'De vraag
waar je
hoort, is
belangrijker
geworden'
zijn gaan denken: je hoort bij ons ofje bent
tégen ons. We verdiepen ons nauwelijks
nog in de ander, in wie de ander is, in hoe
de ander denkt. Hierdoor is een begrip als
'identiteit', wie ben je, onder druk komen
te staan. Steeds vaker sluiten we de ander
liever uit.''
„Corona heeft onzekerheid gegeven over
houvast en bakens. Je bent meer terug
geworpen op thuis en op je familie. Voel je
je daar wel thuis? De vraag waar je hoort,
is belangrijker geworden. Ook is door het
coronadebat de samenleving verder gepo
lariseerd. Er wordt nóg meer over groepen
gesproken: de kwetsbaren, de jongeren, de
ouderen, de verpleegkundigen. En neem
de uitdrukking: 'het nieuwe normaal'.
Maar wat is dan normaal? Wat is de norm?''
„Kinderen hebben nog wat meer de open
heid naar de ander, dat hebben ze van
nature. Hierin kunnen wij zeker van ze
leren. Kinderen doen ook veel minder aan
categorisering, het indelen in hokjes, en als
ze het wel doen, stellen ze hun visie mak
kelijker bij. Neem het onderwerp gender.
In de ogen van kinderen kunnen meisjes,
net als jongens, alles worden. Ze zijn zich
bewust van de verschillen, maar ze denken
niet in beperkingen. Ze kennen het woord
transgender al, ze hebben soms een trans-
gender in de klas gehad. De meeste kinde
ren groeien op in gemengde klassen met
kinderen van verschillende achtergronden
en zijn nog flexibel in hun denken.''
,,Ik wil meegeven dat er veel is dat jou
maakt tot wie je bent. Een deel van wie je
bent ligt vast, dat is bepaald via genen en
opvoeding. Maar een deel is maakbaar. Er
zijn kinderen die niet lekker in hun vel
zitten, die zich anders voelen dan de rest
of die last hebben van racisme. Ik wil dat
kinderen zich herkennen in een ander,
en denken: o ja, dit bestaat allemaal, we
komen in allerlei kleuren, maten en
smaken voor. Omarm het verschil. Ik wil
ze een hart onder de riem steken.''
,,Door sociale media ligt op de loer dat ze
zich voortdurend vergelijken met anderen.
De sociale druk is hoog. Het gevaar is dat je
voortdurend negatief denkt over jezelf. Ik
ben niet knap genoeg, ik ben niet slim
genoeg en ga zo maar door. Die negatieve
gedachten mogen er wel zijn, die horen bij
het leven, maar het helpt als je weet dat je
er iets aan kunt doen. Als je weet dat je
meer bent dan alleen die negatieve gedach
ten. Zoals je bijvoorbeeld ook nooit alleen
een kind met ADHD bent. Je bent je naam,
j e hobby's, je werk, enzovoort, en je bent
ook gewoon een mens. Kinderen hebben
deze handvatten nodig bij het ontdekken
wie ze zijn en wie de ander is.''
,,Als 12-jarige had ik een bril, vlechtjes en
een beugel, op een gegeven moment kon
dat echt niet meer. Alles bij elkaar vond ik
mezelf te veel een nerd. Ik behoorde tot de
slimmeren in de klas. Op de lagere school
was dat geen probleem, maar op de mid
delbare school was dat niet cool. Ik wist
niet of ik dat moest verbergen of niet. Tege
lijkertijd vond ik het irritant dat de meisjes
in mijn klas zo bescheiden waren. Ik was
ambitieus, maar ik had ook door dat je dat
beter niet kon laten zien. Dat was ingewik
keld. Ik begon me te schamen voor mijn
ambities. Ik vroeg me steeds af of ik wel
leuk genoeg was.''
,,De laatste jaren doe ik veel aan yoga, mijn
dochter ook. Ik heb er baat bij, en zij ook.
Het is zoiets als jezelf afpellen en uitkomen
bij je zijn. Bij mij komt de 50 jaar volgend
j aar om de hoek kijken. Mijn vader is net
overleden en ik ben mantelzorger voor
mijn moeder. Stel je voor dat mijn beide
ouders er straks niet meer zijn, wat is dan
mijn rol in het leven? Wie ben ik als ik 50
ben? Dat soort vragen heb ik mijn hele
leven gesteld. We veranderen mee met de
omstandigheden, onze leef
tijd, maar tegelijkertijd blij
ven we altijd hetzelfde.''
Is een gesprek over wie je bent harder
nodig door corona?
Kunnen volwassenen wat dat betreft
nog iets leren van kinderen?
Wat wilt u kinderen meegeven in uw
boek?
U waarschuwt kinderen voor hun 'ik' op
sociale media.
Hoe was u zelf als puber?
Verandert wie je bent met de jaren?
Alles over wie ik ben
verschijnt bij uitgeverij
Kluitman (€20).
Alles over
wie ik ben
30