ZEELAND GEBOEKT
S
Pak de Bacon Map of London uit 1890 er maar bij
Voor altijd
geel vanbuiten,
wit vanbinnen
7
Als een pelgrim op bedevaart naar Santiago de Compostela. Duizenden
kilometers, stap na stap. Oud-Delta directeur Dick van der Klaauw vertelt erover in
zijn boek Als mijn knieën het maar houden.
ban
anen
gene
ratie
Wat eindeloos wandelen met je
doet. Daarover vertelt Dick
van der Klaauw (1952). Hij
was in de periode 2001-2008
directeur van Delta Energy
en woonde in Sint Laurens. Hij is altijd een fa
natieke duursporter geweest. 'Zonder uitda
ging is het leven maar een saaie bedoening.'
Dat is de eerste zin in zijn boek Als mijn knieën
het maar houden. En uitdagingen ging hij aan.
Door tien keer het IJsselmeer rond te fietsen,
twee Elfstedentochten te schaatsen, mara
thons te lopen in Berlijn, New York, Chicago
en Dublin, en ook nog eens honderd halve
marathons te voltooien. Tot artrose een al te
zware belasting van de knieën onverstandig
maakte. Zo'n tien jaar geleden bleef het wan
delen over. Beter gezegd: lopen, want wande
len klinkt wel erg vrijblijvend. Hij werd ge
grepen door wat hij noemt het 'Camino-virus'
- Camino is de benaming voor de pelgrims
route naar Santiago de Compostela. Pagina 13:
'Van een gelegenheidswandelaar transfor
meerde ik geleidelijk maar onvermijdelijk in
een pelgrim, lopen is het middel, de weg is het
doel: terug naar de essentie; de oude Grieken
zouden het een 'catharsis' noemen.'
Dick wandelde verschillende bewegwij-
zerde routes naar Santiago de Compostela, in
Nederland, België, Frankrijk, Spanje en Portu
gal. Meestal dagtochten van gemiddeld dertig
kilometer, een enkele keer meer dan veertig.
In totaal 4585 kilometer in 177 dagen, gespreid
over de jaren 2016 tot en met 2020. In dat laat
ste jaar maakten coronamaatregelen in Portu
gal een abrupt einde aan de
wandelavonturen.
Goede conditie
Voor dit soort ondernemingen moet je in
goede conditie verkeren. Dat ondervindt ook
Dick. Vooral dalen blijkt een zware belasting.
In het voorjaar van 2017 komt hij aan in Flavig-
nac, dertig kilometer ten zuiden van Limoges.
Pagina 126: 'We sliepen in een trekkershutje
op de camping. De weg van de hut naar de
douche ervoer ik als een martelgang: mijn
knieën weigerden dienst.' Hij onderbreekt
zijn tocht en vliegt naar huis om met zijn or-
thopeed te overleggen. Die adviseert braces,
wandelstokken (batons), dagelijks een ontste
kingsremmer en afvallen. In september van
datzelfde jaar zet hij zijn Camino voort.
De wandeltochten worden luchtig beschre
ven. Vaak mooie, vaak ook saaie landschap
pen, vaak lelijke voorsteden van historische
stadscentra. Het overnachten is een avontuur
op zich. In kloosters, in oude postkantoren, bij
particulieren, in aftandse hotelletjes. Dick van
der Klaauw noemt zichzelf 'een precieze' en
wil niets weten van commerciële organisaties
die de bagage vervoeren en de slaapadressen
boeken. Hij waarschuwt (pagina 72) voor de
bedwants die zich graag ophoudt onder een
doorgezweten matras.
Hij ontmoet mede-pelgrims, wisselt erva
ringen uit, praat over het leven en verliest ze
weer uit het oog. Pagina 88: 'Niemand loopt er
zo maar. Iedereen heeft een verhaal.' Pelgrims
blijken vaak ouderen. Zoals een 83-jarige Aus-
traliër die in korte tijd twee zussen en zijn
echtgenote door zelfdoding heeft verloren.
Dicks eigen verhaal gaat over zijn vrouw die
al twintig jaar een chronische ziekte heeft
waardoor ze zich niet meer fysiek kan inspan
nen.
Pagina 170: 'En zo word je steeds meer van
wandelaar pelgrim. Elke ontmoeting, elke
waarneming, elke gedachte die bij je opkomt,
maakt dat je je van de grootsheid om je heen
bewust wordt, er onderdeel
van wordt. Op de Camino is Als mijn KNIFfN
alles intens. Daar zit voor mij
de waarde, de reden om het te
doen en het te blijven doen.'
In zijn voorwoord van het
vierde deel van Mary Copeland
Victoriaanse detective raadt
schrijver Robbert Jan Swiers
(1959) de lezers aan een kaart van
het oude Londen paraat te hou
den. Bijvoorbeeld de Bacon Map
of London uit 1890. Die hebben
we even opgezocht. Wat een
prachtig gedetailleerd geheel. En
wat een uitkomst. Nu kunnen we
de uitstapjes van detective Mary
Copeland in de dan door smog en
armoede geteisterde wereldstad
op de voet volgen. Want Swiers is
akelig nauwkeurig als hij zijn ta-
lentvolle detective op pad stuurt.
Op een willekeurige bladzijde,
pagina 84 in dit geval: 'Zo reden
ze via Saint John's Wood Road
langs Saint John's Cemetry, het
Clergy Orphan Asylum en de
Lord's Cricket Ground via
Edgware Road langs Hyde Park'.
Iets verder: 'Via Park Lane ging
het naar Piccadilly en naar Cha
ring Cross, waarna ze op het Vic
toria Embankment kwamen'.
Dergelijke routebeschrijvingen
komen nogal eens voor in de we
derom uit vier verhalen be
staande bundel. Onze jonge Mary
- ze wordt in het laatste verhaal
28 jaar - reist wat af in de koets
achter haar paard Fury. Ze moet
een door een bende ontvoerde
kinderen redden. Haar verloofde
Nathaniel moet uit de klauwen
van psychopaat X worden bevrijd.
Die X wordt gelukkig door een
collega van Mary doodgeschoten.
Hij blijkt wel uit een allerminst
betrouwbare familie afkomstig,
dus daar zijn we nog niet vanaf. In
het derde verhaal ontmaskert ze
een internationale kunstbende.
En in het slotverhaal leggen eerst
flink wat priesters het loodje voor
de dader in een ingenieus opge
zette val wordt gelokt.
De verhalen van Swiers hebben
veel weg van scenario's voor een
succesvolle televisieserie. Mary
tuit vaak haar lippen als ze op een
nieuwe invalshoek zint, haar col
lega's weten dat ze altijd wat troe
ven achter de hand houdt, ze staat
haar mannetje in elk handge
meen. En, dat is geruststellend, ze
komt hoe dan ook als winnaar uit
de strijd. Deel 5 zal vast niet lang
op zich laten wachten.
De
Zeeuwse schrijvers
Je hoeft geen Dingemanse of
Dieleman, Jeremiasse of
Jobse te heten om een
Zeeuw te zijn. Pete Wu mag ook.
Pete Wu was afgelopen zomer am
bassadeur voor Pride Amsterdam,
hij is journalist en schrijver. Hij
noemt zichzelf graag Zeeuw, ver
telde hij laatst in een interview.
Daarop heeft hij ook het volste
recht: hij werd in 1985 geboren te
Middelburg. Zijn ouders hadden
kort daarvoor China verlaten, ze
gingen werken in het Chinese eet
huis van een familielid in Zeeland.
Echte Chinezen vinden het eten in
zo'n eethuis trouwens niet echt
Chinees. Dat ontdekte ik toen we
buren uit China kregen en hen
kort na de kennismaking meena
men naar de plaatselijke Chinees.
Na een discussie met de eigena
resse, waarvan ik alleen het woord
'broccoli' begreep, verschenen er
heel andere
gerechten op
tafel dan op de
menukaart
staan. Onder
meer een ver
bazende scho
tel met broc
coli.
De familie
■l.r[ Wu verruilde
Zeeland voor
Brabant. Ze
begonnen een snackbar in Tilburg,
de jonge Pete hielp mee 'met het
bakken van friet, kipcorns en fri
kadellen'. Op een dag ontdekte hij
niet voor meisjes, maar voor jon
gens te vallen. Zo belandde hij 'als
zeventienjarige in een wereld
waarin niemand mijn teugels
vasthield'. Wie was hij? 'Man, Ne
derlander, homo, Brabander, stu
dent, Zeeuw, geliefde, dorpeling,
schrijver, stedeling, broer, Vla
ming, broertje, vriend, journalist,
veulen, mens.'
In het rijtje ontbreekt Chinees,
terwijl dat toch voor menig ander
zijn identiteit bepaalt. Zijn moe
der hield hem eens voor: 'Voor de
buitenwereld blijf je een Chinees.
Voor altijd geel vanbuiten en wit
vanbinnen. Een banaan dus.' In
De bananengeneratie. Over het dub
belleven van Chinese Nederlanders
van nu (2019) sprak de Zeeuwse
'banaan' met andere Nederlandse
'bananen'.
Het openhartige boek heeft een
ontroerende opdracht: 'Voor papa
en mama, de twee reuzen in mijn
leven'. Er is volop liefde tussen ou
ders en kind, maar ook volop on
begrip, vooral over zijn homosek
sualiteit. 'Als kroonverlegen
boomtoppen praten we langs el
kaar heen', schrijft hij. Maar de
schaamte is in ieder geval voor
bij, de schaamte die hij voelde als
de jongen van de friettent, de
schaamte 'voor alles wat Chinees
en gay was'. Pete Wu, Zeeuw en
veel meer.
maandag 11 oktober 2021
GO
Wekelijkse rubriek met boeken over Zeeland
en boeken van Zeeuwse schrijvers
Dick werd een pelgrim
Jan van Damme
Dick van der Klaauw op de kustweg van Bilbao naar Santiago de Compostela. foto privé
Dick van der Klaauw: Als
mijn knieën het maar hou
den - Uitgeverij Gopher,
182 pagina's, 17,50 euro.
HET MAAR HOUDEN
j
Jan van Damme
Robbert Jan
Swiers: Mary Cope
land, Victoriaanse
detective deel 4 -
Uitgeverij Aspekt,
320 pagina's, 19,95
euro.
sa
PETË
WU
Mario Molegraaf