Deze krant is nergens
zonder bezorger
3
G Marlies Jeremiasse uit Wemeldinge
was één van de eerste twintig vrouwen
bij de Nederlandse marine. ,,Ik hield van
avontuur. Van nieuwe dingen." foto mar-
Tot op een dag een collega bij de koffie
de Telegraaf opensloeg en Marlies de kop
van het openingsartikel las. „Marine gaat
varen met vrouwen, stond er. Meteen be
gon het te kriebelen. Varen, dat leek me ge
weldig. Ik hield van water en ik hield van
avontuur. Van nieuwe dingen. Dus ik be
sloot: daar ga ik bij zijn."
Dus ze schreef weer een sollicitatiebrief
en werd uitgenodigd op de keurings- en
selectiedagen. „Drie verschrikkelijke da
genwaren dat. Psychologische testen, oog-
testen, de hele dag door, en na elke ronde
werden namen omgeroepen van de solli
citanten die zich bij de uitgang konden h
melden. Zenuwslopend was het. Maar
mijn naam werd niet omgeroepen. Ik was
erbij."
Vijf weken algemene militaire vorming
volgden, en negen maanden vakopleiding.
Al met al een pittige tijd. „Niet vanwege de
zwaarte van de opleiding, want ik slaagde
met vlag en wimpel. Als tweede van alle
maal. Maar als een van de weinige vrou
wen tussen al die opgeschoten gastjes,
poeh. Ik heb weieens een klap uitgedeeld,
als ze weer eens aan mijn kont zaten. En
hard ook. Ze hebben het nooit meer ge
daan."
Overleven
Het was de enige manier om te overle
ven, dat had Jeremiasse al gauw door.
„Er was een ander meisje dat het niet
meer uithield. Ze bleven haar maar
moeder-overste noemen. Ze waren er
duidelijk niet berekend op vrouwen.
Alleen al het feit dat er geen damestoi
letten waren. Dat zei al genoeg."
Na elf maanden was het zover: ze
kon aan boord van Hr. Ms. Zuider
kruis. „Ik was blij, zo blij. Ik zat bij de
verbindingen, dus ik moest zorgen dat
alle informatie optimaal werd verspreid.
Het was hard werken. Waren we niet aan
het oefenen, dan stond je wel schoon te
maken. Dagen van twaalf, zestien uur wa
ren doodnormaal. Maar ik draaide mijn
hand er niet voor om. Er was mij alles aan
gelegen om de proef te laten slagen."
Nog geen internet
Marlies was geen tuttebel en gedroeg zich
allerminst zo, dus was al gauw one of the
guys. „We werkten goed samen, we had
den lol en als we ergens aan wal gingen,
dan ging ik vaak met ze op stap. Natuurlijk
waren er weieens flauwe grappen. Dingen
die nu niet meer door de beugel zouden
kunnen, maar toen wel. Het is maar goed
dat er toen nog geen internet was, denk ik
weieens. We zouden volledig zijn gefï-
Ze waren als de dood dat
we met een dikke buik van
boord zouden stappen
- Marlies Jeremiasse
leerd."
Er waren ook issues. Die jongens hadden
allemaal posters van blote vrouwen in hun
hut hangen. Dus wij hingen The Fonz op.
En dat mocht dan weer niet. Sommige
chefs waren ronduit onaardig. „Ze gingen
stoken. Zeiden ze ineens dat wij voor het
zomerverlof van boord moesten. Niks van
waar, maar het zette toch kwaad bloed. Ik
kan me herinneren dat we een keer het
aantekenboekje van een chef overboord
hebben gekieperd. Wij werden ook steeds
brutaler."
Liefst allemaal aan de pil
Wat wil je, als je intussen in de krant leest
dat de bevelhebber zegt het maar niks te
vinden, die vrouwen aan boord. „Zelfs de
vakbond vond het niks. En dan waren er
nog de echtgenotes van onderofficieren,
die ons ervan beschuldigden met hun
mannen te slapen. Alsof wij niks beters
konden krijgen!"
Niet dat er aan boord niet werd geflik
flooid. „Er ontstonden weieens relaties en
dat gaf soms gedoe. We werden ook con
tinu doorgezaagd over geslachtsziektes. De
scheepsarts had ons het liefst allemaal aan
de pil gehad. De tijd dat een ongewenste
zwangerschap een schande was, lag nog
niet ver achter ons. Ze waren als de dood
dat we allemaal met een dikke buik van
boord zouden stappen."
Niet onderdoen
Marlies keek wel uit. „Er was heus weieens
iemand die ik leuk vond, maar ik wilde dat
gedoe niet. Dus ik hield me afzijdig en heb
de pil geweigerd. Ik wilde gewoon werken.
Ik wilde er alles aan doen om te bewijzen
dat vrouwen niet onderdoen voor man
nen, ook niet bij de marine."
Na anderhalfjaar kreeg Jeremiasse het
bericht dat haar tijd erop zat. Ze moest van
boord. Ze is nog een paar jaar bij Defensie
gebleven en werkte lange tijd voor de mi
litaire inlichtingendienst. Tussendoor
ging ze bij de Nationale Reserve. Ook weer
als eerste vrouw. „Wéér die strijd om te
mogen solliciteren, want ook daar zaten ze
natuurlijk niet op vrouwen te wachten.
Maar ik heb er uiteindelijk een fantastische
l tijd gehad, tien jaar lang."
Terug naar Zeeland
Twintig jaar geleden, toen na haar schei
ding ('mannen, hopeloos volk') de wereld
weer even open lag, besloot Jeremiasse
met haar dochter naar Zeeland te verhui
zen. Terug naar haar roots. Ze vond een
huis in Wemeldinge, een paar straten van
haar moeder, en ging werken bij Rijkswa
terstaat. Daar werkt ze nog altijd.
Ze denkt nog vaak aan haar tijd bij de
marine. „Ik heb de halve wereld gezien in
anderhalf jaar. En ik heb iets bijzonders ge
daan: ik heb eigenhandig bijgedragen aan
de emancipatie van de krijgsmacht. Eigen
lijk besefik dat nu pas."
Zoek je iets nieuws? Start als krantenbezorger! Goed, je moet
vroeg uit de veren, maar als Nederland wakker wordt, heb jij je
geld al verdiend. Naast een prima vergoeding ontvang je na
drie maenden bezorgen ook nog eens een bonus van 200,-.
Dus wat iet je? Bezorg jezelf - en onze lezers - een plezier
en meld je vandaag nog aan!
Ga snel naar krantenbezorgen.nl
Of scan de QR-code
PC DINSDAG 8 MAART 2022
CELLE DAVIDSE