'Mijn bomen
hebben al zo
ontzettend veel
doorgemaakt'
GRAVIN JEMIMA DE BRAUWERE (63)
De valwind die een maand geleden Leersum
aandeed, viel precies op Landgoed Zuylestein.
Binnen anderhalve minuut veranderde het
Sterrenbos in een buitenaards landschap.
Honderdvijftig jaar oude eiken en beuken,
geplant zodat je vanuit het middelpunt in
acht lanen kon kijken, zijn als luciferhoutjes
afgebroken. De wind rukte stammen uit de
grond en smeet ze neer.
'Het eerste waar ik aan dacht
waren de bosvarkens,' herin
nert De Brauwere zich. 'Ik was
zo blij dat ik ze niet van angst
of pijn hoorde gillen.' Een is
vermist en één is zich letterlijk
doodgeschrokken. 'Voor de
andere lijkt het leven gewoon
door te gaan.'
Zuylestein kent een historie
van ruim 600 jaar. Tot de vorige
bewoners behoorde stadhou
der Frederik Hendrik van Oranje, die
Zuylestein in 1630 kocht en het grondig
verbouwde. Via vererving kwam het landgoed
in bezit van de familie van Jemima's moeder,
gravin van Aldenburg Bentinck.
Jemima is een landgoedeigenaar die er niet
voor schuwt haar handen vuil te maken.
'Momenteel pas ik op het landgoed, dat als
een estafettestokje aan mij is doorgegeven.'
Haar talenten als architect en ervaring als
ondernemer kwamen goed van pas om de
landerijen en moestuinen van Zuylestein,
uniek om zijn 17de-eeuwse structuur, te
restaureren. Een tekening van Stoopendaal
uit 1710, waarvan er een in het Rijksmuseum
hangt maar ook een bij haar thuis, bleek hier
bij onmisbaar.
De Brauwere: 'Als je ernaar kijkt, zie je dat het
landgoed was ingericht voor voedselproductie.
Zuylestein leverde vroeger voedsel voor de
Oranjes. Per boot werden diverse groentes en
fruit verscheept over de Rijn, via Delfshaven,
naar Den Haag.'
Zoekend naar een bestemming voor het land
goed, besloot De Brauwere dat Zuylestein de
originele functie van voedselvoorziener te
herstellen. Daarvoor werkt ze samen met de
universiteit van Wageningen. 'Als experiment
telen we gewassen op 3 en 6 meter brede
stroken. Vergeten teelttechnieken die we
graag toepassen omdat ze goed werken, zijn
meestal arbeidsintensief. Daarom gebruiken
we robots die dag en nacht kunnen doorgaan
en ons in de toekomst kunnen helpen met het
inzetten van vergeten werkwijzen.'
Ze verbouwt moderne en vergeten groentes,
heeft 35 verschillende rassen appels en peren
in de historische moestuin en teelt op 10 hec
tare oergranen. 'Omdat wij voor het grootste
deel op natuurgrond telen, staat de natuur
voorop, het agrarische belang is secundair.
Deze manier van boeren levert prachtige
beelden op zoals ik die uit mijn jeugd ken,
van akkers met prachtige bloemen. Vorig
jaar hadden we een hete zomer, dan zie je
een heel ander kleurenpalet dan nu met het
wisselvallige weer. Dit jaar barst het van de
margrieten.'
In de oranjerie van Zuylestein zijn groenten,
vlees, fruit, meel, brood, jam en lokale pro
ducten te koop. Ook restaurants en voedsel-
collectieven behoren tot de vaste klantenkring.
Grootste zorg voor De Brauwere is het herstel
van het landgoed, zodat alles weer snel open
kan voor het publiek. 'We richten ons nu op
het opruimen en veilig maken van het bos.
Daarna gaan we verdere plannen maken.
Zuylestein is een rijksmonument: alles gaat
in overleg. Maar voor we het Sterrenbos weer
in volle glorie kunnen zien, zullen we in ieder
geval een generatie verder zijn.'
Ze wijst naar de eeuwenoude tuinmuur, die
doormidden is gespleten door een boom. 'Ach
ja, die muur. Die heeft net als de rest van dit
landgoed in zijn leven al zoveel meegemaakt,
die heeft er gewoon weer een litteken bij.'
brengt de landerijen van Zuylestein terug
naar hun oorspronkelijke, 17de-eeuwse staat.
'En dat doen we met robots, die werken
dag en nacht.'
22