iémmm
Vuile huichelaar, pak jij je koffer maar
En verdwijn voorgoed uit m'n leven
Vuile huichelaar, ga alsjeblieft naar haar
En vergeet niet mij de sleutel terug te geven
GIJS EN PIETER KRAKEN EEN NOOT
Pieter Hulst en Gijs Groenteman ontleden om de beurt teksten van
Nederlandstalige hits. Ze geven, al dan niet met hulp van de wetenschap,
antwoorden op vragen die die nummers oproepen.
Uit: Vuile Huichelaar van Renée de Haan
Dikke kans dat u dit lied van Renée de
Haan tenminste een keer in uw leven luid
keels heeft meegezongen. Want volgens
onderzoek van een condoomfabrikant is
maar liefst 31 procent van de Nederlanders
weleens vreemdgegaan. Bijna iedereen is op
zoek naar een partner die niet bij die 31 pro
cent hoort, maar de vraag is: hoe vind je die?
Wetenschappers Tila Pronk, Johan Karre-
mans en Daniël Wigboldus van de Radboud
Universiteit trachtten deze vraag te beant
woorden door middel van een ingenieus
onderzoek.
Ze trommelden mannelijke heteroseksuele
proefpersonen met een relatie op en noodden
hen om de zogenaamde Strooptest te doen.
Deze test, genoemd naar de Amerikaanse
psycholoog John Ridley Stroop, gaat als volgt.
Probeer niet het woord, maar de kleur van de
volgende woorden zo snel mogelijk hardop
voor te lezen (tip: doe dit zelf nu ook): ROOD
- GROEN - WIT - BLAUW - BLAUW - GRIJS
- - BRUIN. Na de test werden de niets
vermoedende proefpersonen naar een
wachtruimte gebracht waar een aantrekke
lijke dame zich voordeed als proefbegeleider.
D e proefpersonen wisten niet dat het 'toe
vallige' samenzijn in deze wachtkamer van
essentieel belang was voor het onderzoek.
In de ruimte waren verborgen camera's opge
steld, zodat onafhankelijke wetenschappers
konden registreren in hoeverre de proefper
sonen flirtten met de bekoorlijke begeleider.
Sommigen gedroegen zich keurig, anderen
waren wat... gretiger. Verbazingwekkend
genoeg bleek er een verband te zijn met de
score op de Strooptest en de mate waarin er
geflirt werd: hoe slechter de uitkomst van de
Strooptest, hoe meer toespelingen.
Een interessant resultaat, zeker omdat uit
vervolgonderzoeken bleek dat proefpersonen
die slecht scoorden op de Strooptest, niet
alleen meer flirtten, maar ook daadwerkelijk
meer vreemdgingen. Dit gold voor zowel
mannen als vrouwen.
Onderzoeker Tila Pronk verklaart de uit
komst als volgt: ,,Bij de Strooptest moet je de
impuls controleren om op te lezen wat er
geschreven staat. Als je het woord 'rood' ziet
in blauwe inkt, moet je 'blauw' zeggen en
niet 'rood'. Diezelfde impulscontrole heb je
nodig om niet te flirten met een aantrekke
lijke persoon als je al een relatie hebt.''
Misschien is het een goed idee om bij
datingsites en -apps ook de score op de
strooptest te vermelden. Dan weten we
meteen wat voor vlees we in de kuip hebben.
Mocht u nu denken: ze kunnen me de
bout hachelen, ik ga nooit meer op date met
iemand die slecht uit de Strooptest komt,
realiseert u zich dan dat dit tegelijkertijd het
slag mens is dat op een onverwacht moment
kan roepen: 'Kom, we rijden naar Parijs!'.
Daarnaast heeft de Strooptest niets met intel
ligentie te maken. Albert Einstein was ook
slecht in het beheersen van zijn impulsen.
Dit biedt houvast, want mijn score was ook
niet best. (Saillant detail: Einstein was een
notoire schuinsmarcheerder.)
Hoe dan ook, mocht u de Strooptest ook
verknallen, mail me dan. Kunnen we er
gezellig verder over praten, maar denk erom:
niks vertellen aan mijn vriendin.
42
Pieter Hulst
Volgende week zoekt Gijs Groenteman uit
hoe het zit met Als op het Leidscheplein de
lichtjes weer eens branden gaan.
De Hebrew University van
Jeruzalem digitaliseerde
op alberteinstein.info
meer dan 80.000 docu
menten uit de archieven
van Albert Einstein, waar
onder brieven van zijn
minnaressen.
Kleurenblindheid MM
komt voor bij 1 op
de 12 mannen en 1 op
de 200 vrouwen. Zij zijn
beperkt in hun beroeps
keuze, zo kunnen zij bij
voorbeeld geen piloot
of elektricien worden.
74 of 21
Testen of je lijdt aan kleu
renblindheid (daltonisme)
doe je door de Ishihara-
test te googelen. Zie je
het getal 74 of 21?
Huichelen komt mogelijk
van het Hoogduitse heu-
cheln. Dat is een afleiding
van het Middelhoogduitse
huchenzich klein maken.
Bron: Etymologisch Woor
denboek van het Neder
lands (2009)
