'Ongenaakbaar en zelfverzekerd.
Ik vrees dat veel mensen
mij zo zien'
lja Leonard Pfeijffer zit op het terras in
de lentezon achter een espresso, een
zilverkleurig doosje tabak voor zich
op tafel. Hij is voor de gelegenheid in
zijn schrijversoutfit naar Amsterdam
gekomen en ziet eruit als de directeur
van de botsautootjes - zoals hij het zelf
met gevoel voor ironie zou kunnen
omschrijven. Krijtstreeppak, das, barokke
ringen, lange zilveren haren golvend
vanonder zijn Borsalino. Een voluptueuze
jas om de schouders.
'Ik heb drie dagen opgeofferd om hier met jou
te praten,' bromt hij vanachter zijn zonnebril
terwijl hij aandachtig een shagje rolt. 'Dus ik
verwacht er veel van. Er staat veel druk op je.'
Hij gniffelt. Zaterdag is Pfeijffer vanuit Italië
vertrokken voor het interview, maandag kon
hij pas terugvliegen, tot zijn spijt. Want liever
was hij in Genua gebleven, bij zijn verloofde
Stella, in hun pas gekochte huis in het hart
van de stad, een majestueus historisch pand
tegenover de grote kathedraal.
Maar er was werk aan de winkel, de promotie
voor zijn boekenweekgeschenk Monterosso
mon amour. De bedoeling was dat ook de
auteur van het boekenweekessay, Marieke
Lucas Rijneveld, zou aanschuiven, maar die
meldde zich op het laatste moment af wegens
ziekte. 'Jammer dat het thema dit jaar niet
teleurstelling is,' zegt Pfeijffer. Hij neemt een
trekje van zijn sigaret, 'dan had je meteen een
mooi begin voor je verhaal.' Opnieuw gegniffel.
HEBBEN ZE ELKAAR weleens ontmoet, zou
de vraag hebben geluid als beide schrijvers
aanwezig waren geweest. 'Meer dan eens,' vult
Pfeijffer in. 'Ik bewonder haar - of hem is het
tegenwoordig, hè. Dat kan ik zonder enige
veinzerij of ironie zeggen. Ik vind Rijneveld
een heel goede schrijver. De grimmigheid in
zijn boeken is cool. Een overeenkomst is dat
we beiden zijn gedebuteerd als dichter. We
zijn eigenlijk altijd dichter, ook als we proza
schrijven. Het gaat om de muzi
kaliteit van taal, en elke zin moet
opnieuw de beste zijn van het
boek. Waarin we ook op elkaar
lijken, is de ambitie. Daar heb je
raakvlak nummer twee. Hij wil
de beste schrijver van de wereld
worden.' Pfeijffer laat welbewust
een pauze vallen. 'Dat zal hem
helaas niet lukken, want dat ben
ik.' Triomfantelijk lachje. 'Maar de
een na beste, dat zou wel kunnen.'
Je mag graag spelen met het beeld
van jezelf als de succesvolle
schrijver, ook in het boekenweek
geschenk. Zoals hoofdpersoon
Carmen jouw entree omschrijft:
'Ongenaakbaar, zelfverzekerd en
met een paar meesterlijk getimede
oprispingen van zelfironie.'
'Ha, ja, in het boekenweekgeschenk
omschrijf ik mezelf met bijzonder
veel spot.'
'O, dank je wel. Ik heb er veel plezier
in gehad, mezelf te beschrijven
door de ogen van Carmen. Terwijl
ik vind dat ik helemaal geen arrivé
schrijver ben, laat dat duidelijk zijn.
Ik moet mijn beste boeken nog
maken. Je moet nooit het idee
krijgen dat je er al bent. Dat is in
de liefde zo, en ook met schrijven.
Als ik het idee zou hebben dat ik
mijn beste boek al geschreven
heb, kan ik net zo goed stoppen.
Maar de Ilja Leonard Pfeijffer in
het boek is wel tamelijk tevreden
over zichzelf, ja.'
Luid gegrinnik. 'Ik hoop van niet
maar ik vrees het wel.'
'Dat is niet alleen omdat ik daar
literair allerlei spelletjes mee kan
spelen, maar vooral omdat het een
thema van nu is. Het is in toenemen
de mate lastig om een scheidslijn
te trekken tussen feit en fictie.'
Het is nu zelfs heel gevaarlijk. Kijk
naar al het nepnieuws. Het bedreigt
de wereldvrede.
'Precies. De oorlog in Oekraïne heeft
ermee te maken, de uitverkiezing
van Trump ook. Er worden alter
natieve werkelijkheden geschapen.
In de Russische propaganda heerst
een andere werkelijkheid dan in
onze propaganda. Ook in Neder
land leven mensen in totaal
verschillende werkelijkheden.
Heel zorgwekkend. Kijk naar de
pandemie. Gesprekken tussen het
ene kamp en het andere kamp
waren onmogelijk. Als je het niet
eens kan worden over de feiten
die ten grondslag liggen aan een
discussie, houdt het helemaal op.'
Het is bijzonder lastig te bestrijden.
'Het achterhalen van de werke
lijkheid wordt een individuele
verantwoordelijkheid. Je kunt
ontsnappen uit de fabeltjesfuik,
maar je moet het wel zelf doen.
Je moet, zoals filosoof Karl Popper
zegt, op zoek naar de falsificatie
van je eigen theorieën. Je moet
kijken of je je eigen opvattingen
kan weerleggen.'
Nepnieuws lijkt wel de norm.
'Je ziet ook bij sociale media dat de
werkelijkheid niet langer het uit
gangspunt is. Facebook is gemaakt
om 'spontane' inkijkjes te geven in
14
Wat erg grappig is.
Denk je dat veel mensen je zien
zoals Carmen je ziet: ongenaak
baar en zelfverzekerd?
Een van de thema's die steeds
terugkeert in jouw werk is de
spanning tussen feit en fictie.