1
'Ik heb mijn
hele leven willen
bewijzen dat ik
wél de moeite waard
was om geboren
te worden'
'gezonde deel', dat blijft werken, de
hond uitlaten en de was doen. Rechtsbo
ven schrijft ze overlevingsmechanismen
en links daarvan zet ze een dikke streep:
daar achter staat het verlies en trauma.
'Dat zit achter slot en grendel. Het doet
te veel zeer om je daar de hele tijd aan
bloot te stellen. Dus zetten we er een
dikke poort voor met ook nog een
spreekwoordelijke blaffende, driekoppige
hond ernaast. Alles om te zorgen dat die
poort veilig dicht blijft.'
Vaak komen mensen bij Fiddelaers-
Jaspers op een punt dat het verlies
achter die dikke poort toch begint te
rammelen. Mensen blijven hangen in
bepaalde patronen, blijven last houden
van een verlies, ook al is het soms dertig
jaar geleden. Riet Fiddelaers-Jaspers
gaat dan niet als een malle tegen die
poort beuken. Zoals ze ook niet deed
toen de vrouw met de goede baan weg
probeerde te vluchten tijdens de familie
opstelling, zoals ze eerder omschreef.
'Het trauma is niet voor niets jarenlang
opgesloten geweest. Ik probeer er stapje
voor stapje naar toe te bewegen en dan
opeens - soms juist op mijn toppunt
van wanhoop waarbij ik denk dat het
me bij deze persoon niet gaat lukken -
gebeurt er iets waardoor die poort tóch
een beetje opent.'
Het aftasten van dat precaire moment
noemt Fiddelaers-Jaspers het ultieme
van haar vak. 'Als ik die poort in één keer
zou openrukken, wordt iemand totaal
overspoeld door dat trauma. Maar als ik
die poort dicht laat, gebeurt er ook niks.
Dus hóe krijg ik iemand zover dat de
deur een klein stukje open mag? Dat is
balanceren op de lijn tussen veiligheid
en risico. Iemand een prikkelende vraag stellen en dan
weer dat veilige baken zijn waarop ze kunnen terugvallen
als het toch te snel ging. Als het eenmaal lukt die deur
open te krijgen, voelt dat enorm fijn. Dan zijn we op reis,
zeg ik altijd.'
ALS JE DAG IN DAG UIT met verlies bezig bent, hoe denk
je dan over je eigen dood? 'O, ik kan rustig sterven hoor,'
zegt ze op de haar kenmerkende nuchtere toon. 'Als ik
morgen doodga, denk ik dat de wereld mij heus wel kan
missen. In de tijd die mij nog rest, heb ik houvast aan mijn
werk. Zwiepers geven aan mensen: daar blijf ik nog steeds
graag mijn bed voor uitkomen.'
MEZZA 31