'IN DE SPARTAANSE KEUKEN BAKTEN WE AARD APPELTJES MET KERST' Staney Renon (57) uit Rotter dam vierde kerst in 1981 als militair in Libanon. ,,Daar zaten we dan, aan tafel in ons prefab onderkomen. Kerst in Zibqin, Zuid-Libanon. We hadden er wat van proberen te maken, met kerstlampjes die een van onze moeders had opgestuurd. In onze spartaanse keuken hadden we wat aard appeltjes gebakken. Met z'n allen zijn we stil geweest om te denken aan onze dierbaren thuis. Ik dacht aan mijn ouders, broers en zus die op dat mo ment gezellig aan de Indische gerechten zaten. Ik was 18 jaar en op 6 decem ber 1981 als dienstplichtige uitgezonden naar Libanon, waar sinds 1975 een burger oorlog woedde. Een paar maanden eerder reageerde mijn moeder des duivels omdat ik de bereidheidsverklaring had getekend om op missie te worden gestuurd. 'Je weet niet wat je doet', riep ze. Mijn vader reageerde nuchterder. 'Hij is militair, dat hoort erbij', zei hij. In Nederland was het hartje winter, in Libanon 30 graden. Ineens liep ik tussen de kapot geschoten gebouwen. Mijn taak bestond uit patrouilleren en zorgen dat de burgers na 9 uur 's avonds binnen waren. Ik was de jongste van mijn eenheid. 'Weet je moeder wel dat je hier bent?' grapte een VN-soldaat van de Fiji-eilanden tegen mij. We moesten het doen met brie ven. Ik schreef met een meisje dat ik in de bus had ontmoet. En natuurlijk kreeg ik post van mijn ouders, broers en zussen. Ze wilden weten of ik bang was. Dat viel mee, schreef ik terug. Eén keer heb ik doodsangsten uitgestaan, toen onze post werd beschoten. Wij konden niets terugdoen, want we waren een vredesmacht. Gelukkig was het provocatievuur en kwam ieder een heelhuids uit de bunker. De Unifil-missie in Libanon heeft aan negen Nederlandse militairen het leven gekost, maar die jongens kende ik niet. Gelukkig voor mij. In mei 1982 mocht ik terug naar Nederland, waar ik mijn werk op een Rijncruiseschip weer oppakte. Na mijn 20ste ben ik door een erfelijke aandoening vijf keer getroffen door hersenbloedin gen. Dit alles heb ik beter doorstaan omdat ik in Libanon sterker ben geworden. Ongelooflijk, het is bijna veertig jaar geleden dat ik kerst vierde in Zibqin. Meestal breng ik de feestdagen door bij mijn zus en haar gezin, maar dat zit er nu niet in. Ik vier het met mezelf en mijn schaduw. Wat somber maakt dat me wel, maar ik blijf een positief ingesteld mens. Dat heb ik ook aan Libanon overgehouden. Ik zou het zo overdoen.'' ZATERDAG 5 DECEMBER 2020 19

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2020 | | pagina 99