'We werden in Zeeland met warmte ontvangen'
4
Dat ik een bezienswaardigheid
was, voelde niet prettig, maar de
opvang was heel hartelijk
M Tante Jeanne Tala-
hatu (links) en tante
Etta Leiwakabessy
waren al vriendinnen
voordat ze in 1951
naar Nederland kwa
men. Ze reisden met
hetzelfde schip, de
Kota Inten, dat in
Rotterdam aankwam
op 21 juni 1951. Tante
Jeanne belandde in
het Molukse kamp in
Koudekerke, tante
Etta heel kort in het
kamp in Seroos-
kerke, en daarna in
kamp Middelburg 2
aan de Seisweg.
MtfOÜS
MB*
KONINKLIJKE
MAATSCHAPPIJ,. DE!>CHELDJE"
345 Ambonese jongemannen gister
middag hun intrede gedaan in de
DUW-kampen achter de Seisweg te
Middelburg en aan de Koudekerkseweg
te Vlissingen, hun nieuwe en - naar zij
zelf begrijpelijkerwijs vurig hopen - tij
delijke woonplaats. Deze ongehuwde
ex-KNIL-militairen werden begroet
door storm- en regenvlagen, die on
barmhartig over het voor hen nog zo
vreemde, vlakke Walcherse land joe
gen, maar in de gezellige campkantines
brandde de kachel en dampte de heer
lijke geurige soep, zodat het geen vijf
minuten duurde, of de nieuwe inwoners
van de Zeeuwse hoofdstad en van Vlis
singen voelden zich best thuis. In het
kamp te Middelburg zijn 145 Ambone
zen ondergebracht, in het kamp te Vlis
singen 200.
Geldinzamelingsacties
Zeeland bereidt zich goed voor op
de komst van de Molukkers. In april
zijn vier kampen klaar, later dat jaar
volgen er nog zeven. Het is de
Dienst Uitvoering Werken, die na
de oorlog werklozen inzet voor de
wederopbouw, die de DUW-kam-
pen opzet. Ook de Zeeuwen zelf
zorgen voor een hartelijk onthaal.
Nog voordat de eerste ex-KNIL-sol-
daten en hun gezinnen arriveren,
zijn er al een geldinzamelingsacties.
Hiskia Kobrua vindt onderdak in
het kamp Vlissingen 2, aan de Kou-
dekerkseweg, waar nu zorgcentrum
Ter Reede staat. Dick-Jan Thuis
vindt in de nalatenschap veel foto's
van zijn schoonvader met onbe
kende Vlissingers. Vaak staan er
kinderen bij. Op het strand, op de
kermis. ,,Hij was zélf een soort at
tractie."
Hetzelfde gevoel heeft Pierre
Pourchez (70), die met zijn ouders
en zussen na een kort verblijf in een
pension in Middelburg verhuist
naar Nisse. ,,We waren het enige
Molukse gezin daar en dus een be
zienswaardigheid.
Waarom zij nooit in een kamp of
woonoord zijn terechtgekomen,
weet hij niet. Misschien omdat zijn
vader geen Molukker
was, maar een Javaan?
„Mijn moeder was wel
een Molukse. Haar eer
ste man ook, maar hij is
vermoord in een Jap
penkamp. Zijn vriend ontfermde
zich over haar en haar kinderen. Zij
zijn getrouwd en ik ben een zoon
uit dat tweede huwelijk."
De moeder van Pierre Pourchez
was Sara Parinussa, de zus van Joop
Parinussa, die kampraad is in het
kamp Middelburg 2 aan de Seisweg.
Zo leert Pierre het kampleven wel
van binnen kennen. ,,De opvang
door de mensen in Nisse was heel
hartelijk hoor, maar dat ik een be
zienswaardigheid was, voelde niet
prettig. Pas toen we in 1962 in Oost
Souburg net buiten de Molukse
wijk gingen wonen, werd dat min
der. Daar belandde ik tussen gelijk-
gekleurden en gelijkgestemden. Tot
mijn twaalfde zat ik tussen de suuk-
erbieten en de petoaten. Ik praatte
ook Zeeuws. Mijn moeder vond dat
bizar."
De Zeeuwse bevolking heeft er al
les aan gedaan om de Molukkers
goed op te vangen, vindt Pourchez.
,,Er werden groenten aan de deur
gebracht. En buurman Bosman
leerde rijst eten. Ik ben onderdeel
van die volksverhuizing, maar ik
ben hier nu ook zeventig jaar, ik ben
niet boos meer. We zijn met
warmte opgenomen."
De grootste groep Molukkers be
landde op Walcheren en dat is nog
steeds zo. Middelburg, Oost-Sou
burg en Koudekerke zijn nu de
enige Zeeuwse plaatsen met een
Molukse wijk.
Op Schouwen-Duiveland duurt
lÉ |jg5$*..SÊ SCHELDE"
25890
De legitimatiekaart
van Hiskia Kobrua als
werknemer van Kon.
Mij. De Schelde in
Vlissingen.
Hiskia overleed op
88-jarige leeftijd.
Hiskia Kobrua en
Jopie Luteijn op hun
trouwdag, 19 februari
1960, in het kamp
Vliegveld in West
Souburg.
de opvang maar kort. De kampen in
Brijdorpe en Noordwelle zijn van
juni 1951 tot september 1952 in ge
bruik, dat in Kerkwerve nog korter,
van juni tot november '51. De Am
bonezen willen graag blijven en ook
de lokale bevolking wil 'hun Moluk-
kers' niet kwijt, maar de DUW eist
de barakken terug.
De ontruiming van de kampen in
Brijdorpe en Noordwelle behoedt
de Molukkers wel voor een gewisse
dood. Een paar maanden later im
mers breken de dijken en loopt het
eiland onder water. „Wij zijn chris
telijk opgevoed en geloven dat de
Heer ons heeft gespaard voor de
Ramp", zegt Johan Hitijahubessy
(82), die in de Molukse wijk van
Middelburg woont. ,,Ook in Bres-
kens liep het kamp niet onder."
Zelf woont hij ten tijde van de
Ramp in het kamp in Koudekerke.
Zijn vader is daar kampraad en
trommelt jongemannen op om in
Vlissingen, waar het water ook de
stad in stroomt, te gaan helpen met
het vullen van zandzakken. ,,Ik was
toen pas dertien dus daar was ik zelf
niet bij."
Johan Hitijahubessy - onder Mo-
lukkers bekend als oom Ventje -
komt in juni 1951 met het laatste
transport aan in Nederland, op de
Kota Inten. Aan boord zitten ook
Pierre Pourchez, toen nog een baby,
en de vriendinnen Etta Leiwaka-
bessy-Haurissa en Jeanne Talahatu-
Litaay.
ZATERDAG 10 APRIL 2021 GO
VERVOLG VAN PAGINA 3
SCHEEPSWW
EE&ITtMATIEKAART
Houder
V A
geboren
adres
laü»
A Mhs
CcivTX/v
u - j
LaCHINEEABRIE^^SSI^
4f.VT.
van da Houder:
Handtekening
„.„„iking ditJ"Vfej5 gi -Ik
- - tuSS.W. V»or j l S
eeen ww1"1»,
exemplaren 25 een
65 41078 3 -51 if>00 v
Voor
seen
exempl