'Zwiepers geven
aan mensen: daar
kom ik nog steeds
graag mijn bed
voor uit'
Fiddelaers-Jaspers is samen met een collega de oprichter
van Land van Rouw, de eerste post-hbo-rouwopleiding
in Nederland, en leidde professionals op in haar eigen
expertisecentrum. Dat centrum runt haar oudste dochter;
haar jongste dochter is actief in de uitvaartonderneming
waar eerder haar vader de scepter zwaaide.
Jarenlang was Riet Fiddelaers-Jaspers veel op scholen te
vinden als er zich een heftige verliessituatie voordeed.
Onlangs nog belde een basisschooldirecteur over een
situatie waarbij een van de leerlingen zijn broer verloor bij
een auto-ongeluk waar vier minderjarige jongens achter
het stuur zaten en frontaal botsten met een ambulance.
Ook benaderen scholen haar bij ernstige familiedrama's,
zoals toen in Veghel, waarbij een zeventienjarige (oud)
leerling zijn zusje, moeder en oma om het leven bracht.
Fiddelaers-Jaspers adviseerde de directie en gaf op de
ouderavond advies over wat je als ouder kan antwoorden
op vragen van kinderen, en hoe het rouwproces voor een
kind eruitziet.
Het gros van de scholenbegeleiding laat ze tegenwoordig
aan anderen over. Toch lukt het niet goed om het écht
rustiger aan te doen, zoals ze al jaren roept. Telkens gaat
weer die telefoon, vanuit Maastricht tot Leeuwarden, van
mensen die haar expertise nodig hebben. 'En ik geef toe:
ik ben niet goed in nee zeggen. Maar ik doe het echt vaker
dan vroeger. Ik werk nu veertig uur in de week, vroeger
waren het er rustig zestig.'
ZE KWAM BIJ 'HAAR' ONDERWERP UIT toen ze in
de jaren tachtig bij een onderwijsadviesdienst werkte.
Alle collega's hadden zo hun eigen expertise: faalangst,
pesten, hoogbegaafdheid. Zij had nog niks. Totdat bij een
training docenten allemaal woorden moesten opschrijven
over wat een crisis zou kunnen veroorzaken in hun werk.
Het viel Fiddelaers-Jaspers op dat bij iedereen het woord
'dood' terugkwam. 'Ik dacht: dat is het, dat wordt mijn
thema. Dat voelde ik heel sterk, maar waarom wist ik niet.'
Het duurde nog jaren voor ze erachter kwam waarom dat
onderwerp haar zo trok. Ze had immers haar ouders niet
jong verloren, en ook geen broertjes of zusjes. 'Totdat ik
het me jaren later opeens realiseerde: mijn eerste verlies-
ervaring was toen ik geboren werd, maar niet echt gewenst
was. Mijn moeder wilde liever geen kinderen, maar in het
Maria Josina Martina Fiddelaers-Jaspers
katholieke zuiden van na de oorlog was dat geen optie.
Dus werd ik geboren, en daar bleef het niet bij: ik moest
nog vier jaar worden toen het vierde kind geboren werd.
Dat was geen feest voor mijn moeder.'
In de latere therapiemethodes van Fiddelaers-Jaspers is
een belangrijk uitgangspunt om uit te zoeken wat voor
'welkom' je had op de wereld. Dat zegt volgens haar veel
over hoe je later met verlies omgaat. Zelf had ze geen
warm welkom en hoe klein je ook bent: als baby en kind
voel je dat en sla je dat op in lijf en hoofd. Riet heeft haar
hele leven willen bewijzen dat ze wél de moeite waard
was om geboren te worden. Bovendien wilde ze het door
die jonge verlieservaring voor anderen beter doen - een
klassieke motivatie voor therapeuten, ze weet het. 'En
omdat nog maar weinig mensen zich toentertijd bezig
hielden met rouw, verlies en jongeren, begon het steeds
meer te voelen als 'mijn' onderwerp. Ik kwam er gewoon
niet meer van weg.'
Wat maakt nu dat men vanuit het hele land expliciet naar
haar vraagt? Er zijn toch meer deskundigen op het gebied
van rouw en verlies? 'Ik kan denk ik het onderwerp goed
en eenvoudig beschrijven en het vervolgens overdragen.
De dood is doodgewoon, is al jaren mijn motto. Dat verhaal
heb ik vanaf het begin uitgedragen, in een tijd dat dood
nog als een taboe werd beschouwd. Dat is nu een stuk
beter gelukkig, en ik denk - als ik onbescheiden mag zijn
- dat ik daar enige bijdrage aan heb geleverd.'
IN HET WERKEN MET ROUW heeft Riet Fiddelaers-
Jaspers een aantal basisprincipes. Eentje daarvan is:
verwerken doe je met afval, rouw verwééf je in je leven.
Ook de 'rouwtaken' waarover ze in haar eerste boek uit
1996 nog spreekt, gebruikt ze nauwelijks meer. 'Die taken
zijn mooie, afgebakende stapjes: van erkenning naar
omgaan met gevoelens naar uiteindelijk verder leven
met het gemis. Maar ik zie nu al vijfentwintig jaar hoe
ingewikkeld, hoe gelaagd en ook hoe weerbarstig het is.'
Haar interesse blijft na al die jaren nog steeds uitgaan
naar hoe mensen reageren als ze een blikseminslag van
verlies te verduren krijgen, zoals Fiddelaers-Jaspers het
zegt. Om uit te leggen hoe zij daar als therapeut mee
omgaat, tekent ze een grote cirkel op een flip-over. Die
cirkel staat voor de mens als geheel. Na een verlies wordt
de mens van binnen gesplitst: de onderste helft is ons
GEBOREN in Budel in 1953 IS trainer, opleider, auteur en
rouwtherapeut SCHREEF in 1996 haar eerste boek Doodnor
maal? over rouw op scholen PROMOVEERDE in 2003 op het
onderwerp 'jongeren en rouw' en zede daarmee het thema
op de kaart in Nederland WOONT in Heeze HEEFT een man,
twee volwassen dochters en vier kleinzonen
30