T0KI0/2020NE
Ze weet nog heel goed hoeveel
mensen zeiden: hier moet je
van genieten. Ze waren met
velen en ze hebben het haar
tig keer op het hart gedrukt.
Maar het ging het ene oor van Dafne
Schippers in en vrij vlug het andere weer
uit. Want wat is dat voor onzin-iets? Dacht
ze dan. Waarom genieten?
Ze spreekt over een trein. Een trein die
alsmaar op volle vaart voortdenderde, en
zij die niet peinsde uit te stappen en even
stil te staan. En bovendien, genieten, tja
,,Ik wist niet hoe."
Ze zegt het licht geëmotioneerd. Graag
had ze toen geweten wat ze nu weet. Dat
succes niet zo vanzelfsprekend is als het
toen leek. Maar alles ging zo snel zo goed,
alles was nieuw, ook haar schurende,
wringende, knellende status als ster.
Die past haar inmiddels beter, vertelt
Schippers deze ochtend op sportcentrum
Papendal. Met haar persoonlijk gaat het
goed, met de beoefening van haar sport
niet. De laatste twee jaar is ze vaak ernstig
beperkt door haar rug - slijtage van de
tussenwervels, een voorstadium van een
hernia - en daarom predikt ze realisme.
,,Het is niet dat ik nu zeg: ik ga gewoon
voor de medailles meedoen. Maar ik blijf
keihard werken en hoop dat ik nog steeds
harder ga en dat gevoel terug ga krijgen."
Klok kapot?
Dat gevoel. Van 2015, 2016, en al mindere
mate 2017. Haar topjaren in de sprint. Het
waren bijzondere avonden waarop ze de
sportwereld versteld deed staan. In
Peking, in 2015, dacht ze zelf dat de klok
kapot was. Zó hard lopen, dat kon toch
niet? Maar met de tijdwaarneming was
niets mis, in het zinderende Vogelnest.
21,63 seconden op de 200 meter, een tijd
voor de eeuwigheid. De zomer daarop in
Rio de Janeiro smeet ze met haar spikes
zowat een deuk in de blauwe baan. Met
21,88 was ze één tiende van een seconde
DONDERDAG 22 JULI 2021 9