8 ZEELAND NATUUR PLAAGKEVER' Mestkevers eten van mest en zetten er hun eieren in af. Ze worden ook wel pillendraaiers genoemd, maar niet alle soorten draaien pillen. zien we vooral in het voorjaar en in de zomer. Paardenmestkevers verschijnen pas in juli en kun nen ook in de winter worden aangetroffen. Ik heb ze zelfs door de sneeuw zien lopen. Pillendraaiers Mestkevers worden ook wel pillendraaiers ge noemd, maar niet alle soorten draaien pillen. Alle soorten pillendraaiers komen in warmere streken voor; tot nu toe niet bij ons. Ik heb in Frankrijk en het noorden van Griekenland de gestreepte pillen draaier, Scarabaeus laticollis, vaak met een broedpil rond zien zeulen. Onvoorstelbaar wat een kracht patsers zijn dat. De kevers werken met het getande kopschild een stuk uit de drol los. Na het nodige kneed- en rolwerk ontstaat een transporteerbare bol. De mestpil wordt met de achterpoten vastgepakt. Met de gespierde voorpoten zet de kever zich tegen de ondergrond af. Al achteruitlopend wordt de pil steeds ronder en het transport ervan gemakkelij ker. Ik heb pillen van meer dan 4 centimeter door snede gezien, voortgeduwd door een kever van nog geen 2 cm groot. Als we twee kevers met één pil zien slepen, dient de mestbal niet als voedsel voor de transpor teurs, maar voor de voortplanting. De voedselbal- len zijn weinig zorgvuldig samengesteld. Voor de broedpillen worden de meststoffen met grote zorg uitgekozen. Het selecteren van het materiaal, het wegrollen en het ingraven, wordt uitsluitend door de dames gedaan. Beroemd is de heilige pillendrager, Scarabaeus sacer. De kever wordt zo genoemd omdat hij een rol speelde in de godsdienstige voorstellingen en gebruiken van de oude Egyptenaren. In de vorm van de kever en in zijn gedrag vonden zij aanlei ding om hem te beschouwen als het zinnebeeld van de aarde, van de zon en de moedige krijgsman. Daarom prijkt de beeltenis van deze scarabee op Egyptische gedenktekens en siert zij, kolossaal vergroot in steen gehouwen, hun tempels. Als een mestkever mijn pad kruist, kan ik het niet laten hem even op de rug op mijn hand te leg gen om te kijken of hij lifters bij zich draagt. Mij ten liften vaak mee met kevers, net als met hom mels en vlinders. Zo worden verre reizen mogelijk voor kleine beestjes die niet kunnen vliegen. Met zuignapjes hechten ze zich vast aan het 'voertuig'. Een paar jaar geleden vond ik in onze tuin een aas kever: de krompootdoodgraver, Nicrophorus ve- spillo, die zoveel passagiers droeg dat vervoer bijna onmogelijk was. Mestkevers profiteren van de grote grazers. Het zijn onmisbare hulpjes voor Moeder Natuur. Als zij er niet waren, zouden onze natuurgebieden met grote grazers één grote mesthoop zijn. Angeren Vorig jaar was er rond deze tijd in de Achterhoek sprake van een mestke- verplaag. Echt een plaag! Zwermen kleine mestkevers vlogen in septem ber en oktober rond op zoek naar paardenmest om eitjes af te zetten. De mestkever- plaag haalde de landelijke media. Het ging om de soort Aphodius contaminatus, die geen Neder landse naam heeft. De reden van de plotselinge toename is tot nu toe onduidelijk. Waarschijnlijk heeft het te maken met de warme droge zomers van de laatste jaren. Dat betekent waarschijnlijk dat we ze de komende weken weer kunnen ver wachten. Veel media die over de 'plaagkever' schreven, plaatsten foto's van de veel grotere en nooit in zwermen voorkomende paardenmestkever en bosmestkever bij de tekst. Ook deze wel bekende soorten gaat het voor de wind. En dat komt niet op de laatste plaats door de mest van grote grazers, zoals koniks, galloways en Schotse hooglanders die tegenwoordig in veel natuurgebieden lopen. Poep van vleeseters is voor mestkevers weinig interessant. Als de grazers keutelen, weten vliegen binnen de kortst mogelijke tijd de hoop te koloni seren. Ook de kleine en grote soorten mestkevers hebben een uitstekend reukvermogen en volgen spoedig. Ze eten van de mest en zetten er hun ei eren in af. Twee opvallende algemeen voorkomende echte mestkevers zijn de paardenmestkever, Geotrupes vernalis, en de bosmestkever, Geotrupes stercorosus. Beide soorten hebben een blauw violette weerschijn. Bij de paardenmestke- ver zijn het halsschild en de dekschilden glad. Bosmestkevers hebben lengtestrepen op de dek schilden. Bosmestkevers hebben een voorkeur voor koeienmest; de paardenmestkever is minder kieskeurig en eet zowel van paarden- als van koei- enpoep. Bosmestkevers graven gangen van wel 30 centimeter diep die met mest worden gevuld. De larven hebben ruim een jaar nodig om zich op deze gedekte tafel te ontwikkelen. Bosmestkevers maandag 14 september 2020 VL Mestkevers profiteren van grote grazers Honderden paar denmestkevers kri oelen door een verse vla van een Schotse Hooglander. foto jos VAN DE LEIJGRAAF Mestbollen wor den ingegraven en daar wordt een eitje opgelegd. foto AB WISSELINK Gerrit Jansen Een paardenmestkever. FOTO SILVANA KUPERS

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2020 | | pagina 55