Als hij een enorme boodschappen
tas vol boodschappen geboodschapt had,
rekende hij die precies af. Daar man
keerde nooit een cent aan. Wel was de
ze meneer erg vergeetachtig. Als hij de
winkel nog maar net was uitgelopen,
keerde hij alweer op zijn schreden te
rug, omdat hij ook nog een rol beschuit
moest hebben. Of nog een fles limonade.
Of nog een pak hondenbrood.
„En dan kwam meneer netjes aan de
kassa om die rol beschuit, de fles limo
nade of het pak hondenbrood nog even
bij te betalen".
„Dus meneer betadlde zijn boodschap
pen en daarna betaalde meneer nog eens
wat hij vergeten was en er even bg
kwam halen?" vroeg de rechter.
„Jazeker, edelachtbare".
„Wat is daar dan verkeerd aan?"
„De boodschappentas, edelachtbare".
Aller ogen waren nu gericht op het
vlotte verkoopstertje, dat door haar op
lettendheid een geraffineerde oplichters
truc doorzag en aan een lange reeks
winkeldiefstallen een eind maakte. Het
viel haar namelijk op, dat steeds die
zelfde meneer iets vergat. Ze vond het
nog vreemder, dat het geheugen elke
keer opnieuw op de zelfde plaats terug
kwam, namelijk op een moment dat me
neer al buiten de winkeldeur was ge
weest. Daarom volgde ze zijn bewegin
gen, als hij de boodschappen afrekende
en naar buiten stapte. En toen viel het
haar op, dat hij zijn herinnering terug
kreeg als hij de volle boodschappentas
in zijn auto had gezet. Dan trok hij de
tas weer naar buiten en ging met die
tas weer de winkel in.
„En dat vond ik niet normaal, edel
achtbare. Als je een zware tas in je
auto hebt gezet, ga je die niet weer
terugtrekken en nog eens met die zwa
re vracht door de winkel sjouwen als
je alleen maar een rol beschuit er bij
moet halen".
Alle hoofden knikten.
„Toen ben ik de volgende keer achter
de kassa vandaan gekomen toen hij weer
met z'n tas terugkeerde, en ben ik par
does tegen hem opgelopen op het mo
ment dat hg vroeg of hij nog een blik
je vruchten mocht pakken. Nou, z'n tas
was leeg, edelachtbare. Al die tijd had
hij ons voor de gek gehouden als hij
weer bij de kassa kwam om dat ver
geten boodschapje af te rekenen. Hij
ging de tweede keer met een lege tas
naar binnen, laadde die ook weer vol
met precies de zelfde boodschappen als
de eerste reis, liet dan aan de kassa z'n
tas zien èn dat ene bijgehaalde pakje,
betaalde voor de rol beschuit of zo'n
blikje vruchten en verdween met een
dubbele lading, waarvan dus maar de
helft betaald was".
De verdachte ontkende pertinent.
„Natuurlijk had ik die ene keer een
lege tas bij me", beweerde hij. „Ik ver
gat zo vaak wat, dat ik het verstandig
vond een tas mee te nemen om er alle
vergeten boodschappen in te doen. Ik
had ook niet één blikje vruchten ver
geten, zoals die juffrouw denkt, maar
tien blikjes. En daar heb je toch echt
wel een tas bij nodig".
De officier had echter nog enkele pij
len op zijn boog. Hij had getuigen ge
vonden die de verdachte meer dan eens
bezig hadden gezien met het snel vol
proppen van een boodschappentas bij
een tweede ronde. En die getuigen be
vestigden nu, dat het hen was opgeval
len dat hij die tweede keer alleen maar
iets betaalde wat hij los in de hand
hield. Ze hadden zich over die winkel
diefstal al eens kwaad gemaakt en de
chef gewaarschuwd, maar die dorst de
goede klant niet aan te pakken zo lang
hij het zelf niet gezien had. En als de
chef in de buurt was, stal deze klant
niet.
„Wie zegt, dat ik niet op mijn éérste
ronde die tas vollaadde?" vroeg de zelf
verzekerde zelfbedienaar. „Ze kunnen
hier wel zoveel beweren. Straks zeggen
ze nog, dat ik drie keer rond ging".
„Dat zal ook heus wel eens gebeurd
zijn", priemde de cassière.
„Hebt u me ooit één pak hondenbrood
zien stelen?"
„Nee, maar wel een groot blik kavi
aar, want dat zag ik u een keer in uw
jaszak steken, toen ik u al niet meer
vertrouwde!"
„Je kletst maar wat", klonk het te
rug, „als je dat gezien had, zouden jul
lie me toch direkt bij m'n boord hebben
gegrepen. Ik heb nog nooit wat in m'n
zak gestoken, alleen maar in die tas en
die controleerde je zelf aan de kassa".
De officier vond dat er nu wel ge
noeg gepraat was en voldoende bewe
zen. Hij sprak van een uiterst geraffi
neerde oplichterstruc en van een door
trapte huichelaarsmentaliteit en hij acht
te een strenge straf op haar plaats.
Daarom eiste hij vijfhonderd gulden boe
te of drie maanden en nog eens drie
maanden voorwaardelijke gevangenis
straf met een proeftijd van twee jaar.
„En dat alleen maar omdat ik met
een lege tas een winkel binnenstap..."
stootte de zelfbedienaar met grote zelf-
verwondering uit.
„Driehonderd gulden, subsidiair twee
maanden onvoorwaardelijk, en drie
maanden voorwaardelijk met een proef
tijd van twee jaar", vonniste de politie
rechter, „omdat u met teveel volle tas
sen de winkel uitstapte".
Nadruk verbodend' ARGENTY
ALLE VRAGEN VOOR DEZE RUBRIEK UITSLUITEND TE ZENDEN AAN:
REDACTIE „MET RAAD EN DAAD", ROUAANSE KAAI 21, MIDDELBURG
met bgsluiting van een postzegel van 20 cent voor doorzending van uw brief
WJJ willen u met deze adviezen zo goed mogelgk van dienst z(jn en geven
zo mogelgk advies op elke vraag. W(j kunnen echter geen aansprakelijkheid
aanvaarden voor elders verkregen inlichtingen of gegevens RED.
Niet-uitbetaalde overuren. Sinds
kort ben ik werkzaam bij een bank
instelling. Het werk aldaar brengt met
zich mee dat er wekelijks 5 tot 10 over
uren moeten worden gemaakt. Deze
overuren worden niet uitbetaald. Kan
men nu uitbetaling van deze gemaakte
overuren eisen, dit op grond van een
regeling in de arbeidswet bijv.? De sa
lariëring vindt maandelijks plaats, de
werktijden zijn vooraf zwart op wit
vastgesteld.
Als de bankinstelling waar u werkt
geen spaarbank is, dan geldt daarvoor
een c.a.o., die bepaalt dat de maximale
arbeidstijd per week 40 uren bedraagt.
Voor overuren tot 's avonds 8 uur moet
er een toeslag van 25 worden ge
geven en na 8 uur zelfs een toeslag van
50 op het normale loon, als daarvan
het jaarbedrag ligt beneden 13.706,
Mocht u bij een spaarbank werken, dan
geldt daarvoor soms geen, soms wel een
ondernemingsgewijze c.a.o., waarnaar u
dus informeren kunt. Om aan onjuiste
toestanden als die waaronder u werkt
een einde te maken, is het van het
grootste belang, dat u zich organiseert
via een van de volgende adressen: Ned.
Verbond van Vakverenigingen, Plein '40-
'50 no. 1, Amsterdam-Slotermeer; Ned.
Kath. Vakverbond, Oudenoord 12,
Utrecht; Chr. Nat. Vakverbond in Ne
derland, Maliebaan 8-8a, Utrecht.
Augustinus. Mijn achternaam is
Augustinus. Wat betekent deze naam?
U bent genoemd naar de grote kerk
vader Augustinus, die 430 stierf in
Noord-Afrika en grote invloed heeft ge
had op het gehele kerkelijke leven. In
de boekhandel zgn boeken over deze
grote figuur te krijgen. De naam Augus
tinus is een bijvoegelijke vorm van Au
gustus (dit betekent de verhevene), de
Romeinse keizer die kort voor de ge
boorte van Jezus Christus een soort
volkstelling liet houden.
Inlichtingen. Weet u een instantie
waar men inlichtingen kan inwinnen al
vorens men een jong meisje een betrek
king in Engeland laat aannemen?
Hiervoor kunt u het beste het Maat
schappelijk Advies- en Inlichtingen (M.
A.I.) bureau raadplegen. Er wordt dan
voor u informatie ingewonnen over de
familie of werkgever waar het meisje
terecht komt. Mocht zij later in Enge
land nog hulp nodig hebben bij moeilijk
heden met de werkgever (geefster) e.d.
dan kan zij zich daar altijd nog wenden
tot „The Netherlands House", Nutley
Terrace 3, Hampstead, London N.W. 3.
Deze instelling staat onder leiding van
de Nederlandse juffrouw Bollen.
Kiesrecht. Wanneer werd in Enge
land en in Duitsland het vrouwenkies
recht ingevoerd?
Het vrouwenkiesrecht werd in Enge
land en Duitsland ingevoerd in 1918. De
leeftijdsgrens was in Engeland eerst 30
jaar en werd in 1928, zoals het in Duits
land al meteen was geweest, 21 jaar.
Wijnhypotheek. Kan een Neder
landse die in Nederland woont en voor
80.000,aan wijnbergen in Duitsland
bezit, hierop een hypotheek van 20.000
gulden krijgen?
U zult zeer waarschijnlijk wel een hy
potheek kunnen krijgen op uw bezittin
gen in Duitsland, maar dan niet bij een
Nederlandse, doch bij een Duitse hypo
theekbank. Wij geven u daarom de vol
gende twee adressen door: Deutsche
Cenral Bodenkredit A.G., 5 Köln, Kaiser
Wilhelm Ring 28-29; Rheinische Hypo-
thek Bank, Geschaftstelle Düsseldorf
Bismarckstrasse 95.
Vogels. Is het waar dat zangvogels
springen en dat andere soorten vogels
xopen
Voor wat de kleine zangvogels betreft
is dat wel juist, b.v. de vinken, maar
er zijn ook zangvogels als b.v. spreeu
wen en aanverwanten die gewoon lo
pen. Er zijn wat dat betreft geen vaste
regels.
Plant of struik. Kunt u mg een
jf andere vaste plant of struik aanbeve
len die op een zeer warme plaats komt
te staan in de felle zon en op droge
grond tegen een muur?
Het is over het algemeen wel een zeer
slechte plaats tegen een muur daar hier
het zonlicht en de warmte worden te
ruggekaatst, dus dubbel werken. U kunt
echter de volgende soorten eens probe
ren. Vaste planten: goudsbloem, koren
bloem, cleone (kattesnor), gaillardia,
godetia, zonnebloem in soorten, mesem-
brianthemum, muurbloemen, stokrozen
(deze beide laatsten zijn tweejarig), oer-
rothera, teunisbloem, salpiglossis, sia-
biosa, oost-indische kers. Sierheesters:
nibessoorten, hypericum, bubosissoorten,
spiraesoorten, caragana, colutea, brem
soorten, duindoorn, rhustyphisia, spi
raea arguta, amelasschier, gouden re
gen. Bladhoudende heesters worden niet
aanbevolen, daar die niet alleen spoedig
verbranden, maar ook in de winter veel
zullen lijden van het afwisselend vriezen
3n dooien. Liefst niet te dicht tegen de
nuur planten zodat er nog een lucht
laag blijft tussen muur en plant of
struik.
Deze man nu ging opwaarts uit
zijn stad van jaar tot jaar, om
te aanbidden en om te offeren
de Here der heirscharen te Si
lo... 1 Sam. 1 3a.
Was er al een zwarte plek in Elka-
na!s levensgedrag, daarom was hij (kind
van zijn tijd) nog geen goddeloze. In
tegendeel! Hij behoorde tot die ouder
wetse lieden, die, de tijdgeest ten spijt,
vasthouden aan het onveranderlijke
woord van God. Naar Diens hoog bevel
moest Oud-Israel driemaal in het jaar
op de daartoe bestemde plaats voor Zijn
aangezicht verschijnen en... niet met le
dige handen! Lof-, dank- en schuldof
fers strekten mede tot onderhoud van
het Heiligdom en het Priesterschap.
Daar zal in die dagen van afval véél
aan hebben ontbroken, maar wat hem
betrof, wenste Elkana te gehoorzamen.
Hiermede deed hij zijn naam, die „bezit
ting van God" betekent, alle eer aan!
Wij behoren Gode te geven, dat Godes
is. Zullen wij eenmaal in de hemel met
de engelen het Halleluja aanheffen, dan
moet dit hier op aarde reeds onze lust
zijn. Aanbidden is niet vragen: „krijg
ik wat?", maar zich verdiepen in de
goedheid Gods en Hem daar eens har
telijk, stil, als onder vier ogen, voor
danken. Het offeren onderstreept die
diepe hulde, want liefde moet zich kun
nen uiten in een déüd.
Zes uren ten noorden van Rama, op
een hoge, doch gemakkelijk te beklim
men berg, was de stad Silo gelegen.
Na de onderwerping van het land had
Jozua aldaar de tent der samenkomst
opgericht, waarbij het volk op de hoog
tijden zou feestvieren en ook de dage
lijkse offers werden gebracht. Veertig
jaar was die tent op de zwerftochten
door de woestijn meegevoerd, doch toen
kreeg zij een vaste stee: had men dóAr-
om plek Silo, d.i. Rust, genoemd? Hoe
dit zij, beter naam is voor een Godshuis
al niet te bedenken. DóAr worden wij
uit het platvloerse van duizend kleine
dagelijkse dingen, die toch in eigen huis
niet zijn te vermijden, opgebeurd in de
berglucht der aanbidding. Nóg rijker
wordt dit, als wij de ware Silo, de
Christus, aldaar mogen aanschouwen en
Zijn stem horen: Komt allen tot Mij, die
vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust
geven. Hoe menig gejaagde ziel kwam
in Gods huis tot rust! Laat ons de on
derlinge samenkomsten niet nalaten. De
Here beloofde: Ik zal hen verheugen in
Mijn bedehuis. (Uit een Dagboek)
WEMELDEN GE
Van 1117 augustus 1968
Vrijdag 16 augustus: Laatste Kwartier
HOOGW.
LAAGW.
v.m.
n.m.
v.m.
n.m.
Zondag
5.37
5.53
11.12
11.33
Maandag
6.13
6.28
11.51
Dinsdag
6.47
7.00
0.07
12.27
Woensdag
7.20
7.31
0.41
12.59
Donderdag
7.54
8.06
1.15
1.37
Vrijdag
8.34
8.44
1.58
2.25
Zaterdag
9.22
.941
2.50
3.19