i 9 CISCA PATTIPILOHY EN GODFRIED JANSEN OVER DE ONAFHANKELIJKHEIDSSTRIJD overleven zonder bescherming. Het gezin van Godfried Jansen (1938, Soerabaja) woont aan de oostrand van de havenstad Soerabaja. Zijn vader, een marine man, komt terecht in een Japans krijgsgevangenkamp. ,,Scholen werden gesloten, want de Japan ners wilden alles wat Nederlands was wegvagen.'' Tegen het einde van de oorlog bloeit het Indonesisch nationa lisme op. Na de Japanse capitulatie is er een machtsvacuüm door de afwezigheid van Britse en Neder landse troepen. Fanatieke jonge vrijheidsstrijders (pemoeda's) dwingen Soekarno en Hatta tot het uitroepen van de republiek. Nederlanders en Indo's raken geïsoleerd en worden bedreigd. Jansen: ,,We werden geboycot door de Indonesiërs. We konden geen eten kopen. Vrienden heb ben ons 's nachts in het geheim bevoorraad.'' Vlagincident Het eenzijdig uitroepen van de onafhankelijkheid luidt een nieuwe periode van geweld in. In Soerabaja begint dat met een vlagincident bij Hotel Oranje. Woedende Indonesiërs zien het hijsen van de Nederlandse drie kleur als provocatie. Ze halen de vlag naar beneden, scheuren de blauwe baan eraf en hijsen de eigen rood-witte vlag. Als een maand later een pe- moeda de Britse brigadegeneraal Mallaby doodschiet, voert het Britse koloniale leger, dat vooral bestaat uit Nepalese 'gurkha's', een bloedige strijd om Soerabaja. Op de radio en in pamfletten Onderzoek Dekolonisatie van Indonesië roepen Indonesische verzets leiders de bevolking op alle Neder landers en Indo's 'uit te roeien'. Onder de strijdkreet 'bersiap' (wees paraat) raast de waanzin van de opgehitste volksmassa met bamboesperen en kapmessen door de archipel. Bij een razzia in Soerabaja op 15 oktober 1945 worden (Indische) Nederlanders opgepakt en in de Simpang Club, een Nederlandse sociëteit, publiekelijk gemarteld en vermoord. Een deel van de gevangenen wordt boven op elkaar gedreven in een toilet, waarna er door de deuren heen wordt geschoten. Twee weken later worden zo'n 140 Nederlandse vrouwen en kinderen doodgeschoten als hun evacuatiekonvooi in een hinder- laag loopt. Schattingen van het aantal doden tijdens de bersiap lopen uiteen van 3500 tot bijna 30.000. De wijk waar Godfried Jansen woont, grenst aan een kampong met 'fanatieke republikeinse op standelingen'. ,,Er werd daar veel propaganda gevoerd. De Indone siërs werden steeds vijandiger. Ik mocht niet meer de kampong in, we moesten ons gedeisd houden. Mijn moeder werd tijdelijk opge pakt omdat ze haar verdachten van spionage.'' Menselijkschild Hun huis, waar meer gezinnen uit de wijk worden samengebracht, ligt in de vuurlinie. ,,Ik hoorde mitrailleurschoten en bombarde menten. De kogels vlogen over ons huis. Iedereen was in paniek. De Indonesiërs gebruikten ons als menselijk schild.'' Uiteindelijk haalt het Rode Kruis de gezinnen er weg. Een voor een vluchten ze door grep pels naar een school waar Britse militairen zitten. ,,We liepen met kussens om ons te beschermen tegen de kogels. De schok van de inslagen was zo heftig, dat het leek alsof de lucht golfde. Soms moest ik over lijken stappen. Mijn moeder zei: 'Niet omkijken en doorlopen'.'' Ze worden veiliggesteld in de haven. Als de Britten de stad heb ben heroverd, keert Jansen terug naar zijn wijk, waar het leven langzaam weer op gang komt. Vanaf maart 1946 komen ook Nederlandse troepen naar de kolonie om het gezag te herstellen en burgers te beschermen tegen de 'rood-witte terreur'. Protest Cisca Pattipilohy vertrekt in juli 1947 naar Leiden om Indisch recht te studeren. ,,Ik ben blij dat ik dat gedaan heb. Ik heb er veel geleerd over de verschrikkingen van het kolonialisme. Toen de 'politionele acties' begonnen, ben ik uit protest gestopt met mijn studie. Ik wilde de republiek helpen opbouwen.'' Na ruim vier jaar oorlog draagt Nederland op 27 december 1949 de soevereiniteit over aan Indonesië. ,,Voor het eerst hoorde ik in Ne derland het Indonesisch volkslied spelen. Dat heb ik meegezongen." In 1951 keert Pattipilohy terug naar Indonesië. In 1965 belandt ze om onduidelijke redenen in de gevangenis. Ze vertrekt eind jaren 60 om veiligheidsredenen naar Nederland. Voor Godfried Jansen wordt het leven weer onrustiger na de soeve reiniteitsoverdracht. ,,De scholen gingen over op Indonesisch. Ik snapte er niks van. Jongeren be dreigden me of keken me kwaad aan. Een keer werd ik uit het niets van achteren aangevallen.'' Zijn moeder weigert het Indo nesisch staatsburgerschap. In april 1952 repatriëren ze naar Neder land. Jansen: ,,Ik zal niet bestrijden dat Indonesiërs onrecht is aange daan en het Nederlandse leger zich heeft misdragen, maar we moeten ook oog hebben voor de verschrikkelijke dingen die Neder landers, Indische Nederlanders, Chinezen, Molukkers en Menado- nezen zijn aangedaan. Over de bersiap wordt vaak gezwegen.'' Pattipilohy wil dat Nederland niet alleen verantwoording aflegt over de periode 1945-1949, maar over de eeuwenlange koloniale onderdrukking. ,,Wij zijn 350 jaar lang achtergesteld, tegen elkaar uitgespeeld en dom gehouden. Toen we bevrijd waren, kon slechts 6 procent van de Indonesi- ers lezen en schrijven. Het gaat niet om excuses, maar om erken ning dat kolonialisme een misdaad tegen de menselijkheid is.'' PC ZATERDAG 12 FEBRUARI 2022 Cisca Pattipilohy: ,,We zagen de Japanners als bevrijders." Godfried Jansen: ,,Wij werden gebruikt als menselijk schild." fotos marco okhuizen Op 17 februari verschijnen de resultaten van het onderzoek Onafhankelijkheid, Dekolo nisatie, geweld en oorlog in Indonesië 1945-1950 van het NIOD, Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV) en Nederlands Insti tuut voor Militaire Historie (NIMH). Het onderzoekspro gramma geeft antwoord op vragen naar de aard, oorza ken én impact van het Neder landse geweld in Indonesië. G De auto waarin de Britse brigade generaal Mal- laby reed toen een vrijheids strijder hem doodschoot. FOTO'S NEDERLANDS instituut VOOR MILITAIRE HISTORIE

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2022 | | pagina 9