n
6
J
8
Tijdens een interview over Bloedgabbers,
een boek over de spectaculaire over
vallen van Jan Boellaard, duikt onver
wachts de Heinekenontvoerder zélf op.
Het leidt tot een uniek gesprek, waarbij
regelmatig zijn ogen oplichten. ,,Spijt?
Ik heb de tijd van mijn leven gehad."
BLOEDGABBERS VERTELT DE VOORGESCHIEDENIS VAN DE HEINEKENONTVOERING EN DE DE CRIMINELE
Bloedgabbers van George Boellaard is een be
werking van vijftienhonderd pagina's bajesnotities
van Jan Boellaard (69), en behandelt de criminele
activiteiten van 1977 tot 1983. foto dingena mol
Het Gemeentegirokantoor kort na de overval
(10 oktober 1980). Op de voorgrond is nog wat
bouwpuin te zien dat Jan en Frans daar hadden
neergelegd. fotos stadsarchief Amsterdam
Normaal gaat hier
nooit de bel rond
deze tijd. Ik word
er onrustig van." In
het kleine atelier
van schilderijen
restaurator George
Boellaard (61), om de hoek van de Prinsen
gracht, is het met een fotograaf en een
journalist plotseling inschikken. Met
stuurse blik poseert George Boellaard voor
de fotograaf. Behoedzaam tilt een collega
van George ee n 17de eeuws zeegezicht van
Ludolf Bakhuysen van de ezel om in het
souterrain verder te werken.
De drukte in zijn atelier is vanwege het
verschijnen van Bloedgabbers van George
Boellaard, het tweede boek over de over
vallersjaren van zijn broer Jan, samen met
Frans Meijer en Cor van Hout. Het boek,
een bewerking van vijftienhonderd pagi
na's bajesnotities van Jan Boellaard (69),
behandelt de jaren 1977 tot 1983. De drie
mannen uit de Amsterdamse Staatslieden
buurt hebben dan al diverse inbraken en
twee succesvolle bankovervallen gepleegd,
waaronder de spectaculaire speedbootroof
op de Gemeentegiro aan het Singel in Am
sterdam.
Hun criminele verbond heet de Epancra-
tius, naar de naam van een bodybuilder.
Het motto van de Epancratius luidt: 'Wie
niet steelt of erft, zal werken tot hij sterft.'
Boellaard, Meijer en Van Hout zijn nog
steeds twintigers, maar hebben in zakelijk
opzicht al het nodige meegemaakt. Ze heb
ben een aannemersbedrijf, gaan failliet en
maken een doorstart met bouwbedrijf Jadu
BV. Voor de buitenwereld lijken het ge
slaagde ondernemers die rondrijden in een
dikke Mercedes en gul rondjes geven in de
kroeg. Maar tegenslagen in het bedrijf zor
gen soms voor geldgebrek, waarna de vol
gende overval wordt beraamd. In een paar
jaar tijd maken ze ruim 7,5 miljoen gulden
buit.
Naar aanleiding van de gewelddadige
bankovervallen, waarbij ze over de balie
springen en kogels afvuren, gaan banken
zich beter beveiligen. Bankmedewerkers
werken steeds vaker vanachter kogelwe
rend glas. Dat noopt ook het trio tot het be-
Koen Voskuil
Amsterdam
denken van nieuwe methoden. ,,Ze leren
van foutjes, de modus operandi verandert.
Daarnaast zie je dat ze steeds harder wor
den'', zegt George Boellaard. ,,Als ze zich
gaan toeleggen op waardetransporten,
schieten ze twee keer zonder pardon de
hond van een bewaker neer.''
De serie gewapende overvallen noemt
George Boellaard 'verwerpelijke daden.'
Tegelijkertijd is hij onder de indruk van
het vakmanschap waarmee ze zijn voorbe
reid en uitgevoerd. ,,Het is moeilijk om
daar géén bewondering voor op te bren
gen. Ook voor de volharding, de toewijding
en de durf die ze hadden. Ze hadden wel
degelijk angst tijdens die overvallen, maar
ze leerden daarmee om te gaan.''
,,Jan is de technische man. Als die een
deur ziet, weet hij meteen hoe die open
gaat. Ze vinden vaak heel eenvoudige op
lossingen. Dan staan ze voor een heel inge
wikkelde elektronische slagboom met een
magneetkaartje, cutting edge technology
voor die tijd, en dat lossen ze op door de
slagboom los te schroeven. Het is een
vroege vorm van hacken.''
Hun vindingrijkheid uit zich in een
overval in 1980 op een waardetransport bij
het Surinameplein. Om te voorkomen dat
een geldwagen dicht tegen het bankge
bouw kan parkeren, versperren ze de weg
naar de bank met bouwmateriaal en een
'Holleeder
was niet
meer dan
een hulpje
bij de twee
overvallen'