DE BOER OP Tulpenbollenkwekerij van Carlo Joossen en 8 Boeren zijn het gesprek van de dag. Ze stoten (teveel) stikstof uit, spuiten (teveel) bestrijdingsmiddelen, zorgen voor (te veel) slik op de weg, bezetten met (te grote) tractoren het Haagse Malieveld. Maar wie zijn die boeren nu eigenlijk? In deze serie zoeken we hen op. Vandaag aflevering 14: Carlo Joossen en Anne Serier met hun bedrijf Schelde Tulips in de staart van Zuid-Beveland achter Rilland. De overstap naar helemaal biologisch vind ik, gezien het kapitaal dat ik in de grond stop, een te groot risico De bollen zijn geplant. Sterker nog, als Carlo met een schep wat grond van het bed wegschuift, zien we dat de tulpenbolletjes al aan het wortelen zijn. Het zijn momenteel rustige maanden voor een tulpen- bollenteler. Halfjanuari steken de tulpen hun eerste groene blad bo ven de klei uit. Een maand later begint het seizoen van met de hand selecteren. Dag in dag uit, tot de zomer. Zeeland kan moeilijk een bloembollenprovincie worden ge noemd. Met de verspreide, altijd opvallend bloeiende velden in het voorjaar lijkt het nog wat. Maar feitelijk heb je het met een paar honderd hectare en een goede veertig telers wel gehad. Carlo Joossen (1993) maakte in 2019 de overstap. Hij werkte tot die tijd bij een bloembollengroothandel in Yerseke. Daar gingen de zaken niet goed. Hij besloot voor zichzelf te beginnen en huurde een loods aan de Kreekrakweg in de staart van Zuid-Beveland, pal achter het Schelde-Rijnkanaal. Het is een energierijke omge ving. De landerijen grenzend aan de loods zijn bedekt met zonnepa nelen. Op het erf pal voor de deur staat een imposante windturbine te wenken. Aan het niet aflatende gesuis raak je gewend, wordt er ge zegd. Het altijd aanwezige ge- zwoesj valt pas op als het er niet is, als het niet waait en de wieken niet draaien. In de loods treffen we Carlo, zijn vriendin Anne Serier (1998) en vaste werknemer Sjaak-Peter Joossen (1972) - ome Bob in de dagelijkse omgang. Carlo en Anne wonen in het nabij gelegen Oostdijk, waar Carlo ook is opgegroeid. Anne heeft haar jonge jaren liggen in 's-Heer Hen drikskinderen. Ze begonnen maart 2019 samen met hun bedrijf Schelde Tulips. Met hulp van de vaders Jan Joossen en Marc Serier. Die start werd extra hectisch toen Anne kort daarop zwaar gewond raakte bij een frontale botsing op de beruchte Deltaweg bij Goes. Waarvan ze nog steeds herstel lende is. Ze probeert zover haar beperkingen dit toelaten zoveel mogelijk van de boekhouding voor haar rekening te nemen. Waarom hij geen 'gewone' boer is geworden met aardappelen, tarwe, uien en bieten? Carlo: ,,In de akkerbouw valt niks te verdie nen. Dat was voor mij geen optie. De tulp is een hoog-rendements- gewas. Dat wil zeggen dat je in ok tober en november heel veel kapi taal in de grond stopt, zo'n 50.000 euro aan tulpenbollen per hectare. Als we van half juni tot half juli rooien, hopen we voor 80.000 euro aan waarde uit de grond te trek ken. Vergelijk het met aardappe len, daar steek je per hectare mis schien tussen de 1200 en 1600 euro aan pootgoed in de grond." Carlo is een contractteler. Hij huurt 20 hectare grond bij 'vaste' boeren in de omgeving. In de na bije toekomst wil hij doorgroeien naar 30 en mogelijk 50 hectare. De te planten bollen krijgt hij aange leverd van een bedrijf in Noord-Holland dat de volledige oogst tegen een vooraf vastge stelde prijs afneemt. Die leveran- cier-afnemer is de eigenaar van de tulpenbollen. Wat Carlo doet is het opkweken van de bollen, van een omvang van minder dan 1,5 centimeter tot ze met minstens 3,5 centimeter groot genoeg zijn om er tulpen uit te kweken. Per sei zoen groeien ze gemiddeld 1 centi meter in omvang. De eindfase speelt zich af bij grote bollenver- werkers in plaatsen als Zwaagdijk en Andijk. De bollen gaan in kleine zakjes of als bos bloemen uiteindelijk naar supermarkten en tuincentra. Rood, geel, paars en wit zijn in de handel de populair ste kleuren, met hier en daar een variant zoals rood met een geel randje. Carlo gaat regelmatig bij de afnemer kijken en neemt dan een bosje tulpen mee voor thuis. Volle kleigrond Dat er op Beveland in de volle klei grond kan worden geteeld, heeft alles te maken met de in 2007 in Nederland geïntroduceerde net- tenteelt. Bij het planten wordt er in de 1,80 meter brede bedden eerst een nylon-net uitgerold, daarop worden de bolletjes gelegd, vervolgens gaat er nog een net overheen en wordt er een laag aarde over verspreid. De plantma- chine voert al die handelingen te gelijk uit. Op de ingeplante akker zie je de netten aan het eind van de bedden in knotjes boven de De tulpenbollenrooier wordt volgend jaar juni uit de loods gehaald. Daarnaast liggen rollen nylon netten die bij het planten op de akker worden uitgerold. grond uitsteken. Die uiteinden worden bij het oogsten aan de rooier aangehaakt. Carlo: ,,Een perceel moet voor ons minstens tweehonderd meter lengte heb ben. Elke keer als we met de rooier draaien moeten de netten op nieuw worden aangehaakt. Hoe langer het perceel, hoe minder je dat moet doen." Planten en rooien mag dan ma chinaal gaan, in de tussenliggende maanden komt er veel handwerk aan te pas. ,,Van half februari tot half mei", vertelt Carlo, ,,lopen we vaak met zo'n zes man over de per celen. Dan gaat het om met het oog zieke plantjes ontdekken. Die moeten eruit worden getrokken. Het komt soms heel nauw. Rode tulpen kleuren donkerrood als ze ziek zijn. Dat zie je alleen bij be wolkt weer. Is er een dag weinig of geen zon dan trommelen we via een uitzendbureau pakweg tien man op om vooral die rode tulpen te selecteren." De tulpenbol vraagt een voor zichtige aanpak: ,,Je behandelt ze als eieren. Een tulpenbol mag niet vallen op staal, overal zit schuim rubber op. Een gevulde kist gooi je ZATERDAG 4 DECEMBER 2021 GO Tulpenbollen behandel je als John.D, JAN VAN DAMME

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2021 | | pagina 56