Schimmel onder de vloer, drijvende
Jan Vantoortelboom
66
Mijn broer blijft
de speelvogel
die hij altijd was
Ina
BI
i
2
w
Deze mannen doen het werk waar een ander voor
terugdeinst. Ze scheppen de putjes uit, schrapen
de stront van de muren en stomen het braaksel uit
je auto. En maken Zeeland zo een beetje schoner.
Het
verbaasde
niemand
dat hij later
bioloog is
geworden
‘Het is tegenweer-
heeft niemand met zijn handen dig een uitgebreid
vakgebied. Voor
dat je zelfstandig
aan de slag mag,
heb je een half
jaar meegereden’
J
fgelopen woensdag werd mijn broer 51 jaar. Al
negen jaar onze moeder overleefd en nog twin
tig jaar alvorens vader kan worden ingehaald.
Dat zijn toch zo’n beetje mijn ijkpunten als ik
over de verjaardagen van ons gezin wijlen na
denk. Maar ook al is hij 51 jaar geworden, hij blijft de speel
vogel die hij altijd was, en dan een ongelofelijk creatieve
speelvogel.
Zaagsel in de leiding
Zijn bus zit vol gereedschap. Een camera om
het riool mee te inspecteren, een vacuümzui-
ger, veren om leidingen mee te reinigen,
boorspuiten, bestuurbare koppen, trekkop-
pen en hulpstukken om keukenvet af te
schrapen of urinesteen en kalk uit leidingen
te frezen. Het belangrijkste gereedschap: wa
ter. Als Nowak met zijn hogedrukwagen van
het bedrijf vertrekt, zit er 600 liter in de tank.
Onder hoge druk (maximaal 200 bar) worden
daarmee de leidingen schoongespoten.
Op onze eigen leidingen zijn we een stuk
zuiniger dan op die van een ander, weet No
wak na twintig jaar rioolwerk. „Huurders
lA
Eigenlijk ben ik in mijn leven nog geen man of vrouw te
gengekomen die ik creatiever vind dan mijn broer. Vroeger
was hij de oudste van alle kinderen in de straat en dat liet
hij af en toe wel eens gelden. Omdat hij gek was op dieren
en boeken verslond en zelfs de uitgevers van die boeken
aanschreef als hij fouten ontdekte, vond hij dat ook mijn
vrienden en ik meer kennis moesten verkrijgen van de die
renwereld. Daartoe richtte hij onze zolder in als een state-
of-the-art leslokaal en moest ik samen met mijn vrienden
op woensdagmiddagen eerst even een paar uur leskrijgen.
Alsof dat nog niet genoeg was, timmerde hij nestkasten in
elkaar voor marters, bunzings
of hermelijntjes. Dan moes
ten die worden opgehangen
in de bomen of verstopt in de
sloten of ergens anders waar
hij een goede plek vond. Dat
was mijn job en zelden kwam
ik daar zonder kleerscheuren
of natte voeten vanaf. Omdat
hij van geen ophouden wist
en het aan zijn hart ging dat
elk jaar tientallen padden in
een Elverdingse woonwijk
door autobanden werden ge
plet gingen we op ‘pad-
denoverzet’. Met onze fietsen,
emmertjes en zaklampen
zochten we in de avonden het
asfalt af en het moet gezegd,
we hebben honderden pad
den gered. Algauw bleef dat
niet onopgemerkt en deden
vele kinderen van de woon
wijk zelf mee.
Het verbaasde niemand dat
hij later bioloog is geworden
en na zijn studie met een
beurs van de Vlaamse Ge
meenschap naar Slowakije
trok om daar in het Tatrasge-
bergte de sporen van beren,
lynxen en wolven in kaart te
brengen. Hij is er natuurlijk
blijven plakken aan een Slo
waakse schone, dus ik zie
hem slechts één keer per jaar,
als hij komt logeren of als ik
naar ginder afreis. Hij is niet
van plan terug te keren. Allebei hebben we de grond waarop
we zijn opgegroeid verlaten. Maar niet alleen vermaakte hij
de buurtkinderen met zijn kennis en kunde van dieren, hij
was een fervent namaker van gezelschapsspellen. Ik ver
moed dat mijn ouders daar geen geld aan wilden spende
ren, dus ging hij ze zelf maken: Levensweg, Stratego en Mo
nopolie speelden we urenlang, tot hij nog meer uitdaging
vond in het maken en verzinnen van eigen spellen. Ik her
inner me de zomervakantie waarin we met zes kinderen
een vliegtuigspel speelden. Ergens had hij meterslang pa
pier met ruitjes op de kop getikt, er allerlei wereldse land
schappen op getekend en met kartonnen vliegtuigjes en
dobbelstenen vlogen we door de vijf meter lange lucht van
zijn creatie. Hij kon prachtig tekenen en schilderen en aan
de muren van onze woonkamer hingen zijn portretten, stil
levens en andere schilderingen. Ik keek op naar mijn drie
jaar oudere broer. Ik zeg wel eens grappend tegen hem dat
hij alle creatieve genen heeft geërfd, behalve één: het schrij-
versgen. Het enige wat hij niet echt deed was schrijven en
fictie lezen. Ik geloof dat ik hem daar wel dankbaar voor
ben, want als hij dat had opgepakt, dan had ik geen enkele
woensdagmiddag meer buiten kunnen spelen.
aan gezeten. Ik ben nog nooit
ziek geworden van dit werk.
Hoewel: één keer. Dat was bij
een verstopping in ziekenhuis
De Honte in Terneuzen. De lei
ding klapte en ik probeerde
hem met mijn handen dicht te
houden, zonder handschoenen.
Daar heb ik acuut een bloedver
giftiging van opgelopen.”
Putjesschepper: wie wil dat
nou worden? „Ja, zo noemden
ze dit werk vroeger”, lacht No
wak. „Wij scheppen zo nu en
dan ook wel echt een putje uit,
maar tegenwoordig is het een uitgebreid vak
gebied. Voordat je bij ons als zelfstandig
monteur aan de slag mag, heb je eerst een
halfjaar meegereden. En dan weet je nóg lang
niet alles.”
ichard Nowak van Riooltechniek
Zeeland in Serooskerke staat aan
4e kant van de sloot in Kamper-
F^^B land zijn bril schoon te maken,
Bk druipend van het vieze water.
Zojuist is hij geraakt door een fontein van
slootwater, vermengd met slib. Was niet he
lemaal de bedoeling, maar de verstopping is
in ieder geval weg. Een paar maanden terug
kreeg hij nog een heuse strontdouche, vertelt
hij droogjes. „Ik stond in een keldertje en kon
geen kant meer op. Dan zeggen we: shit hap
pens. Je spoelt het een beetje af,
veegt het uit je ogen en gaat
verder. Je krijgt er een zacht
huidje van, denk ik maar.” En
ach, poep: „Dat is niet vies, daar
1
gooien er van alles doorheen. Een tijdje terug
moesten we een verstopping verhelpen in
een verzorgingstehuis. Wat bleek? De leiding
zat vol zaagsel. Dat komt ervan, als je de troep
van je konijn zó het toilet in gooit.”
Op vakantieparken wachten ze niet tot er
problemen zijn. „Daar spoelen we het hoofd-
rioolsysteem vaak preventief. Vochtige doek
jes, luiers, tampons, ladingen frituurvet: het
gaat allemaal zó het riool in. Laatst kwam er
een colafles uit. Hoe ze die erin gekregen heb- pg
ben is me een raadsel, maar hem eruit halen
was minstens zo’n
grote uitdaging.” En
dan de seksspeeltjes.
„Ja, die zien we heel
veel in de leidingen.
Hoe die daarin belan
den, en wat ze ermee
gedaan hebben: géén
idee en ik wil het niet
weten ook.”
Nowak tikt op zijn
neus. „Die doet het niet
goed. Een geluk bij dit
werk.” Vooral als je de
leidingen van een res
taurant schoon moet
maken. „Veel viezer
dan poep en pies! Keu
kenvet gist, het rot, het
schimmelt in de leidin
gen, het trekt in je
huid... Zelfs ik ruik dat drie dagen later nóg.”
Na zoveel dagen regen heeft hij zijn handen
vol aan overbelaste en verstopte regenwater
afvoeren. En dan zijn er natuurlijk nog de an
dere noodsituaties. „Een wc die niet meer
doorloopt, daar kunnen mensen echt van in
paniek raken. Het kan allerlei oorzaken heb
ben. Urinesteen dat loskomt, vochtig toilet
papier of tampons, een breuk in de riolering.
Een wc kan overstromen doordat er hevige
regenval is en het water zich een uitweg
zoekt naar het laagste punt. Wat dan naar bo
venkomt is feitelijk je eigen stront die niet
weg kan.” Wie denkt dat Nowak daar dan
met een paar laarzen doorheen banjert, heeft
het mis. „Meestal trek ik mijn werkschoenen
bij de voordeur uit omdat ze vies zijn. En ja,
dan sta je wel eens met je sokken in de nattig
heid.”
ONDINE VAN DER VLEUTEN
-■i
LEES VERDER OP PAGINA 4
!BWBüSq
Waterschade in een
woning in Lamswaarde.
FOTO TUGRUL QIRAKOGLL/FR|SSE
KATFF
V J -’
- Richard Nowak,
Riooltechniek Zeeland
fez
ZATERDAG 21 JANUARI 2023 GO