Oud Nieuw 15 B daaraan voorafging Vi In de couveuse Ik kan hem geenflesje geven, mag hem niet knuffelen o* ■W' I'1 02:45 uur ter en ik in nood kwamen. De na- 2 mei 2022 21 mei 2022 10:30 uur 31 december 2022 snurken is. Ik klim uit bed, geef haar een por. Tevergeefs. Ik ga rus tig weer liggen, tot ik iets warms tussen mijn benen voel. Toch weer een beetje bloed, gaat er door mijn hoofd. Ik sta op, en dan gaat het fout. Het is alsof de slui zen opengaan. Werkelijk alles zit onder het bloed. Het blijft maar komen. Ik ram op de alarmknop, en schreeuw mijn andere over buurvrouw wakker. Dit gaat niet goed. Wat is er aan de hand? Waar komt al dat bloed vandaan? Een verpleegster, die denkt dat ze voor iets kleins is opgepiept, rent di rect terug om haar collega’s te ha len. „Code rood!” galmt het door de halflege ziekenhuisvleugel. Ik voel de paniek. Binnen een paar minuten staan er vijf witte pak ken om mijn bed heen en wordt het gordijn dichtgetrokken. Er wordt een echoapparaat bij ge haald. Of ik de baby voel bewe gen? Ja, gelukkig wel. Ik roep dat Bastiaan gebeld moet worden. Hij moet Roos naar de buren brengen en zo snel mogelijk komen. On dertussen wordt er een gynaeco loog opgeroepen, die net op de parkeerplaats staat om naar huis te gaan. Eenmaal boven is hij streng, maar duidelijk. Mijn li chaam is in shock en begint te trillen. „Mevrouw Borgdorff, u en Ik krijg een ruggenprik en merk op dat het ijzig stil is. Te stil. Waarom zeggen ze niets? Nog geen halfuur later houdt de gy naecoloog een krijsend jongetje in de lucht, dat direct wordt weg gebracht om te worden nageke ken en in een couveuse wordt ge legd. Dat is om 3.14 uur, ook wel het getal Pi, dat vanaf nu het getal van Pieter is. Bastiaan mist het. Hij pakt vier minuten later mijn trillende hand vast. heen, en hij lag in stuit. Ik verloor tweeënhalve liter bloed in een halfuur. „Het pretpakket”, glim lacht de arts. Zij legt uit dat er, bij een goede zwangerschap, maar 0,2 procent kans is dat het ge beurt. Ze noemt mij een pechge- val. Ik weet niet of ik nu moet huilen of lachen, en druk nog maar eens op het morfinepompje dat naast mijn bed hangt. Even later word ik met bed en al naar de neonatologie gereden om mijn zeven weken te vroeg geboren zoon voor het eerst te ontmoeten. Dat komt wel even binnen. Dat is mijn eigen ouders, en die van Bas, ook overkomen. Zomaar in eens zitten we in dezelfde acht baan. Ik aai een klein, warm lijfje. Pie ter heeft een zuurstofmaskertje op, waardoor we zijn gezichtje nauwelijks kunnen zien. Zijn borstkasje beweegt heel snel op en neer. Hij is aan het overleven. Maar ik voel: dit kindje gaat het halen. Precies de woorden die mijn moeder 37 jaar geleden in haar dagboekje opschreef. In de vier weken die volgen wordt - tijdens de lockdown - ‘de neo’ ons tweede huis. We rijden twee keer per dag op en neer om ons kind te zien groeien. Ik buidel hem veel; iets wat mijn moeder nooit heeft kunnen doen. In 1984 werd nog gedacht dat het beter was om couveusekindjes in hun glazen huisjes te laten liggen, maar niets is minder waar. Pieter wordt juist sterker van mijn geur, van de warmte van zijn moeders lijf en van mijn geneurie. Hij ont wikkelt zich supergoed, maar gaat wel naar huis met sondevoeding. Van een flesje drinken raakt hij compleet uitgeput. Een spannende tijd wordt het als ik weer ga werken en hij voor het eerst naar het kinderdagverblijf gaat. Daar zal hij, net als elk kind, alle virussen oppakken en dus sneller ziek worden. Gelukkig houdt een kinderarts van het Kleine Helden Huis in Rotterdam Pieter nauwlettend in de gaten. Het gaat toch mis. In een paar uur tijd wordt hij benauwd, drinkt hij nauwelijks en wordt hij slap. We vertrouwen het niet en sjezen naar de spoedeisende hulp. „Papa, niet zo snel rijden. Pieter vindt de hobbels niet fijn”, hoor ik Roos zeggen. Zij voelt aan dat het niet goed gaat met haar broertje. Op de eerste hulp wordt alarm geslagen. Als Pieter wéér zuurstof krijgt, wéér plakkers op zijn lijfje en ik de piepjes van de monitor wéér hoor, schiet ik vol. Waarom moet ons kleintje dit allemaal doorma ken? Hij blijkt het RS-virus te hebben en wordt opgenomen op de kinderafdeling. Omdat het om een virus gaat, zijn er geen medi cijnen, en zal Pieter het dus zelf moeten verslaan. Dat gaat meestal snel, maar hem lukt het niet. Op de slechtste momenten houd ik hem elke tien minuten omhoog om hem te laten hoesten. Tussen door probeer ik in te dutten op de keiharde slaapbank op zijn kamer. Het allerzwaarst wordt het als mi nimal handling wordt toegepast. Dat betekent zoveel als dat Pieter zo min mogelijk mag worden gestoord. Hij is te zwak. Ik kan ons kleintje niet meer bij me houden, hem geen flesje geven, hem niet knuffelen. Moedeloos kijken we toe vanaf de zijlijn. Er staat een kordate kinderarts bij zijn bedje, die erop staat dat er een longecho wordt gemaakt. Die is niet gemaakt omdat Pieter geen koorts heeft. Aan alles mer ken wij dat er meer aan de hand moet zijn. Als de uitslag komt - hij heeft ook nog een longont steking - zijn we boos. Van machteloosheid, van moeheid, van ‘zie je nu wel!’ Pieter krijgt antibiotica. Als dat aanslaat, dan zal hij opknappen. Zo niet, dan wordt hij overgeplaatst naar de intensive care van het Erasmus. Als ik twee dagen later zijn ka mer binnenkom, draait hij zijn hoofdje om, en glimlacht naar me. Geen grote lach, maar zo’n lief lachje dat zegt ‘mam, ik ben er weer’. Ik kan wel janken. Na veertien dagen opname mag hij eindelijk mee naar huis. Toen Pieter net geboren was, vroeg iemand me of we nu een zorgenkindje in huis hebben. Ik antwoordde van niet, maar sinds zijn ziek zijn, is dat veranderd. We zijn voorzichtiger met hem, lopen sneller bij de huisarts langs, weten dat zijn longen zijn zwakke plek zijn. Maar de blijd schap, het geluk en het besef dat hij een vechter is, overheerst al les. Pietje, zoals zijn kinderop- vangjuffen hem noemen, is een ontzettend makkelijk en tevre den kind. Alsof hij alles uit het leven wil halen. Hoe harder Roos zich op zijn lijfje stort, hoe harder zijn aanstekelijke schater lach. En wat het mooiste is? Bas tiaan en ik weten dat het hele maal goedkomt. Daar zijn wij immers zelf het levende bewijs van. Gefeliciteerd, lieve Pieter Jan Thomas. Vandaag krijg jij ex tra veel knuffels! 26 mei 2022, Hemelvaartsdag uw kind zijn in gevaar. U wordt nu naar de OK gereden voor een spoedkeizersnede.” 10:10 uur HI|k Alles wordt duidelijk als ik het illHk bevallingsverslag in mijn handen UKW -Ff Pieter in de couveuse, net na zijn geboorte, privéfoto GO ZATERDAG 31 DECEMBER 2022 i:

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2022 | | pagina 63