Caroliene van den Bosse, overledenenverzorgster We kwamen haar tegen tijdens een wandeling door de Walcherse buurtschap Mariekerke. Caroliene van den Bosse-Stroo, echtgenote, moeder, gereformeerd, paardenliefhebster. En ze is overledenenverzorgster: ,,Hoe houd ik een overledene zo mooi mogelijk?" Je staat er niet gauw bij stil. Pas als het zo ver is, het einde van een reis on miskenbaar is en verdriet alle andere gevoelens verdringt, dringt het af scheid zich op. Dan duiken er opeens mensen op die op een meelevende manier je de laatste zorg voor een dierbare uit handen ne men. In Zeeland zou dat zomaar Caroliene van den Bosse-Stroo kunnen zijn. Als overledenen verzorgster staat ze 24 uur per dag paraat om uit te rukken. Haar koffer met schort, opmaak- attributen en andere hulpmiddelen heeft ze al tijd bij de hand. Ze zegt: ,,Ik probeer een goede start van het rouwproces te geven. Door te ont- zorgen, te begeleiden, uitleg te geven, alles te benoemen." We ontmoeten haar in Mariekerke, de buurt schap waar ze woont en werd geboren. Nee, ze woont niet in het ouderlijk huis, dat ligt hon derd meter verderop. Haar man Jacco is boven achter zijn laptop aan het werk. Dochter Anna is voor het eerst sinds weken naar school in Meliskerke. Zoon Tom zit op de middelbare school, hij moet nog even met digitaal onder wijs genoegen nemen. ,,Heerlijk. Ik kom uit een echt warm nest. Met mijn twee broers en vier zussen kon en kan ik heel veel delen. Ik was heel veel bezig met paar den. Eerst minishetlanders, toen een haflinger, toen een fjord-fries. Ik ben een echte dieren vriend. Mijn vriendinnen hadden ook altijd paarden. Soms gingen we 's zomers om half 6 's ochtends naar het strand. Zadel eraf en dan in zee. Vaak naar Domburg, bij Nehalennia het strand op. Westhove was lekker uitgestrekt voor je de zee bereikte." ,,Zeker, reformatorisch. De zondagen, de bid- dankdagen, catechesatie op dinsdagavond, geen televisie in huis. Het is niet dat we altijd heel braaf waren. We gingen weleens uit. Maar we wisten hoe het hoorde. God liefhebben boven alles en je naaste als jezelf. Mijn ouders boden een altijd behoudende liefde. Bijvoorbeeld dronken worden, daar hadden ze je niet voor over. Ze waren op je behoud gericht, dat heb ik altijd haarfijn gevoeld. Ik voed zelf mijn kinde ren ook reformatorisch op. Kerk, school, het hele dagelijks leven, wie je bent voor je naaste. We hebben geen televisie. Wel telefoons, we zijn wel in deze wereld, ik kijk gewoon naar het NOS-journaal. Het is belangrijk om kinderen te onderbouwen. Tegen schietspelletjes heb ik een aversie. Daarover hebben we discussie, het is maar een poppetje wordt er dan gezegd. Het blijft een voortdurende strijd. Religie maakt het leven echt niet te zwaar. Geloof is ook een houvast, een veilige haven, een leidraad. Al mijn zussen en broer zijn nog kerkelijk, geluk kig. Mijn vader is ouderling. Schrijvers als Maarten 't Hart en Franca Treur maken stem ming, alsof het gelovig leven drukkend is. Zo ervaren wij dat niet." ,,Heel bewust. Het had ook iets met dieren kunnen zijn. Toen ik 16 was ging ik naar het Hoornbeeckcollege in Goes, de opleiding Ver zorgende Individuele Gezondheidszorg. Een reformatorische school, ook een bewuste keuze, belangrijk voor de onderbouwing. Ik liep stages bij Zorgstroom en bij verpleeghuis Ter Reede in Vlissingen. Daar bleef ik hangen. Ik werkte met gehandicapten en ouderen, deed medicatie en wondzorg en kwam bij mensen thuis. Vooral tijdens die huisbezoeken hoorde ik verhalen, menselijke verhalen. Je leerde ook omgaan met agressie, opstandigheid, verdriet. In die tijd zijn we getrouwd, we gingen met zijn tweeën naar Ter Reede, mijn kleinste zusje deelde snoepjes uit. Dat was mooi, de mensen gingen vertellen hoe ze zelf waren getrouwd." nenzorg? ,,In Ter Reede kwam het voor dat cliënten over leden, ook waar ik bij was. Vervolgens kwam de begrafenisondernemer en gaf je de zorg uit handen. Het afleggen zag ik als een verlengstuk van de zorg. Precies dat laatste stukje deed ik niet. En wilde ik wel graag doen. Toen ben ik gaan bellen en kwam in contact met Mathilda Hugens in Goes, een overledenenverzorgster die het al tien jaar deed. Ik wist niet of ik het kon, misschien kon ik er niet tegen." En? ,,De eerste keer was de overledene een me vrouw in een rouwcentrum. Mathilda zei: 'Ga jij maar voor'. Dat was best eng. Wassen, kle den, het haar netjes maken - negen van de tien keer wordt het haar gewassen. De mond netjes sluiten is heel belangrijk voor het zicht. Het op baren op een bed of in een kist. Je voelt dat de overledene nog iemand is. Daarom is het fijn als er familie bij is. Door hun verhalen krijgt ie mand persoonlijkheid voor mij. Er zijn details. De scheiding in het haar moet goed zitten. Ik zorg dat iemand voor de familie herkenbaar is. Het zijn omstandigheden waarin je mensen leert kennen. Sommigen zitten vol in de emo tie, anderen verbijten zich. Soms is verdriet ook niet te bevatten en weten mensen niet wat ze voelen." ,,Ik werk voor lokale ondernemers en ken vele mensen. Vaak is er maar een half woord nodig. Het helpt als je Zeeuws kunt praten, in een plaats als Westkapelle maakt dat de sfeer meer ontspannen. Het is echt zo dat overleden men sen er nadat ze verzorgd zijn mooier bij liggen dan tijdens de laatste dagen van hun leven. Ze ker als ze na een ziekbed weer echte kleding aan hebben. Als iemand een ongeluk heeft ge had, worden verwondingen gehecht en geca moufleerd. Dat doe je met kneedbare wax waarover make-up wordt aangebracht. Wees transparant. Vertel dat oma intens koud is als 'Je kunt zeggen dat ik vecht tegen verval' JAN VAN DAMME Mariekerke is bepaald geen wereldstad. Een kleine buurtschap, iedereen kent iedereen. Hoe was je jeugd? Het geloof speelde - en speelt - een belang rijke rol. Je koos voor een opleiding in de zorg. Hoe maakte je de overstap naar overlede- Je helpt met het rouwproces, de verwer king. Hoe doe je dat?

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2021 | | pagina 54