Verlengje wandeltocht eens met een overnachting
24
1. Gewicht
2. Materialen
3. Doekdikte
4. Waterdicht
5. Stokken
6. Binnentent
7. Winter-voor-
jaar-zomer-najaar
8. Lengteslaper
of dwarsslaper
ZATERDAG 24 APRIL 2021 GO
Een tent is verantwoordelijk voor een
groot deel van het gewicht in je rug
zak. Afhankelijk van het materiaal, het
aantal personen waar de tent voor is
gemaakt en het type tent, weegt een
lichtgewicht trekkerstentje zo'n 800
gram tot 2,5 kilo. De prijs speelt hierbij
een rol: lichte en toch sterke materia
len zijn kostbaarder en dus is lichter
duurder.
Goedkopere tenten zijn vaak van
polyester en duurdere veelal van
nylon (polyamide). Let erop dat het
textiel zogenaamd ripstopdoek is. Rip-
stop betekent dat er naast dunne ga
rens ook dikkere garens gebruikt zijn
in het weefsel. Dit voorkomt dat het
doek verder scheurt als er bijvoor
beeld een winkelhaakje in komt. Rip-
stopdoek herken je aan een vierkant
raster in het weefsel.
Hoe dunner het doek des te lichter, en
daarmee de tent. De dunste doeken
hebben een dikte van 15D, waarbij de
D staat voor denier. Dat is een een
heid voor draaddikte. De dikkere doe
ken zijn vaak 40 denier. Wees erop
bedacht dat dunner doek meer klap
pert in de wind.
Om een tent waterdicht te maken is
de binnenzijde van de buitentent vaak
voorzien van een waterdichte laag.
Bij goedkopere tenten is dit een poly-
urethaan(PU)-laag en bij de duurdere
een siliconenlaagje. De naden van
tenten met een PU-laagje worden met
een soort plakband waterdicht ge
maakt. Bij siliconendoek kan dat niet
omdat het plakband daar niet op
hecht. Daarom wordt gebruikgemaakt
van garen dat opzwelt als het nat
wordt. Ook komt er vaak nog een sili-
conenlaag aan de buitenzijde op om
regen van het tentdoek te laten lopen.
Siliconendoek trekt stof aan en kun je
daarom beter niet gebruiken in droge,
zanderige gebieden.
Stokken zijn nodig om de tent z'n
vorm te geven. Het gros van de tenten
heeft aluminium stokken in segmen
ten van zo'n 30 tot 40 centimeter
lang. Ze worden door een elastiek bij
elkaar gehouden. Dit vergemakkelijkt
het opzetten en afbreken; door het
elastiek kun je immers niets fout doen
en klikken ze bijna vanzelf in elkaar. Bij
de meeste tenten zit een reparatie-
stokdeel of reparatiehulsje.
Sommige tenten kun je met je wandel
stokken opzetten. Dit scheelt gewicht
en volume in de rugzak.
De binnentent is meestal gemaakt van
lichtgewicht ripstopnylon en het doek
is waterafstotend. Dit zorgt ervoor dat
condensdruppeltjes die vanaf de bin
nenzijde van de buitentent op de bin-
nentent vallen, de tent niet nat maken.
Een binnentent heeft natuurlijk een
waterdicht grondzeil. Let ook op vol
doende gaas voor de ventilatie en om
te voorkomen dat beestjes naar bin
nen kunnen. Ook de buitentent moet
natuurlijk ventilatieopeningen hebben.
De vierseizoenentent kan tegen alle
weersomstandigheden en zelfs een
pak sneeuw, maar is daardoor zwaar
der en duurder. Een drieseizoenentent
is voor de meeste kampeerders de
beste keuze; lichter en toch weer-
bestendig. Bij sommige tenten kun je
de binnentent ook los opzetten. Bij
warm weer heb je zo prima ventilatie
en toch bescherming tegen insecten.
Tenten zijn er als lengte- of dwars-
slaper. Bij de lengteslaper zit de
ingang aan de kopse kant. Ben je met
z'n tweeën dan kan je dus zonder over
elkaar heen te kruipen de tent in en
uit. Dwarsslapers zijn meestal koepel
tenten met ingangen en luifels aan de
zijkanten. Een enkel exemplaar heeft
slechts één luifel en ingang.
