'Ik ben blij met de taak die ik nu heb' BV DE LIEFDE L) kt <pUkkijft- Jr 29 Ver ross Ctl$ u ziet Jozef (51) kampt al zijn hele volwassen leven met verslavingen. Sinds hij huisman is, gaat het weer goed met hem. Oj-tn\ei „Blijf jij maar lekker thuis, zei Noesje een paar jaar geleden tegen me. En dat doe ik met groot plezier. Zij verdient als GZ- psycholoog genoeg voor ons tweeën, ik zorg dat zij zich alleen hoeft bezig te hou den met haar werk. Ik doe het huishouden, ik kook, ik regel concertkaartjes en roman tische weekendjes. Heerlijk. Halverwege de jaren 90 was dat wel an ders. Ik was 25, had een erfenis van mijn overleden vader en zat vaak in het café van Noesjes stiefvader, een vriend van me. Ik had een beroerde jeugd gehad door de scheiding van mijn ouders en de vroege dood van mijn vader. Alcohol verdoofde mijn verdriet. Ik leerde Noesje kennen bij een kerst diner van haar familie. Ze was heel bleu, droeg geen make-up, geen merkkleding. Een meisje van pas zestien jaar, dat kon luisteren en praten als een volwassene. Met haar onschuld maakte ze diepe indruk op me. Ik was een vlotte horecajongen, maar klapte helemaal dicht. Ik schaamde me dat ik me aangetrokken voelde tot zo'n jong iemand. Ik was doodsbang dat ze me een vieze oude man zou vinden. Vanaf die tijd tot ver na haar zeventiende verjaardag kwam ik elke middag naar het café, waar zij haar huiswerk zat te maken. We praatten urenlang over van alles, en op een dag durfde ik te bekennen wat ik voor haar voelde. Ik vroeg of ze met me verder wilde, als ze me niet te oud vond tenmin ste. Ze zei: 'Ja, als jij me niet te jong vindt'. Op haar achttiende trok ze bij me in, op haar negentiende zijn we getrouwd. Bij mij vond ze rust en de ruimte om zich te ontwikkelen. Ze werd psycholoog en werkt tegenwoordig in een tbs-kliniek. Ik werkte toen mijn erfenis op was weer in allerlei verschillende vormen van horeca. Een branche waarin je gemakkelijk ver slaafd raakt en blijft. Afwisselend dronk ik, rookte cannabis, gebruikte pillen en gokte, maar ik ontkende voor mezelf dat ik ergens verslaafd aan was. Noesje en ik maakten er geen ruzie over. De agressiviteit die ik in me had richtte ik tegen mezelf, nooit op haar. Zij heeft zich altijd veilig gevoeld. Ze stelde zich niet op als hulpverlener en heeft nooit gevraagd wat en hoeveel ik dan precies gebruikte. Maar een jaar of drie geleden kon niets me nog een geluksgevoel geven. Een paar vrienden stierven jong, een geliefde tante ook. Ik belandde in een diepe depressie en zag het leven niet meer zitten. Zelfs voor Noesje had ik geen oog meer. Toch kon ik toen voor het eerst eerlijk tegen haar zeg gen: 'Ik denk dat ik verslaafd ben'. En zij antwoordde: 'Dat denk ik ook'. Ik heb de horeca achter me gelaten, ben hulp gaan zoeken en werd huisman. Ik ben tegenwoordig zó gelukkig. Behalve koffie en shag gebruik ik geen middelen meer. Ik lees veel en wandel vaak met een paar bejaarde asielhonden die ik heb ge adopteerd. Ik geniet van intensief contact met allerlei ouderen in ons appartementen complex. Laatst hoorde ik Noesje tegen een vriend zeggen: 'Ik heb de Jozef weer terug die ik leerde kennen'. Volgend jaar zijn we 25 jaar getrouwd en zeggen we met een groot feest en ceremo nie nog een keer 'ja' tegen elkaar. Ik ben blij met de taak die ik nu heb: Noesje gelukkig maken. Als ik het huis gezellig heb gemaakt of een verrassingsuitje heb georganiseerd en zie hoe blij ze dan is, word ik helemaal high. Ik kan oprecht zeggen dat ik verslaafd ben aan mijn vrouw.'' 38 TEKST WILMIE GEURTJENS ILLUSTRATIE STUDIO SKI De echte namen van de geïnterviewden zijn bij de redactie bekend. Wil je ook pra ten over je relatie? magazine@dpgmedia.nl

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2020 | | pagina 118