Avifauna Zeelandica: tweedelig standaardwerk over vogels 8 'Er is ontzettend veel natte natuur bij gekomen en dat heeft zijn vruchten afgeworpen' L Bam. Daar ligt-ie dan, de Avifauna Zeelandica-. 6,1 kilo schoon aan de haak, 1448 pagina's, twee delen. Peter Meininger, eindredacteur en geestelijk vader van de tweeling- ,,We dachten eerst: 1000 pagina's. Maar de lat werd steeds hoger gelegd." Ze hebben er uitein delijk 3,5 jaar over gedaan. Meer dan vijftig schrijvers, een vijfkoppige fo toredactie en tweehonderd fo tografen werkten mee aan het standaardwerk over vogels in Zeeland. ,,Het was een tamelijk zware bevalling", zegt project coördinator Eric Marteijn. Maar ze zijn tevreden. Meininger, met ingehouden trots: ,,Ja. Best wel." Marteijn: ,,Vooral doordat mijn vrouw er nu al twee dagen in bladert. Het heeft haar toch gepakt, ze leest er meer in dan ze gedacht had. Door haar ben ik me steeds bewuster wat we gemaakt hebben." Van de 3000 exemplaren zijn er al zo'n 1700 vergeven. En dat terwijl de officiële presentatie nog moet plaatsvinden. Gede puteerde Anita Pijpelink neemt het boek komende maandag in ontvangst in Fort Rammekens. De provincie heeft flink bijge dragen aan het boek, naast vele andere subsidiegevers. Eric Marteijn houdt tijdens het interview met één oog zijn telefoon in de gaten. Zo nu en dan slaakt hij een opgewonden kreet. Deze morgen trekken veel vinken over de telpost bij Bres- kens. ,,Vandaag zouden we daar eigenlijk moeten staan", zegt hij spijtig. ,,Het weer is ideaal. Zuidoostenwind. Vanmorgen om 10.00 uur stond de teller op 16.000 stuks, zag ik op trektel- len.nl." Topgebieden De Zeeuwse vogelaar is een ge lukkige vogelaar. Door de speci fieke ligging vliegen in lente en herfst grote aantallen trekvogels door de provincie. Als het om watervogels gaat, steekt alleen het Waddengebied de Zeeuwse Delta naar de kroon. ,,Dat zijn binnen Europa topgebieden", aldus Meininger. Gaat het beter, gaat het slechter dan pakweg vijftig jaar geleden? ,,Kun je niet zeggen", vindt Meininger. ,,Er is ontzettend veel natte natuur bij gekomen en dat heeft zijn vruchten afgeworpen. Qua roof vogels is de situatie enorm ver beterd. De jaren 70 waren ge woon dood. Als je toen drie roofvogels telde op excursie, had je een topdag. Nu is het heel normaal om er vijftig te zien." Daar staat tegenover dat het vogelgezang in akkers en weilan den sinds de jaren 70 nagenoeg verstomd is. Dit valt op te maken uit de vele tabellen in het boek. Specifieke soorten van het agrari sche gebied als grauwe gors en pa trijs holden achteruit. Nog altijd is Zeeland de provincie bij uitstek voor de graspieper - elders zeld zaam - maar wat rest is nog niet de helft van wat er in de jaren 70 broedde. In het agrarische gebied is de situatie 'desastreus'. In de steden is het al niet veel beter. Versteende tuinen, tuinen die ingericht zijn met niet-in- heemse planten (ongeschikt als voedsel) en het verdwijnen van braakliggende stukjes grond heb ben de steden vanuit vogelper spectief gezien in woestijnen ver anderd. Voor de gewone tuinvo- geltjes is eigenlijk veel te weinig aandacht, zeggen de twee voge laars. Meininger: ,,We weten pre cies hoe het gaat met de grote zil verreiger. Maar de huismuswe weten dat die in het centrum van Middelburg gewoon foetsie zijn, maar niet waarom. Hoe zit het met de spreeuwen, gierzwaluwen, roodborsten, vinken en putters? Wat hebben zij precies nodig om te overleven in onze stadstuinen? We weten nu bijvoorbeeld dat spreeuwen op minder dan een ki lometer grasvelden moeten heb ben, waar ze emelten kunnen vin den om hun jongen mee te voeren. We weten ook dat de puttertjes het goed doen omdat ze profiteren van groen rond campings." De Avifauna is - precies zoals Meininger beoogde - veel meer ge worden dan een standaard naslag werk voor vogelaars. ,,We wilden ruim aandacht voor de rol van de mens, voor de geschiedenis, voor kunst", vertelt Marteijn. De vogel in de mode, de vogel in de pan, de vogel in de archeologie, niets bleef onbesproken. Voor al die aspecten werden specialisten aangetrokken, zoals historici en landschapsdes kundigen. Allemaal vrijwilligers, allemaal liefdewerk oud papier, verklaart het duo. Marteijn hield de begroting nauwlettend in het oog: ,,Het was nog even spannend, want de papierprijs vloog de lucht in en we gingen van 1000 naar bijna 1500 bladzijden. We hadden de prijs het liefst nog iets lager ge houden, maar dat ging gewoon niet." Avifauna Zeelandica begint met wat omtrekkende bewegingen. Zo wordt aandacht besteed aan de pe riode vóór 1900, voor verzamelaars van vogels in Zeeland en hun col lecties in de periode 1650-2020 en voor de exploitatie van vogels. We lezen over eendenkooien, de jacht op watervogels met kanongewe ren en het rapen van eieren, over veren en zelfs hele vogels op hoed jes en over schilderijen in musea. Een groot aantal hoofdstukken is gewijd aan specifieke vogelge- bieden, zoals de Grevelingen, de Oosterschelde en de Wester- schelde. Ook is er een apart hoofd stuk over de vogeltrek. Zeeland ligt op belangrijke vogeltrekroutes langs de Noordzeekust. Vandaar ook dat telposten bij Breskens (in het voorjaar) en Westkapelle (in het najaar) tot ver buiten de lands grenzen befaamd zijn. De soortbe schrijvingen beginnen aan het eind van het eerste deel en beslaan het hele tweede deel. Ook streek namen en biografieën van (meestal overleden) vooraan staande, in Zeeland actieve vogel deskundigen ontbreken niet. Vogelen is sinds corona sterk in opkomst. Naast de podcast Vroege Vogels is er voor beginnende voge laars nu ook de Vogelspotcast, die zich richt op een wat jonger pu bliek. Meininger, fronsend: ,,Zeg alsjeblieft geen 'vogels spotten'. Dat is een anglicisme; bewaar die term maar voor vliegtuigspotters." Kunnen ze misschien, bij wijze van opstapje voor onervaren voge laars, een 'Big Five' oplepelen van de mooiste, leukste, meest bijzon dere Zeeuwse vogels? Nou, met een gedeelde vijfde plaats dan, want ieder heeft zo zijn voorkeu ren. Het wordt: 1. strandplevier, 2. IJslandse grutto, 3. kluut, 4. gras zanger, 5. zwartkopmeeuw en roodborsttapuit. Marteijn, lyrisch: ,,Als je de roodborsttapuit ziet, gaat je hart open. Ik weet nog precies wanneer ik mijn eerste zag. Het was deze tijd, maart. Ik zat in de brugklas en fietste richting Oostburg. Een oude man spitte zijn volkstuin om en daar zat hij, op een kluit. Ik her kende hem direct: hij stond op de achterflap van Het Beste Vogelboek, ZATERDAG 19 MAART 2022 GO De Delta is ONDINE VAN DER VLEUTEN Peter Meininger een paradijs voor Vogelkamp van de Christelijke Jeugdbond van Natuurvrienden (CJN) in 1976. Zittend links de Zeeuwse voge laar Wim Mullié, rechts de bekende vogelon derzoeker Rob Bijlsma. FOTO LENZE HOFSTEE 1 Peter Meininger (links) en Eric Marteijn met hun 'tweeling': de twee delige Avifauna Zeelandica, een standaardwerk voor Zeeuwse voge laars. foto dirk-jan gjeltema

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2022 | | pagina 56