'Hoe positiever
ik dacht, hoe
minder ik sliep'
De sfeer in mijn yogaschool was vriendelijk, toch
voelde ik me gevangen in mijn eigen hoofd. Op een dag
vroeg de yogadocent: 'Voel jij eigenlijk wel iets?' Dankbaar
voor de interesse, verzuchtte ik: 'Ja, heel veel stress. Ik
ben supergespannen.' Ze knikte meelevend: 'Maar ook
nog iets anders dan spanning?' Even was ik uit het veld
geslagen. 'Hoe bedoel je?' vroeg ik. 'Nou, bijvoorbeeld
verdriet? Boosheid?' Ik moest erover nadenken. Voelde ik
me verdrietig? Boos? Nee, ik geloofde het niet. Ik voelde
me nog steeds die gazelle. Of dat muisje. Toen ik met mijn
hoofd schudde, zei ze: 'Misschien moet je daar eens naar
kijken. Naar je gevoelens. Want ik geloof dat jij met je
hoofd wel genoeg gedaan hebt.'
Ik begon rond te vragen naar therapeuten die zich focus
sen op emoties. Juist omdat ik weinig voelde, kreeg ik zelf
ook het idee dat daar de sleutel lag. Het kon toch ook niet
normaal zijn dat ik na mijn relatiebreuk alleen meer stress
voelde en weinig verdriet? Mijn masseur wist wel iemand.
Een vrouw die zich richt op zelfcompassie en mensen leert
objectief te kijken naar alles wat ze voelen en ervaren. Een
combinatie van psychologie en mindfulness.
Toen ik vertelde over mijn gespannen gevoel, het over
lijden van mijn vader en mijn slaapproblemen, was mijn
nieuwe therapeut empathisch en vriendelijk. Ze vertelde
dat ons zenuwstelsel grofweg drie standen kent. Een rust
stand waarin we ontspannen zijn en blijdschap, liefde en
verdriet kunnen voelen. Een stressstand waarbij je lijf
zich klaarmaakt om te vechten en vluchten en emoties
tijdelijk worden geblokkeerd. En een verdoofde stand,
waarin we zijn bevroren, ons lusteloos voelen en weinig
energiek. De laatste twee standen zijn noodtoestanden
die ons beschermen tegen gevaar. Mijn therapeut vertelde
me dat ik al jaren in de stressstand stond. En dat ik daarom
niets voelde, behalve spanning. Dat het mijn lijf niet meer
lukte om in de ruststand te komen. Langdurig in deze
stressstand staan, heeft te maken met een trauma. In onze
huidige maatschappij zijn we daarvoor bang geworden
omdat het woord 'trauma' heftige beelden oproept. Een
trauma is echter niets anders dan een gebeurtenis die
niet volledig door je lichaam verwerkt is. Die zich vast is
gaan zetten in je lijf waardoor je zenuwstelsel uit balans is
gebracht. 'Dat kun je er niet uit denken,' zei ze. 'Daar heeft
je hoofd helemaal niets mee te maken.'
Ze raadde me de podcasts van Tara Brach aan. Deze
Amerikaanse psychotherapeut is gespecialiseerd in zelf
compassie, volgens haar hét tegengif voor stress, trauma,
angst en verdriet. 'It's not survival of the fittest,' zegt
Brach, 'it's survival of the nurtured, de gekoesterden.'
Koestering, warmte, liefde. De mens heeft het nodig
om te kunnen floreren. 'Maar let op,' waarschuwde mijn
therapeut me, 'wanneer je zenuwstelsel in de ruststand
komt, komt er ook ruimte voor opgekropte emoties. Voor
de gebeurtenis die het trauma veroorzaakt heeft - in jouw
geval het overlijden van je vader. Dan zul je eindelijk gaan
voelen. De pijn om het verlies, de pijn om het verraad van
je vriend, de eenzaamheid. Dan zal zich openbaren wat in
jouw lichaam opgesloten zit. Dan ben ik er voor je. Elke
keer weer.'
Wat volgde was een periode waarin ik koestering zocht,
bij vrienden, mijn therapeut, podcasts van Brach en
mezelf. Ik praatte liefdevol tegen mezelf, probeerde mijn
zenuwstelsel te helen. De emoties kwamen los. Weken
van verdriet, boosheid, frustratie en pijn baanden zich
een weg door mijn leven en maakten het door hun
zwaarte uiteindelijk lichter. Ik leerde ontspannen. Niet
door het herhalen van positieve gedachten, niet door te
werken aan mijn mindset. Maar door te leren mezelf te
geven wat ik nodig had, én daarom te vragen: warmte,
geborgenheid, koestering. Liefde.
Dit is een voor Mezza door Lianne Sanders bewerkt artikel
gebaseerd op haar boek Dan ga ik nu maar eens lekker van
mezelf zitten houden (Spectrum 18,99).
22