u
DENNIS WIERSMA KIJKT VOORUIT NAAR HET NIEUWE SCHOOLJAAR
INTERVIEW
Minister Dennis
Wiersma maakt zich
bij het begin van het
nieuwe schooljaar
zorgen over de
ongelijke kansen voor
leerlingen. Daarom wil
hij tienduizenden
schoolkinderen
ondersteuning
aanbieden.
We moeten
bereid zijn om
verregaande
keuzes te maken
School en omgeving
Het stond al in het coalitieakkoord:
dit kabinet wil aan de slag met het
‘verrijken’ van de school en de omge
ving daarvan voor leerlingen, zodat
uiteindelijk alle kinderen eerlijke
kansen krijgen. Concreet betekent
dit dat scholen, gemeenten, kinder
opvangorganisaties en sportclubs
gaan samenwerken om kinderen met
projecten verder te helpen. Dat kan
onder meer door hen in teams te la
ten sporten, waardoor ze beter leren
samenwerken. Jongeren iets leren in
de techniek kan hun later een betere
kans geven op de arbeidsmarkt. Ook
kunnen muzieklessen er deel van
uitmaken, of soms simpelweg een
ontbijtje, zodat kinderen niet hoeven
te leren op een lege maag. Extra huis-
werkbegeleiding in of in de buurt
van de school kan ervoor zorgen dat
kinderen minder thuis moeten doen.
Het programma School Omgeving,
dat dit aanbod omvat, begint komend
schooljaar in 130 gebieden waar dat
het meest nodig is. Daarbij wordt ge
leerd van de 45 regio’s waar deze aan
pak nu al bestaat.
Het kabinet trekt voor kansenge
lijkheid 1 miljard euro uit, specifiek
voor dit programma is er dit jaar 34
miljoen euro. Wiersma legt het
waarom van dit plan en deze aanpak
uit: „Alleen goed onderwijs bieden,
is niet genoeg voor de hele ontwik
keling van het kind. Lang niet alle
kinderen hebben thuis de mogelijk
heden, ruimte of inzet om daar zelf
aan te werken. Verder zijn er scholen
die in pittige wijken staan; daar ver
zamelen kinderen in een sociale ach
terstandspositie zich op één school.
Die scholen worstelen sowieso om
met minder mensen en meer uitda
gingen toch goed onderwijs te bie
den.”
Uit het lood
Wiersma zelf is ook niet bepaald op
gegroeid onder ideale omstandighe
den. „Mijn ouders zijn gescheiden
toen ik een kind was, precies op het
moment dat ik van de basisschool
naar het voortgezet onderwijs zou
gaan; dus op een kwetsbare leeftijd.
Als je dan even uit het lood geslagen
bent en je krijgt thuis een tijdje min
der aandacht, is het fijn als de school
dat opvangt; of de omgeving van de
school. Anders kom je gelijk op ach
terstand te staan.”
De minister vindt het heel erg dat
er ouders zijn die privébegeleiding
en vers jaar is altijd
een moment dat je
even terugblikt, en
vooruitkijkt”, begint
minister Dennis
Wiersma van Basis- en Voortgezet
onderwijs het gesprek. „Afgelopen
jaar verliep het onderwijs door co
rona nog steeds met horten en sto
ten. Voor leraren, leerlingen en ou
ders was het pittig; ze moesten het
met de quarantaines allemaal maar
zien te regelen. Maar je zag ook dat
die twee jaren er extra in gehakt heb
ben als het gaat om het opdoen van
basisvaardigheden: goed leren lezen,
schrijven, rekenen en leren hoe we in
Nederland met elkaar omgaan. Dus
dat repareren heeft topprioriteit.”
Die ‘erfenis’ gaat volgens de be
windsman mee naar dit onder
wijsjaar. „We hebben nu al een tijdje
geen coronamaatregelen, scholen
krijgen wat dat betreft weer wat
lucht. Aan de andere kant moeten
vertragingen worden ingelopen. Le
raren voelen zich daar ongelooflijk
verantwoordelijk voor, dat siert hen
enorm. En dan zijn er soms ook nog
niet genoeg collega’s om te helpen.
Daarom wordt het ook een spannend
onderwijsjaar, waarin voor iedereen
duidelijk moet worden wat er in de
klas moet gebeuren, en wat rondom
de school.”
Flink op de schop
De Onderwijsraad bracht vorig jaar al
een advies uit om de kansengelijk
heid drastisch te bevorderen, waar
van uitvoering zou betekenen dat het
onderwijssysteem flink op de schop
zou moeten. Dat advies luidde: stel
het moment voor de keuze van een
schoolniveau (vmbo, havo, athe
neum, gymnasium) uit tot na een
brede driejarige brugperiode. Dan
hebben alle leerlingen de kans, tijd
en de gelegenheid zich te ontwikke
len en te ontdekken welk soort on
derwijs zij het beste kunnen volgen.
Dit zou betekenen dat het huidige
schooladvies en de eindtoets in groep
8 van het basisonderwijs komen te
vervallen.
Deze ingreep haalde het coalitieak
koord niet, maar het advies is bij
Wiersma niet aan dovemansoren ge
richt geweest. „We moeten op heel
veel terreinen bereid zijn om verre
gaande keuzes te maken, ook op het
terrein van later selecteren. Wat mij
betreft gaan we daarmee aan de slag,
maar de vraag is: hoe snel kan dat?
Want voor je het weet zijn we jaren
verder. Ik werk nu de opties uit. U
hoort daar dit najaar meer over. Wat
als een paal boven water staat is dit:
de kansenongelijkheid die we nu
zien, hangt mij de keel uit.”
voor hun kinderen inkopen om leer-
achterstanden weg te werken, omdat
ze dat kunnen betalen. Wiersma: „Ik
wil dat niet. Want we moeten zorgen
dat de kwaliteit van onderwijs overal
goed is. Die bijlesinstituten, het is
leuk en aardig, maar het mag niet af
hangen van de portemonnee van de
ouders of een kind zich goed kan
ontwikkelen. Daar ga ik paal en perk
aan stellen. Zo wil ik aan banden leg
gen dat scholen of gemeenten re
clame maken voor betaalde externe
begeleiding. Ook moeten zulke bege
leiders straks aan strenge eisen vol
doen.”
Lesprogramma
Sowieso noemt Wiersma het ‘onac
ceptabel’ dat sommige schoolkinde
ren betere kansen krijgen dan andere
doordat ze op een andere school zit
ten. Ook vindt hij het onacceptabel
dat bepaalde scholen, geholpen door
de vrijwillige ouderbijdrage, relatief
veel geld te besteden hebben aan een
uitdagend lesprogramma en dat als
verkapt selectie-instrument gebrui
ken. Daardoor kiezen docenten er re
gelmatig voor om niet langer te wer
ken op een school in een achter
standswijk, maar op een eliteschool
in een buitenwijk. „Als alles wat be
ter in elkaar overstroomt, hoeft de
overheid veel minder te repareren.”
Edwin van der Aa
Den Haag
‘Onacceptabel dat niet elk
kind zelfde kansen krijgt'
a Onderwijsminister
Dennis Wiersma op
werkbezoek in kind
centrum Nobel in
Hulst.
FOTO FRANKPETERS
GO MAANDAG 22 AUGUSTUS 2022
Ljl/iATb
/M IHU1V