WEER EVEN THUIS
II
16 ZEELAND
De eerste jaren van zijn leven woonde Jan Capello in de Zaagmolenstraat in
Goes. Oorlogsbeelden vormen het decor van talloze vrolijke herinneringen. Hij kan er uren
over vertellen.
Hij herkent zijn geboorte
stad niet meer, mop
pert Jan Capello. Alles is
veranderd. ,,Als het
nou verbeteringen wa
ren, dan zei ik: 'Soi.' Maar dft Met
een breed armgebaar wijst hij naar de
bebouwing aan de overkant van
Ringbaan West in Goes. „Gelukkig
hoefden we er vroeger niet tegenaan
te kijken. Toen was deze groenstrook
een plantsoen met pinkster- en bo
terbloemen, en dMr waren de
enorme kolenhopen van de gasfa
briek van mijn oom. Die kroop er
overheen om het antraciet en de
cokes ertussenuit te halen."
Het waren jaren waarin je in de
Zaagmolenstraat nog echt kind kon
zijn, zegt Jan Capello (81), woonach
tig in Wilhelminadorp en gepensio
neerd adjunct-directeur van Wasserij
De Zon: „Buiten rondhollen, verstop
pertje spelen, steppen, tikkertje,
knikkeren en je moederstaal spre
ken."
Vader was timmerman. ,,Het hob
belpaard heeft hij gemaakt. Op het
plaatsje zat ik er soms uren in, vertel
den ze me later. Maar ook ben ik eens
over de kop geslagen, en bezeerde
toen mijn kin." Moeder bestierde het
huishouden.
Hij wijst op zijn ouderlijk huis. In
de kamer met dakkapel sliep hij met
zijn jongere broers. Hij vertelt over
een avond met bulderende storm. Zo
angstaanjagend, dat ze door het ru
moer heen met z'n drietjes het liedje
van Piet Muijselaar schalden, met als
refrein: 'Holderdebolder, we hebben
een koe op zolder'. Midden in een
uithaal schoot het zinken dak
los, sloeg de regen over hen heen en
kreeg de wind vat op de scheurende
schoorsteen, die bonkend over de
pannen in de achtertuin verdween.
'Vuurwerk'
Over de doorgaande weg trokken de
geallieerden voorbij. ,,De Duitsers
schoten granaten op hen af, die regel
matig hier in de voortuintjes uit el
kaar spatten. Veel gezinnen uit dit
rijtje zochten een veilig heenkomen
bij familie. Wij bleven aanvankelijk
hier, maar moesten in de woonkamer
tegen de plinten liggen met matras
sen schuin over ons heen. In een
schietpauze sleepten we ze toch
maar naar de kolenkelder van het
slachthuis hiernaast, waar inmiddels
meer mensen uit de buurt bivakkeer
den. Een enkeling is nog naar 'het
vuurwerk' gaan kijken. Die kon later
met een ambulance worden afge
voerd."
Zijn herinneringen lichten flarden
van een andere tijd op. De buurmeis
jes die aanpapten met kauwgum uit
delende Canadezen, waarvan er een
tje sinterklaas mee vierde, waardoor
Jan die geweldige cadeaus - bouwdo-
zen met echte, kleine steentjes -
nooit meer zal vergeten. Hoe hij tus
sen de Duitse soldaten marcheerde
die zich moesten verzamelen op de
Beestenmarkt, Weiszkopf zeiden en
hem in het voorbijgaan door zijn
blonde haren aaiden. En natuurlijk
de ingekwartierde Poolse kok, die
vlees meenam en hen de varkensbla
zen gaf: ,,We bliezen ze op, rekten ze
uit, droogden ze, spanden ze over
potten en maakten in het vlies een
gaatje waarin we een stokje schoven.
Zo hadden we koenkelpotten om te
bespelen. In Yerseke doen ze het ge
loof ik nóg."
Zilverpapier
Hij herinnert zich hoe op een warme
dag de geallieerden boven de Goese
Polder ladingen zilverachtige stroken
afwierpen. ,,Dat deden ze om de
Duitse radar te verstoren. Zag de vij
and niet hoeveel bommenwerpers
onderweg naar Duitsland waren."
Hij kijkt vergenoegd omhoog; ziet
weer voor zich hoe die sierlijke vo
lants, schitterend in de zon, traag
omlaag wentelden. ,,De nonnetjes
die ons op de Vlasmarkt lesgaven
wilden dat we zilverpapier verzamel
den, waarmee wij onze gekleurde
medemensen konden helpen. En nu
kwam het zomaar uit de lucht!
Dus waren wij middagen aan het ra
pen. Op een ochtend sleepten we
trots jutezakken vol op een karretje
naar school - bleek het geen zilver,
maar aluminium te zijn. Dat hoefden
de nonnetjes niet. Konden wij weer
met alles terug. Toen ben ik wel
van mijn geloof gevallen."
Katholiek 'op wielen' waren ze
Ging je vaker
biechten, dan
had je méér
kaartjes dan je
nodig had
voorhet
wekelijkse
vinkje achter je
naam. Die
kaartjes waren
glazen
knikkers waard
toch al, lacht hij. Het biechten in de
categorie dagelijkse zonden, zoals
snoepen uit de koekjestrommel,
meisjes aan vlechten trekken of
naar opwindende bioscoopreclames
kijken, stimuleerde vooral een leven
dige ruilhandel: ,,Het kaartje dat de
dommelende priester je door het
gleufje toeschoof, moest je inleveren
op school. Ging je vaker, dan had je
méér kaartjes dan je nodig had
voor het wekelijkse vinkje achter je
naam. Die kaartjes waren glazen
knikkers waard."
Ook kropen ze regelmatig onder
het prikkeldraad van de Joodse be
graafplaats door. Ze slopen over het
pad waarlangs de leidingen van de
gasfabriek liepen. Tussen al die ver
zakte stenen met bemoste, onlees
bare inscripties spookte het:
,,Je hoorde het sissen. Stoom wa
semde omhoog." Nieuwe vriendjes
werden in de schemering op stand
vastigheid getest.
,,Een jeugd als een jongensboek",
beaamt hij grinnikend. Maar wat hij
uithaalde toen ze in 1948 naar de
Bankertstraat verhuisden, waar zijn
jongste broertje werd geboren en hij
en zijn kornuiten met jachtmessen,
katapulten en opgedolven
munitie hevige geloofstwisten uit
vochten, bewaart hij voor een vol
gende keer.
vrijdag 2 april 2021
Een j eugd als een j ongensboek
Jacoline Vlaander
M Jan Capello (1,5) in
zomer 1941 op het
hobbelpaard dat zijn
vader voor hem
maakte.
FOTO PRIVÉCOLLECTIE
Jan Capello voor zijn geboortehuis in de Zaagmolen
straat in Goes. ,,De granaten spatten hier in de voortuin
tjes uit elkaar." foto marcelle davidse
- Jan Capello
Heeft u herinneringen aan uw
ouderlijke huis die u wilt delen en wilt
u weer even terug? U kunt uw verhaal
doen in 'Weer Even Thuis'. U kunt
contact opnemen met Ab van der
Sluis: 08801-30203,
chefnieuws@pzc.nl.