Saskia Noort
Ik was de vijand en nu
ben ik het boegbeeld
Omslag in de
klimaatcrisis
N DEZE SPECIAL
KLIMAATSPECIAL
EN: KLIMAATVERBETERAARS SPREKEN
Saskia Noort schrijft op deze plek wekelijks
over nieuws dat haar raakt
Vorige week werd ik voor de zevende keer genomineerd voor de
NS Publieksprijs. Zeventien jaar geleden was de eerste keer, met
De Eetclub, en sindsdien deed ieder boek dat ik schreef mee.
Nooit won ik, helaas, maar vaak bevond mijn boek zich tussen
giganten als A. F. Th. van der Heijden, Geert Mak, Griet op de
Beeck, Tommy Wieringa, Adriaan van Dis, Herman Koch en Arthur Japin,
en dat vond ik al een hele eer. Het is toch wel wat als je boeken al ruim ze
ventien jaar bij de best verkochte zitten. Bovendien is het een mooie, de
mocratische prijs, bedoeld om de mensen meer te laten lezen en dat is al
tijd een goed streven. Van lezen wordt je wereld groter, mooier en rijker, en
je kunt het - ongeacht wat voor lockdown dan ook - overal doen. De fijnste
brieven die ik krijg, zijn die van jonge en oude mensen die schrijven dat ze
door mijn boeken (weer) zijn gaan lezen.
Ten tijde van het succes van De Eetclub moest ik me verdedigen tegen
over Connie Palmen over het al dan niet literaire gehalte van mijn 'lite
raire' thriller. Sowieso moest ik me toen non-stop verdedigen, want hoe
kon het dat een thriller het werk van alle literaire mastodonten versloeg.
Ontlezing, verdomming, failliet van de litera
tuur, het leek allemaal de schuld van mij,
Kluun en Heieen van Royen. Inmiddels, zeven
tien jaar later, zit ik nog steeds aan de tafel der
genomineerden, dit keer als enige fictieschrij
ver. Slechts drie van de titels worden gepro
moot door de auteur zelf, de drie anderen heb
ben bekende tv-persoonlijkheden als lijstdu
wer. De vermoedelijke winnaar van deze boe
kenprijs heeft bijna 700.000 volgers op Insta-
gram en een realityshow waar een miljoen
mensen naar kijken. Daar kan geen bedelcam-
pagne met gezellige filmpjes op sociale media
tegenop. De kans is groot dat de prijs wordt ge
wonnen door de man die claimt nooit te lezen,
gekozen door stemmers die op twitter oproe
pen om die zure literaire dozen eens een poepie te laten ruiken. Van de vij
and van de literatuur, ben ik ineens het boegbeeld geworden, en dat is toch
wel weer een mooie ontwikkeling, maar dat terzijde.
Dat het slecht gaat met de boekverkoop weten we allemaal. Sarah
Meuleman schreef hierover een fantastisch verhaal in Het Parool. De
Nederlandse literatuur bevindt zich in een existentiële kramp. Er is geen
boekenprogramma dat er toe doet, geen aandacht voor nieuw talent, recen
sies zijn voor steeds weer dezelfde oude garde, de literatuur heeft zich dus
danig vervreemd van de lezer, dat de bestsellerlijst wordt aangevoerd door
een realityster die wel de brug naar het grote publiek weet te slaan, met een
boek vol taalfouten. Ondertussen wordt in de literaire wereld genavelstaard
en ruzie gemaakt over wie een gedicht mag vertalen. De teloorgang heeft
de boekenwereld aan zichzelf te danken, met als gevolg dat ik, door La Pal
men ooit tot nietsnut gedoopt, als enige de literaire verbeelding zit te ver
tegenwoordigen. Waar is Connie als je haar nodig hebt?
Desalniettemin vraag ik jullie, als je niet op ondergetekende wenst te
stemmen, stem dan toch, maar op outsider Ruud ten Wolde, en zijn ont
roerende boek Ziek Gelukkig. Hij zal het helaas zelf niet meer meemaken,
maar postuum een dreun uitdelen is hem en zijn nabestaanden zeer ge
gund.
.1
Hoe ontstond deze klimaatcri
sis en hoe komen we er uit?
Deskundigen Ed Nijpels en Heleen
de Coninck wijzen ons de weg. P2-11
'Afbreken en tegelijkertijd het nieuwe opbouwen'
Herman van der Meyden van Shell
P5
'Kritiek van de jongere generaties op ons is terecht'
Klimaatoma' Marlies Gommers P7
'Standaardmiddelen werken niet. Ieder huis is anders'
Peter Cool van I ntergas P9
'Plas van de koe helpt gewas in de sierteelt'
Jochem Tolkamp van CowToilet P10
In ons huis in de Randstad, waar we
ruim twintig jaar woonden voordat we
kortgeleden terugkeerden naar Zee
land, ging de verwarming geregeld uit
of op standje-dikke-trui. Dat was eer
lijk gezegd niet omdat wij ons al zo
vroeg bewust waren van ons aandeel in
de klimaatverandering. Het had vooral
te maken met de krakkemikkige CV-in-
stallatie in het huis (bouwjaar 1913). De
leidingen waren zo beroerd aangelegd
dat het klonk of er wraakzuchtige klop
geesten door het huis waarden als het
buizenstelsel opwarmde; of afkoelde.
Die ervaring speelde dus een belang
rijke rol bij de keuze voor ons nieuwe
huis. Dat is zo optimaal geïsoleerd dat
de CV maar heel af en toe in de benen
moet om de temperatuur in alle stilte op
een constante, behaaglijke temperatuur
te houden.
We dragen dus al een tijdje ons steen
tje bij, al is het misschien niet om de al
lerbeste redenen. Wel zijn we thuis
enorm geholpen met mensen die goed
nadenken over hoe ervaringen of pro
ducten beter, of minstens even goed, ge
maakt kunnen worden en tóch duur
zaam zijn. Zoals de makers van de vega-
burger die pas bij ons op tafel stond. We
waren even bang dat die vooral zo lekker
was omdat we hem per ongeluk bakten
in de pan waar ook de spekjes voor de
stamppot in zaten. Maar ook gebakken
in de olijfolie, bleek die burger echt heel
lekker te zijn. Misschien nog wel beter
dan een burger van vlees.
De omslag die er moet komen, wordt
in veel opzichten makkelijker dankzij
knappe koppen die ons leven beter,
leuker en soms ook lekkerder maken.
Dat vind ik het mooie van onze tijd.
Ronald van Geenen,
Hoofdredacteur PZC
ZATERDAG 30 OKTOBER 2021 GO
L)
Teksten Ton Voermans, David Bremmer, Bob van Huët, Hans Nijenhuis