'Hoe kon de
man die zo
goed was voor
mij, zijn eigen
partner niet
steunen'
te vertellen wat de voorstelling met me had gedaan.
Tot mijn verrassing nam Jos het gesprek meteen
over. Hij had van Frank over onze ontmoeting
gehoord. Dat het zo'n goed interview was geweest
en dat ik veel van musicals afwist. 'Dat kom je
nog maar weinig tegen', zei Jos. En toen volgde de
uitnodiging een keer te komen 'lullen over het vak'.
Op de fiets naar huis was ik verrukt. Dé Jos Brink
wilde met mij verder praten over
het vak. De presentator van Wed
den, dat...?, waar ik als kind zo'n
fan van was. Op de basisschool
speelden we de spelshow na en
dan was ik Jos Brink.
Een paar maanden later zat ik
tegenover Jos in zijn kantoor. Hij
vroeg wat ik nou eigenlijk wilde
bereiken. Ik wil op tv, zei ik. 'Dat
is lastig. Dat willen er meer.' Hij
kwam met een plan. Een proef-
programma waarin ik liet zien wat
ik kon en dat ik naar omroepen
kon sturen. 'En ik wil wel slachtofferen', zei hij. Op
een van zijn spaarzame vrije zaterdagavonden reed
hij ervoor naar de tv-studio van de lokale omroep in
Uden, samen met Frank.
Daarna bleven we contact houden. Via brieven
en ontmoetingen in de kleedkamer na afloop van
Jos' voorstellingen bleef hij betrokken bij mijn
leven. Nadat in 2002 de relatie met mijn vriend
na bijna drie jaar stukliep, kwam er een lange,
handgeschreven brief:
Ik weet zeker, Tommie, dat het goed komt met je.
Blijf lief voor je vriend, jullie hadden het goed samen,
en blijf vooral die je bent: een eerlijke, hartelijke,
warme jongen van wie de mensen houden.'
In een donkere tijd gaf Jos me troost. Op een liefdevolle manier
was hij een voorbeeld. Dankzij hem wist ik waaraan ik liefde,
onvoorwaardelijke liefde, kon herkennen.
In de zomer van 2007 hoorde ik op de radio een naar bericht:
Jos was ernstig ziek. Ik stuurde meteen een mail met sterkte
en beterschapswensen. Hij ging naar het ziekenhuis, werd
behandeld. Dat het mis zou kunnen gaan, kon er bij mij niet
in. Maar op vrijdagavond 17 augustus, rond kwart over zeven,
ging de telefoon. Ik zat net aan tafel en vroeg of ik terug mocht
bellen. Door de aarzeling waarmee de vriend 'ja, is goed' zei,
voelde ik dat er iets aan de hand was. Ik zette Teletekst aan
en las: 'Jos Brink overleden'. Wezenloos keek ik naar het RTL
Nieuws van half acht. Het is vreemd als het overlijden van
iemand die je dierbaar was groot nieuws is. Dat deze geweldige
man, die me zoveel had gegeven, uit mijn leven was verdwenen,
deed me veel verdriet.
Een jaar na Jos' dood gaf Frank een uitgebreid interview. Hij
vertelde over het gemis, maar ook over de prijs die hij moest
betalen voor zijn leven met Jos. Hoe het werk altijd voor ging.
Daarin kwam een andere Jos naar voren dan
ik had gekend. Eentje die helemaal niet zo
empathisch was. Toen Frank door longkanker
ernstig ziek was, steunde Jos hem nauwelijks
en ging Jos niet met hem mee naar het zieken
huis. Ik kon dat moeilijk rijmen met de liefde
die mij ten deel was gevallen. Hoe kon het dat
hij dat niet kon opbrengen voor de man die
hem het meest nabij was?
Ondanks alle openheid van Jos in de vele
interviews die hij gaf, hield hij duidelijk een
essentieel deel voor zichzelf. Ik belde Frank
en stelde voor zijn biografie te schrijven.
'Lieverd, als jij denkt dat je dat moet maken,
ga je je goddelijke gang maar.' Frank was net flink aan het op
ruimen, dat hielp. Alle privéplakboeken, fotoalbums en tien
tallen dozen met knipsels kwamen mijn kant op.
Urenlange gesprekken volgden, uiteraard met Frank maar ook
met Jos' broers, jeugdliefdes, vrienden en oud-collega's: mensen
als Lucie de Lange, Simone Kleinsma en Joop van den Ende.
Het was niet alleen maar mooi wat ik te horen kreeg. Jos bleek
een man met twee gezichten. Empathisch, maar ook egocentrisch.
Meelevend, maar ook bot. Voor het verhaal wel zo interessant.
Als Jos' dierbaren de schone schijn hadden opgehouden, was
de biografie maar saai geworden. En dat was Jos zeker niet. Hij
was nog kleurrijker dan ik dacht.
^8 Jos creëerde zijn
eigen gezin. Paul, Bas en
Koen noemde hij steevast
'de kinderen', maar geen
van hen heeft hem ooit
papa genoemd. 1972
Jos Brink verschijnt bij Spectrum 21,99.
32