75 jaar
Bevrijding
wv*f
12 NIEUWS
De weinige overlevende joodse landgenoten uit
de nazikampen kregen 75 jaar geleden bij hun terugkeer
in Nederland een uiterst kille ontvangst. ,,Het meest
schrijnend was dat joodse overlevenden een achterstallige
gasrekening kregen voorgelegd.''
Joodse over
levenden
kregen een
achter
stallige
gasrekening
voorgelegd
woensdag 17 juni 2020
Bob van Huët
isschien ver
wachtte Rita
Boas-Koopman
wel te veel van
haar landgeno
ten. Ze zei het
zelf, decennia
na een bittere thuiskomst. Als over
levende uit het concentratiekamp
Auschwitz was ze na de Bevrijding
zwak en berooid aangekomen op het
Amsterdamse Centraal Station. Wei
nig menselijke warmte of begrip
wachtte de jonge Rita daar, laat staan
troost.
Rita kreeg te horen 'dat ze van ge
luk mocht spreken dat ze de Honger
winter niet had meegemaakt'. Anno
2020 klinkt dat als onvoorstelbaar
harteloos, maar toen was het een
gangbare reactie in een land dat de
eigen ervaringen nog aan het verwer
ken was. Nog niet iedereen was ook
doordrongen van de horror in de ver
nietigingskampen.
Er werd van hogerhand ook geen
aandacht gevraagd voor het onvoor
stelbare wat de weggevoerde landge
noten was overkomen. Wat hier was
gebeurd was misschien wel erger ge
weest, moest de jonge Rita begrijpen
uit de reacties op straat. Ze was ver
bijsterd. ,,Alsof ik uit Sankt Moritz
kwam... Dat ik mijn nummer liet
zien maakte niets uit, want dat kon
iedereen wel hebben laten tatoeëren.
Iemand vroeg of we in Auschwitz op
zondag wel eens visite kregen!''
Rita Boas-Koopman - haar verhaal
over Auschwitz staat online in de be
roemde collectie Oral History van het
United States Holocaust Memorial
Museum - verwoordt wat veel van de
ongeveer 5200 Nederlanders voelden
toen ze gebroken terugkeerden. Haar
ervaringen over de thuiskomst wer
den opgetekend en twintig jaar ge
leden gepubliceerd door historica
Michal Citroen. Zij werd geïnspi
reerd door wat Citroens eigen groot
vader erover vertelde en wat leidde
-Ab Schuster,
overlevende van
concentratiekamp
tot het boek U wordt door niemand
verwacht. De titel zegt eigenlijk al
heel veel over de stemming in bevrijd
Nederland. Want men zat er duide
lijk niet op te wachten, op die joodse
landgenoten die terugkwamen uit de
hel. Niet op het gedoe over hun op
vang en al helemaal niet op de vragen
over wat er met hun bezittingen was
gebeurd, of op onderzoek naar hoe
moorddadig efficiënt de Jodenvervol
ging hier wel niet was georganiseerd.
Want 102.000 mensen, een duize
lingwekkende 71 procent van de Ne
derlandse joden, overleefden het
niet. Natuurlijk waren er dappere fa
milies en mensen uit het verzet die
onderduikers verstopten en joodse
kinderen redden van een zekere
dood, maar feit is dat in geen ander
West-Europees land procentueel zo
veel joodse medeburgers werden ge
deporteerd.
Er zou een 'huilbui van jaren' vol
gen voordat mevrouw Boas-Koop-
man de draad van haar leven weer
kon oppakken. Recent nog werd het
collectieve wegkijken erkend door
koning Willem-Alexander, tijdens
de Nationale Herdenking op 4 mei,
toen hij zei: 'Medemensen, medebur
gers in nood, voelden zich in de steek
gelaten, onvoldoende gehoord, on
voldoende gesteund, al was het maar
met woorden. Ook vanuit Londen,
ook door mijn overgrootmoeder,
toch standvastig en fel in haar verzet.
Het is iets dat me niet loslaat.'
Verdriet
Na de oorlog hoorde Ab Schuster (83)
thuis veel verdriet hierover. Zijn va
der was de latere Amsterdamse op
perrabbijn Aron Schuster, die toen
veel geestelijke bijstand verleende
aan ontzette geloofsgenoten. ,,Er
werden veel zelfmoorden gepleegd in
de oorlog, maar ook daarna. Mensen
die alles waren kwijtgeraakt en geen
mogelijkheid zagen hun leven weer
op te pakken. Joden in die tijd gingen
liever praten met de rabbijn dan met
een psychiater, dus dan kwam mijn
\X l f>ll k
P 4 -- f
vader weer huilend thuis, had hij
weer iemand van het touw gehaald'',
vertelt Schuster aan de telefoon.
Wat niet hielp was de botheid van
de Nederlandse ambtenarij in die
eerste naoorlogse jaren. Overleven
den van uitgemoorde joodse families
werden regelmatig verrast door ach
terstallige rekeningen voor niet-be-
taalde onroerendgoedbelasting, erf
pacht enzovoort. Terwijl NSB'ers of
profiteurs in hun geconfisqueerde
huizen zaten, werden aan verjaagde
eigenaren nog boetes wegens onbe
taalde rekeningen uitgeschreven.
,,Meest schrijnend was dat joodse
overlevenden een achterstallige gas-
rekening kregen voorgelegd'', zegt
Schuster die als kleine jongen con
centratiekamp Bergen-Belsen over
leefde met zijn ouders.
Zijn vader, de opperrabbijn, stelde
dat eind jaren 60 aan de kaak tijdens
een lezing voor koningin Juliana en
tal van politici zaten in de zaal.
Daarna kwam er wat meer begrip,
aldus Ab Schuster. Hemzelf blijven
niettemin steeds die eerste woorden
bij van twee Nederlandse mare
chaussees. ,,We kwamen bij kasteel
Oost in Valkenburg. Het was eind
mei, mooi weer. Ik hoorde de een te
gen de ander zeggen, echt waar, 'O
daar heb je ze weer, ze hebben ze niet
allemaal kunnen vergassen'. Het zal
inmiddels wel veranderd zijn, maar
of er wezenlijk wat is veranderd in de
houding van sommige mensen, vraag
ik me af.''
Michal Citroen, die al langer radio
programma's over het onderwerp
had gemaakt, zorgde met haar boek,
45 jaar na de oorlog, voor een her
nieuwde discussie. In elke joodse fa
milie werd over de terugkeer gespro
ken, maar daarbuiten liever niet, van
wege de gevoeligheid van het onder
werp. De historica werd benaderd
door een uitgever na de geruchtma
kende Liro-affaire - Nederlandse
ambtenaren besloten sieraden en an
dere kleine bezittingen van gedepor
teerde joden na verloop van tijd on
derling te verhandelen - om haar on
derzoek en radio-interviews te boek
te stellen. Nu, 75 jaar later, overweegt
ze een heruitgave van het lang uit
verkochte U wordt door niemand ver
wacht, want het verhaal over empa
thie met mensen in nood, of beter
het gebrek daaraan, blijft actueel.
Citroen: ,,Ik doe elke keer mijn best
om te begrijpen hoe de mensen rea
geerden. Het is een gecompliceerd
verhaal waarom juist in Nederland
zoveel joden de oorlog niet overleef
den en waarom de terugkeer van
overlevenden hier zo bitter was. Mijn
eigen opa kreeg de vraag van de Be
lastingdienst hoeveel hij had ver
diend in de tijd dat hij in Auschwitz
zat. In Auschwitz, dus. Ook de anti-
GO
Ijskoude
ontvangst
of erger
i\