u 3 0 Een noodkreet uit Aleppo (Syrië): ‘De kou vreet aan onze lichamen’ 9 AARDBEVING TURKIJE-SYRIË Na drie dagen zoeken naar overlevenden dringt langzaam het besef door dat er vanaf nu meer dode dan levende mensen onder het puin vandaan zullen komen. In het zwaar getroffen Iskenderun maakt paniek plaats voor verslagenheid. over de straat. Matrassen, huisraad en een stukje van een stenen trap verraden dat het een woonflat was. Vijf verdiepingen hoog, tien ap partementen, vertelt een man die erbij staat met tranen in de ogen. Bovenop de berg beton staat een tiental mannen met hamers en an der huis-tuin-en-keukengereed- schap. Het zijn geen professionele reddingswerkers, maar familiele den van mensen die in de flats woonden. Ze hameren stukken gruis weg om zo diep mogelijk te kunnen komen. Maar tekenen van leven hebben ze al lang niet meer gehoord of gezien. Maar ze blijven zwijgend doorwerken. Iskenderun, een stad aan de Mid dellandse Zee in de provincie Hatay, is een van de zwaarst ge troffen steden in het rampgebied. Hulp kwam er een stuk later op gang dan elders, met name omdat de toegangsweg ernaartoe ernstig beschadigd was door de kracht van de aardbeving. Inmiddels is er meer hulp, Turkse en ook buiten landse reddingsteams. Iskenderun heeft nog meer zorgen. Het ligt aan zee, en door de beving is het waterpeil zo gestegen dat er lang zaam water de stad inloopt. In wij ken dichtbij de kust staat inmid dels een laag water waar nog net doorheen te rijden is. Dan is er het havengebied, waar maandagoch tend meteen al een grote brand uitbrak bij zeecontainers. Een dikke zwarte rookwolk hangt bo ven de stad. Het lukt de brandweer niet het vuur onder controle te krijgen. Toen het even uit leek te zijn, dinsdagavond, laaide het een paar uur later weer op. Het is niet bekend wat er in de containers zit. Geliefden Op het kruispunt bij de entree naar de stad staan hoge flatgebou wen die zodanig beschadigd zijn dat ze bij een volgende naschok volledig kunnen instorten. Er is niemand die er hekken omheen zet. Iedereen die de stad binnen gaat kiest ervoor het gevaar te ne geren. Want er zijn belangrijkere dingen. Er liggen nog altijd men sen onder het puin. Geliefden, ooms, tantes, nichtjes, vrienden. Op sommige plekken zijn teams van de Turkse rampendienst Afad bezig met het zoeken naar overle venden. Maar er lijken niet genoeg teams te zijn. In een zijstraat van de hoofdweg ligt een berg beton Verwarring Ali en zijn gezin zijn nog compleet in verwarring. Ze hebben drie kin deren. Nisa is 14 jaar en kan nog niet geloven wat er die nacht alle maal gebeurde die nacht. „Toen we buiten kwamen was iedereen aan het schreeuwen. We hoorden gegil vanuit huizen die waren in gestort. Ik was zo bang.” Haar jongste zusje is pas 3 jaar oud en is de enige die niet beseft waar het gezin aan is ontsnapt. Ze rent rond voor de tent en zingt vrolijk lied jes. Maar ’s nachts is het zwaar, dan heeft ze koude voetjes, zegt haar vader Ali. „Voor de kinderen is de kou het ergst. We hebben een vuurtje gemaakt, om ons aan op te warmen. Verder hebben we niks meer.” Ze hopen dat ze snel naar Istan- boel kunnen, daar hebben ze fami lie. Maar ze hebben geen idee hoe ze er moeten komen. En er is nie mand aan wie ze het kunnen vra gen. Ik schat dat 90 procent van panden die nog overeind staan, onveilig is et huis van Ali en zijn Ep JHB gezin ging zo hard heen en weer dat het ®ll H hele gezin in een klap HU wakker was. Met zijn vrouw en kinderen stond hij in no-time buiten toe te kijken hoe de straat veranderde in wat inmid dels lijkt op een oorlogsgebied. Elke flat heeft dikke scheuren in de gevels. Veilig is het nergens. Nu bivakkeert het gezin op een veldje net buiten de stad. Een open veld, zonder het risico van instor tende gebouwen. Want naschok ken zijn er nog altijd, hoewel ze in sterkte afnemen. „De stad is weg”, zegt Ali. „Ik schat dat 90 procent van de pan den die nog overeind staan, onvei lig is. We kunnen nu nergens naartoe. We blijven in de tent.” Af en toe wordt er door hulpverleners eten en dekens gebracht. Maar die hebben het te druk met acute hulp verlenen. Ali en zijn vrouw weten inmid dels van vier familieleden dat ze de aardbeving niet hebben over leefd. „We hebben nog niet kun nen rouwen, we zijn nu bezig met overleven. Er liggen nog veel be kenden op de intensive care.” GO DONDERDAG 9 FEBRUARI 2023 Iskenderun bestaat niet meer: 'We hebben nog niet kunnen rouwen - Cyril Rosman Mitra Nazar Iskenderun Ali bivak keert met zijn gezin op een veld bij Isken derun, een eind van de onveilige be bouwing. FOTOMITRANAZAR Het leven in de Syrische stad Aleppo was al zwaar, de aard beving heeft de beproeving van de inwoners alleen maar verergerd. „We leven op straat, ik probeer de handen van mijn zieke moeder warm te blazen.” Twaalf jaar burgeroorlog maakte van Aleppo een stad vol ver woestingen, een plek waar leven overleven is. Waar ook voor maandag al soms urenlang geen stromend water of elektriciteit was. Waar het recht van de sterkste gold: meestal de mili ties, verbonden aan het Syrische regime, die plunderden en de in woners af persten. Die stad, voor de oorlog nog de grootste van Syrië, kent nu twee soorten puinhopen: kapotge- bombardeerde gebouwen of ge bouwen die zijn ingestort door de vernietigende aardbeving van maandag. Hoeveel slachtoffers er in de stad zijn gevallen, hoe veel gebouwen zijn verwoest is onduidelijk. Wel duidelijk is de pijn, het verdriet en de wanhoop. We leven op straat nu. We heb ben geen eten. We hebben geen verwarming. De kou vreet aan onze lichamen. Ik probeer de handen van mijn zieke moeder warm te blazen, haar gezicht is bleek’, appt een jonge vrouw vanuit de stad. ‘Ik denk niet dat er iets ergers bestaat dan wat er nu gebeurt.’ De vrouw woont in Aleppo alleen met haar moeder, zusje en schoonzus en is bang voor de milities om haar heen. De man nen uit het gezin, haar broers en vader, zijn in Nederland. Waar ze in een asielzoekerscentrum in Gorinchem al meer dan een jaar wachten op de behandeling van hun asielaanvraag. Haar broer, in 2018 gevlucht voor de dienst plicht, verzuchtte afgelopen zo mer nog in deze krant dat hij zo graag zijn familie ook naar Ne derland wil laten komen. Die wens is nu alleen nog maar gro ter geworden. „Het is vreselijk daar”, weet hij. Tijdens de eerste beving was de Syrische vrouw net even wakker. „Het was 04.17 uur exact.” De aarde trilde een beetje, ze be sloot niemand wakker te maken. Totdat het beven heviger werd. „We leven in een appartemen tengebouw en zijn naar beneden gerend.” Op straat restte er niets anders meer dan bidden en dat is wat ze deden. „God heeft ons beschermd.” En daar, op straat, zijn ze nog steeds. Gisteren bezocht de Syrische premier Hussein Arnous de stad. Het Rode Kruis zou medisch materiaal naar het ziekenhuis hebben gestuurd. Voedsel, de kens en matrassen zijn onder weg. Of dat ook haar wijk is? „We hebben hier nog geen hulp verleners gezien”, zegt ze. - Ali, inwoner Iskenderun Inwoners van het verwoeste Iskenderun wachten op straat op nieuws over familie en be kenden. FOTO GETTY IMAGES Met dekens houden vrou wen de kinderen warm, fotoafp 1’

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2023 | | pagina 3