'Als mijn vader begint
te kuchen weet ik dat
hij het moeilijk heeft'
De Schelphoek in februari 1953
De oerkracht van het water
Het kreeftenbootje waarmee mensen werden gered
‘...en omdat wij al met negen mensen in het bootje
waren, en dan met nog twee erbij, dus eigenlijk al
veel te vol lagen... Ik zeg tegen mijn vader, er liggen
ook nog twee dode kindertjes... Nou, die halen we
dan morgenochtend wel op. Ik heb daar heel veel...
datje dat als snotneus van zeventien jaar moet zeg
gen... die laten we maar liggen...'
(interview van Ann met opa Bart, uitgeschreven in
Een nieuwe tijd, Corine Nijenhuis)
Kleindochter Ann voelt bewondering en trots
voor haar opa, die zelf absoluut niet als een held
gezien wil worden. ‘Je doet watje moet doen’,
zegt Bart. Of zoals Corine Nijenhuis het in haar
boek zo mooi opschrijft: ‘Er waren slachtoffers
en er waren redders. De eersten zijn te betreu
ren, de tweeden horen zich niet op hun daden te
laten voorstaan.’
In de huiskamer aan de kaai van Zierikzee raakt
kleindochter Ann geëmotioneerd als we het over
die bescheidenheid hebben. Ze begrijpt haar opa,
maar ze vindt ondanks alles wel dat hij een held
Je doet het voor een ander, je doet watje moet doen.
Het was wat de dochters Schot vanaf hun jeugd te
horen kregen. En ook dat leden van de familie Schot
nu eenmaal vissers waren, dat ze een boot hadden,
dat ze de mensen daarmee konden helpen. Er waren
slachtoffers en er waren redders. De eersten zijn te
betreuren, de tweeden horen zich niet op hun daden te
laten voorstaan.
(uit een Nieuwe tijd, Corine Nijenhuis)
Stukje voor stukje vallen puzzelstukjes op hun
plaats. Het zorgt voor rust.
Het hele verhaal van de familie Schot is te lezen in het boek
Een nieuwe tijd van Corine Nijenhuis, uitgeverij Alfabet.
Dat opa Bart zijn stilzwijgen voor het eerst
doorbrak in het interview met kleindochter Ann
is geen toeval. Haar vragen zijn puur. Moeder
Marieke schrok enorm van het verhaal dat haar
vader vertelde en dacht dat dit veel te heftig was
voor Ann. ‘Maar dat voelde helemaal niet zo’,
zegt ze. ‘Ik was gewoon oprecht nieuwsgierig en
niet bang voor de antwoorden. Ook later heb ik
het er nog vaak met opa over gehad. Maar dan
ging het meestal over praktische zaken. Hoe
vaak ging je op en neer, hoeveel mensen konden
mee, waar was het precies. Een beetje veilig toch
wel.’
is. ‘Opa was 17 jaar oud, ik ben nu zelf 22. Dat je
dat op die leeftijd allemaal moet meemaken en
doorstaan. Hoe dan? Met zo’n bootje dat ramp
gebied in. Dat is toch een onbegonnen taak.’
De openheid heeft ervoor gezorgd dat Bart de
kinderen heeft ontmoet die de geredde ouders
van de Schelphoek later hebben gekregen. Aan
beide kanten werden vragen beantwoord en
leegtes ingevuld. Ook weet hij inmiddels wie de
twee meisjes met rood haar zijn, die hij gered
heeft en zich in zijn geheugen hadden genesteld.
Zoals de meesten van haar generatie groeide
Marieke op met het stille verdriet van de overle
venden. Ouders, ooms, tantes, buren. Op school
werd de ramp onderwezen en er was de jaarlijk
se herdenking waar ze met klasgenoten naartoe
ging. Maar verder bleef de ramp onder de op
pervlakte. Op de verhalen van Manneken Pis, de
kippen en de boer na.
Toen Limburg in 2021 geteisterd werd door
overstromingen en Zeeland in actie kwam, was
Marieke verbaasd over de snelheid en saamho
righeid waarmee dat gepaard ging. ‘Ik weet na
tuurlijk niet of dat een direct gevolg is van 1953,
maar het was wel heel opvallend. Mijn generatie
heeft de ramp niet zelf meegemaakt en toch gin
gen de schouders er als vanzelfsprekend onder.
Dat geeft ook vertrouwen voor de toekomst.’
Of dat in de generatie van Ann ook nog zo zal
zijn is de vraag. ‘Daarom is het zo belangrijk dat
die verhalen verteld blijven worden’, zegt ze.
‘Studiegenoten in Amsterdam weten soms niet
eens wat de Deltawerken zijn. Terwijl het the
ma waterveiligheid zo enorm actueel is. Ook op
andere plekken in Nederland.’
Ann denkt dat ze als Zeeuwse ook anders naar
water kijkt. Met meer respect. ‘De zee is prachtig
mooi hè, maar niet te diep erin. Niet dieper dan
het putje, je navel, zoals ons dat vroeger werd
geleerd.’
Als we door het raam naar de haven kijken, zien
we dat het water er knap hoog staat. ‘Ik denk
dat de sluis nu dicht is’, zegt Bart. ‘Dan kan het
water niet hoger komen.’
Schot onder meer mee aan een film over de
stormvloed bij de Schelphoek, waar hij als
jongen van 17 jaar oud met een klein motor
bootje mensen heeft gered. Samen met zijn
vader Ben en visser Louis Blommaert. Ook staat
het familieverhaal in het boek ‘Een nieuwe tijd’
van Corine Nijenhuis, dat onlangs is verschenen.
zijn maar zo voelt het wel’