,,Dat mensenkennis en levenservaring
belangrijk zijn. Ik begon zoals gezegd op
de mannenpakkenafdeling, de verkopers
kregen daar 6 procent commissie. Het was
een slangenkuil, en ik moest daar op mijn
22ste leidinggeven. Bij zo'n baan ontwikkel
je mensenkennis; hoe ga je om met lastige
klanten en moeilijke collega's? Later be
landde ik op de inkoopafdeling. Daar leerde
ik zakelijk denken. Op een gegeven moment
zat ik in Hongkong met het mes op tafel te
onderhandelen over de prijs van knopen
aan korte broeken. Ineens dacht ik: ik ben
eigenlijk meer geïnteresseerd in wie er
tegenover me zit dan in die knopen. Toen
besefte ik dat ik misschien toch weer iets
anders moest doen.''
„Diepgang. Ik vroeg mij af wat mij tijdens
mijn opleiding Ruslandkunde het meest
plezier had gegeven en kwam op de twee
vakken kunstgeschiedenis die ik daar had
gevolgd. In korte tijd bezocht ik veel musea;
mijn hart lag bij Russische en Nederlandse
kunst. Ik werd aangenomen bij het Institute
of Fine Arts van de New York University en
zo rolde ik die wereld binnen. Uiteindelijk
koos ik als specialisatie Nederlandse kunst,
wat te maken had met mijn leermeester,
de illustere kunsthistoricus Egbert Haver-
kamp-Begemann. Hij zei: 'De Russische
kunst, de geschiedenis van de iconen even
daargelaten, is dertig jaar interessant ge
weest, zo rond de Russische revolutie.
De Nederlandse kunst is driehonderd jaar
innovatief en vernieuwend. De keuze is
aan jou!' Toen was het makkelijk.''
,,En dan met name over hoe hij kleding
schilderde. Daar kwam mijn tijd bij Bloom-
ingdale's weer goed van pas, daar had ik
veel over kleding geleerd. Zo'n specifieke
benadering van oude kunst was onder tra
ditionele kunsthistorici destijds nog om
streden, maar gelukkig pakte het goed uit.
Daarin speelde mijn vader ook weer een
rol. Toen ik aan mijn proefschrift was be
gonnen, vroeg hij mij waarover ik het wilde
hebben. Ik hield een lang betoog, waarop
hij zei: 'Je bent er nog niet.' Verbaasd vroeg
ik waarom niet. 'Je bent er pas als je me in
één zin kunt vertellen waarover je onder
zoek gaat.' Dat was een wijze les.''
,,Die neiging blijk ik te hebben ja, zoals je
aan mijn cv kunt zien. Misschien heeft dat
te maken met al die verhuizingen die ik als
kind heb meegemaakt. Een voordeel daar
van is dat ik altijd flexibel ben en het ver
trouwen heb dat het goed komt. Een nadeel
is dat er lange perioden zonder continuïteit
waren. Ik maakte wel vriendinnen, maar
die vriendschappen waren niet zo hecht als
die van vrouwen die op één plek blijven
wonen.''
Na haar promotie werkte Gordenker onder
andere aan het bedenken van apps om een
museumbezoek interessanter te maken, tot
ze werd gevraagd als conservator Neder
landse kunst bij The National Gallery of
Scotland in Edinburgh. Vier jaar later be
gint ze als directeur van het Mauritshuis.
,,Toen kwamen alle gekke sprongen in mijn
carrière bij elkaar.''
,,Mijn moeder had het fantastisch gevon-
Wat heeft u bij Bloomingdale's geleerd?
Wat miste u?
U schreef een proefschrift over de
Vlaamse kunstenaar Anthony van Dyck.
Met dat onderwerp nam u een risico.
Hoe was het om na al die jaren naar
Nederland te verhuizen?
ZATERDAG 4 JULI 2020 11