g£
Elk jaar verdrinken er zo'n veertig mensen, maar
dat weerhoudt de bewoners van het Zwitserse
Bern er niet van in de Aare te springen en zich door
de rivier te laten meevoeren. Dwars door de stad,
drijvend op de rug. HANS AVONTUUR deed met
ze mee en vond het fantastisch.
Het is vroeg in de ochtend als ik vanuit de
hoger gelegen stad afdaal naar de Aare.
Het eerste dat me beneden opvalt is de
enorme snelheid waarmee het brede
water door zijn bedding stroomt. En de
prachtige kleur, die het midden houdt tussen azuur
blauw en smaragdgroen. Met dank aan de mineralen
die het smeltwater van de Aaregletsjer m eebrengt.
Naast de rivier ligt een pad. Oudjes wandelen er in
een rustig tempo met de hond, jongeren rennen met
sporthorloge hun trainingsrondje. De eerste zonne
stralen zetten één oever in het licht. De andere hult
zich nog in frisse schaduw. Dan komt de eerste
zwemmer voorbij. Liggend op de rug laat de vrouw
zich met de rivier meedrijven.
De Aare ontspringt aan de voet van de Finsteraarhorn,
een 4274 meter hoge berg in de Berner Alpen, en
stroomt zo'n 295 kilometer door Zwitserland. Al het
water dat vanaf de gletsjer en talrijke zijrivieren wordt
meegevoerd passeert de stad Bern, gaat over in de
Rijn en mondt enkele dagen later uit in Nederland.
cr <s>
3 cr.
3 lu
I— H
X 3
CO
CO cr
X LU
Q
X —I
O
ILU
P 3
LU q
3 LU
P CD
CO L
X O
O
X X
O
CO CO
cr
LU LU
OP MIJN
RUG
DOOR
BERN
32