'Mijn ouders
hadden een
constante
competitie
in wie zich
het meest
aanstelde'
Jeroen Pauw spreekt in deze tijden
het liefst online af, al geeft dat wat opstart
problemen. Als hij zijn iPad heeft geïnstal
leerd zegt hij: „Ik zie jou schuin.''
„Ik zag jou aanvankelijk ook gekanteld,
maar mijn laptop paste dat aan.'' In beeld
zie ik hem hannesen met het apparaat.
Pauw is gekleed in een gestreepte schip
perstrui en heeft een sjaaltje om dat hij
op tv nooit draagt. „Nou ja, ik krijg het niet
voor elkaar jou recht te krijgen'', zegt hij.
„Ik zie mezelf overigens ook haaks. Het
heeft wel wat, zo schuin. Alsof we aan het
bijpraten zijn voor het slapengaan."
Hij is in Loosdrecht, waar zijn oude
trawler ligt. Op verzoek richt hij zijn tablet
op de living van zijn boot, waarna hij ook
zijn kombuis en het uitzicht over het water
laat zien. „Op dagen dat ik niet presenteer,
zit ik hier de komende maanden in boot
quarantaine."
„Ja, de liefde voor het water is een van de
weinige dingen die ik van mijn ouders heb
meegekregen. Met een boot heb je meteen
een kneuterig huisje. Ik kan de hele dag
bezig zijn met nieuwe bekleding voor een
bankje of het ophangen van een messenrek.
Met een monteur probeer ik het roer op te
krikken, dat soort dingen.''
Even kijkt hij vorsend in de lens. „Nee, dat
was mijn vorige boot. Ik was 31 jaar en mijn
vader, toen 71, kwam bij mij langs om mijn
verbouwde vrachtschip te inspecteren.
Daar was ik behoorlijk trots op en ik had de
verwarming goed hoog opgestookt. Mijn
vader kwam over de loopplank achter mij
aan, maar hij treuzelde. Ik zei: 'Wandel nou
door, want ik stook niet voor de vogeltjes'.
Dat was een van de wijsheden die hij mij
had meegegeven. Hijgend stapte hij me
achterna. Ik nam hem mee vanuit de stuur
hut het ruim in. Vanaf de trap zei hij: 'God
jongen, wat is dit mooi. Wat ben ik blij dat
ik dit nog mag meemaken'. Dat waren zijn
laatste woorden.''
Ach...
„Ja, een schrijver zou dit misschien schrap
pen omdat het te corny is. Mijn vader was
„Onderweg in de ambulance belde ik mijn
moeder. Ze zei: 'Stelt-ie zich niet aan?'
Want dat was een beetje de relatie tussen
mijn ouders, die behalve slecht, ook wan
trouwend was. Mijn ouders hadden een
constante competitie in wie zich het meest
aanstelde of het zwakst was. Nou, die wed
strijd heeft m'n moeder gewonnen. In het
ziekenhuis legden ze mijn vader op de
intensive care, waarna mijn zusjes, mijn
moeder en ik door een verpleegster werden
meegenomen naar een kamertje. De vrouw
droeg een dienblad met glazen appelsap,
koffie en thee. Toen we dat zagen zeiden
wij tegen elkaar: dan zal hij wel dood zijn.
En dat was ook zo. Ik had dat al gevoeld op
dat moment in mijn boot.'' Pauw stopt met
praten en kijkt naar buiten, over het water.
Hij herneemt zich. „Ja, ik heb het natuurlijk
een centimeter of dertig kleiner dan ik. Ik
stond twee treden lager dan hij, we keken
elkaar aan, en ik zagHet klinkt een beetje
dramatisch misschien, ik zag dat de blik in
zijn ogen anders werd. Omdat mijn moeder
een hartpatiënt was, had ik ooit een reani-
matiecursus gedaan. Wachtend op de am
bulance ben ik gaan reanimeren. Ik vertel
dit nu met een zekere luchtigheid, maar ik
zie nog zo het beeld voor me dat mijn vader
daar lag, op mijn boot, op z'n rug. Later
stonden er broeders omheen die grote
strijkbouten op dat lijfje van hem zetten.''
Gelukkig ben jij een botenman.
Is dit het schip waarop jouw vader is
overleden?
En toen?
Emotioneert dit je?
10