Dierencarnaval Een lekker dikke laag grind Helemaal ondersteboven van de wintersport Schrijvers in de dop Twee damherten in de mist op de Polredijk 6 Deel je foto MIJN FOTO GASTSCHRIJVERS Margreet Feenstra (54) is schrijver en geboren en getogen in Vlissingen. Mo menteel woont ze met haar partner zes kilometer buiten Wijk bij Duurstede. Het is carnaval in het bos. Haas gaat verkleed als mol. Das gaat verkleed als zwijn. En Eekhoorn gaat als das. „Dat vind ik raar, jij bent geen das” zegt Das. De verhalen van Egel en Mol worden geschreven door An neke Wiltink (62) uit Veere en geïllustreerd door Lucy de Graaf (65) uit Middelburg. Geen doorkomen aan Er komt een buurman de straat in rij den. Het raampje aan bestuurders- zijde gaat omlaag. Met zijn arm leu nend in de sponning, zegt de buur man: „Maak je de laag grind niet te dik?” Ik kijk hem vragend aan. „Laatst heb ik iemand geadviseerd om een lekker dikke laag steentjes aan te brengen. Goed tegen het on kruid. Maar toen die laag eenmaal lag, was er geen doorkomen meer aan met de auto.” Hij glundert. Ik kijk naar mijn mooi opgehoogde pad. Het zal toch niet? Daarna sta ik stram op van de em mer. Even de benen strekken en de nek en rug weer in model brengen. Na 22 dagen is de oprit onkruidvrij. Ik ben trots op mijn doorzettingsver mogen. Maar dit was eens maar nooit meer. Vanaf nu houd ik het netjes bij. In deze omgeving wordt het grind op zaterdag geharkt. Dat ritme wil ik vanaf vandaag ook aanhouden. Nooit geweten dat er voor dit karweitje een grindhark bestaat. En nooit geweten dat het harken van grind zoveel her rie maakt en zoveel spierkracht vergt. Nu het pad weer netjes is, bestel ik drie kuub schoon grind. Ik heb van iemand gehoord dat een iets dikkere laag steentjes het ontkiemen van zaadjes tegengaat. Dat spreekt me bijzonder aan: minder onkruid is minder werk. Een takelwagen zet buikzakken vol grind aan het begin van het pad. Ik plaats een kruiwagen tegen de eerste en snijd met een stanleymes het doek een stukje open. Met wat sturing van mijn kant glijdt de bovenste laag grind zo L in de kruiwagen. Ik rijd jT hem naar achteren, kiep R de wagen om en breng 7 een laag steentjes aan. De eerste kruiwagens zijn snel gevuld maar daarna moet ik toch echt scheppen. Kruiwagen na krui wagen werk ik het grind weg. Het is alsof mijn bovenarmen bij iedere vracht steviger worden. „En jij bent geen zwijn,” zegt Eekhoorn. Al snel hebben ze ruzie. Zo erg dat Haas naar Oehoe gaat. „Tidadida!”’ roept Haas. „Oehoe, je moet komen.” Dat doet Oehoe. Hij fladdert rond Das en Eek hoorn. „Hou op!” roept hij. Maar ze gaan gewoon door. Das trekt aan de kop van Eek hoorn. „Au, au!” roept Eekhoorn. Eekhoorn trekt aan de poten van Das, „Au, au!” roept Das. Daar komen Egel en Mol. Egel is ver kleed als kikker. En Mol is verkleed als haas. „Dat vind ik raar!” roept Haas. „Jij bent geen haas.” „En jij bent geen mol,” zegt Mol. klaas trekt aan het pak van Mol. „Dat ding moet uit!” Egel springt tussen Haas en Mol in. „Van Mol blijf je af!” kwaakt hij. Haas laat Mol los. „Sinds wanneer kwaak jij?’” vraagt Mol verbaasd. „Dat vraag ik me ook af!” kwaakt Kikker. „Ik vind het raar. Jij bent geen kikker!” Dan heeft Uil er genoeg van. Hij fladdert omhoog naar een tak en spreidt zijn vleu gels. „Allemaal luisteren,” zegt hij. „Zo kunnen we geen feest vieren. Iedereen komt vanavond maar als zichzelf.” En zo gaan ze het doen. „Wel jammer van mijn pak,” zegt Egel en hij geeft het kik ker pak aan Kikker. Eek hoorn geeft zijn das-pak aan Das. Mol geeft zijn haas-pak aan Haas. Haas geeft zijn mol-pak aan Mol. „En ik dan?” zegt Egel. „Waarom wilde niemand een egel zijn?” „Teveel stekels,” zegt Das. „Te korte pootjes,” zegt Haas. De ste kels van Egel gaan ervan hangen. Tot Mol haar arm om hem heen slaat. „Zo leuk dat niemand het durft.” Ik zit voorovergebogen op een omgekeerde emmer op het grindpad. Met een drietands tuinkrabber woel ik de aarde onder de steentjes los. De grassprieten en het andere onkruid pluk ik met wortel en al uit de bodem. Iedere dag werk ik op deze manier een paar vierkante meter af. KAPELLE HERMAN CLEMENT WIJKBIJ DUURSTEDE VEERE I Wil je ook een bijzonder ver haal delen? Mail dan naar lezersredacteur@pzc.nl. „Mijn buren waren helemaal ondersteboven van hun wintersportvakantie, terwijl ik hier voor hun katten zorgde. Ik kreeg deze leuke foto van hen.” zegt Herman Clement. De rubriek Gastschrijvers is een podium voor schrijvers in de dop. De bijdragen mogen over van alles gaan, als je er maar leuk over kunt schrijven. Deel je mooie, grappige of ontroerende verhaal uit het dagelijks leven met ons. De beste stukken publiceren we op deze speciale pagina ‘Van de lezer’. Voor reacties op het nieuws, zoals opiniestukken en ie- zersbrieven is een aparte pa gina. Voorwaarden De verhalen moeten aan een aantal voorwaarden voldoen: - De bijdrage is geschreven in fatsoenlijk Nederlands en heeft een maximale lengte van 300 woorden. - Zorg dat je bijdrage altijd is voorzien van je volledige naam, leeftijd, woonplaats en eventueel beroep en/of ge zinssituatie. Hans Huvers: „Ik zag daar twee damherten staan, in de ne vel bij het opkomen van de zon, in een prachtig decor. Snel uit de auto gestapt en enkele foto’s geschoten, waaronder deze.” MAANDAG 27 FEBRUARI 2023 GO In de rubriek Mijn Foto kunnen lezers hun *?z±<”?,0'Sdete""'e< ten via een mail naar ezersredacteur@P2c.ri| VROUWENPOLDER HANS HUVERS

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2023 | | pagina 26