BQTO
BANJA
‘Ik wil niet zeggen dat succes
hebben traumatisch was,
maar ik heb eraan moeten
wennen dat ik werd herkend
Raoul Thimo de Jong
Lize Spit
VI
Italiaans geworden ben. Ik wil dat ook
anderen meegeven. Mensen zeggen
vaak: ik heb geen Surinaamse roots
dus ik kan niets met Suriname. Maar als
ik me een beetje Italiaans kan voelen,
dan kunnen anderen ook een band
opbouwen met Suriname, als ze dat
willen.’
Denkt lang na. ‘Ja, absoluut. Hij komt
uit Nederland en er is ook nog eens een
groot leeftijdsverschil: hij wordt zestig
dit jaar, ik vijfendertig. Hij heeft al een
heel leven geleid zonder mij, hij was
vijfentwintig toen ik in de jaren tachtig
het licht zag. Tijd is zoiets raars, hele
maal als je voortdurend geconfronteerd
wordt met het feit dat iemand zoveel
voorsprong heeft. Dat besef zit in mijn
leven ingebakken, in de vorm van een
naderend afscheid. Rob heeft mij een
keer dagboekaantekeningen
gestuurd, die hij bijgehouden heeft
sinds de jaren tachtig. Ik kon ze
nog niet lezen, ik werd er te ver
drietig van. Ik dacht: dit is de tijd
die je zonder mij hebt dooigebracht
en die ik straks zonder jou ga
doorbrengen. Wij zijn als twee
klontertjes in een megaheelal die
elkaar even raken, even met elkaar
zijn - joepie! - en dan weer verder
zweven. Daar ben ik veel mee
bezig, ook omdat ik nu afscheid
moet nemen van mijn moeder.
Maar los daarvan zijn mensen ook
leeftijdsloos. Vroeger had ik een
omlijnd idee van wat een veertiger
of vijftiger was: iemand die minder
verwonderlijk is, met meer stram
heid, zowel fysiek als geestelijk.
Ik vind het wel prettig om op deze
leeftijd te ontdekken dat mensen
diep van binnen een leeftijdsloze
kern blijven houden. Die zal er
altijd zijn. Rob en ik kunnen in
kleermakerszit op de bank
schateren om een flauwe grap
en denken: wij zijn allebei nog
steeds vijftien jaar.’
Raoul: ‘Dat herken ik. Als ik met
mijn vriend samen ben, zonder
andere mensen, dan zie ik de
jongetjes die wij ooit waren. Zoals
gisteren, toen we samen werkten
aan die trui met franjes die ik
tijdens de photoshoots droeg.
Dat samen spelen is wel heel erg
de kern van wie we zijn.’
Lize: ‘Jullie zijn ook een koppel
zonder kinderen. Ik zie bij veel
bevriende stellen dat ze dat spel
verliezen op het moment dat ze
kinderen krijgen. Dan gaan ze
de volwassen rol spelen, of ze zijn
te moe om het zich nog aan te
trekken. Ik ben er nog niet over
uit of ik kinderen wil, maar ik ben
niet bang dat ik dan dat speelse
zal verliezen.’
Raoul: ‘Klopt, maar ik zie meer de
dingen die ons hetzelfde maken.
We zijn allebei schrijver, dat delen
we.’ Kijkt naar Lize. ‘Ik voel me
verbonden met jou, al voordat de
Boekenweekactiviteiten begonnen.
En we zijn allebei goed in foto-
shoots.’ Lacht. ‘En we hebben
allebei veel haar.’
Lize: ‘Je moet ook niet te veel op
elkaar lijken. We zijn meer com
plementair. En jij bent iemand
voor wie ik graag lief wil zijn.
Ik voel heel veel vertrouwen.’
Raoul: ‘Ik zie ook wel dat jij meer
geordend bent, en meer gestruc
tureerd. Bij mij is alles een grote
chaos, een soort achtbaan, waahh!’
Lize: ‘Ik heb verhalen gehoord
over Boekenweekkoppels die niet
door dezelfde deur konden. Maar
toen ik hoorde dat Raoul het essay
ging maken, wist ik meteen: dit
is fantastisch. Anders hadden we
nu twee heel lange weken voor
de boeg.’
RAOUL
DEJONG
18
Lize, heeft jouw man, schrijver Rob van
Essen, jou ook zo’n nieuw universum
gegeven?
Zien jullie meer overeenkomsten?
In eerste instantie lijken jullie best
verschillend.
GEBOREN 12 maart 1984 in Rotterdam STUDEERDE
een jaar literatuurwetenschappen BOEKEN debu
teerde in 2004 met Stinknegers, daarna verschen
nog zes boeken PRIJSontving de Scherpenzeelprijs
voor zijn debuut. Zijn laatste boek, Jaguarman, werd
onder andere genomineerd voor de Libris Litera
tuurprijs en de European Union Prize for Literature.
In 2022 werd hem de Anna Blaman Prijs voor zijn hele
oeuvre toegekend RELATIE metGianluca Frantonio
SCHREEF het Boekenweekessay Boto Banja
ff: MT HHEW GEM05UHM 31P. D1MSSNDE KHMJHM