IK ZOCHT
DESCHULD
BIJ MEZELF,
HET WAS
MIJN
LICHAAM
Wendy (37) en Robert (37)
van Bremen, ouders van
Aron (8 juni 2017), Hugo (31 oktober -
31 oktober 2018), Ruben
(22 november - 23 november 2019)
019_GOV4QU_20200215_AWM51_00.qxp_MAGAZINE 2/7/2020 2:42 PM Page 22^
Wendy: ,,In mijn trouwring
heb ik in september 2017 drie
steentjes laten zetten, voor
Robert, mezelf en Aron. Inmid
dels staan ze symbool voor alle
drie onze jongetjes. Toen wist
ik dat nog niet.
Toen ik eindelijk zwanger werd,
was ik superblij, ik had de hoop
al zo vaak verloren. Na dertien
weken ging het mis. Zijn hartje
bleek niet meer te kloppen.
Mijn droom spatte uiteen. Ik
had er niet bij stilgestaan dat
dit kon gebeuren, de meeste
mensen krijgen gewoon kinde
ren. Ik kreeg pilletjes om de be
valling op te wekken. Het was
zo onwerkelijk: een kindje in je
buik dat niet meer leeft, waar
van je afscheid moet nemen.
Wij hebben Aron mee naar huis
genomen en een uitvaartonder
nemer de crematie laten rege
len. De as zit in een urntje, die
linker in de kast.
Toen ik een jaar later zwanger
raakte van Hugo, voelde dat
als een geschenk. Onbezorgd
is het nooit geweest, ik voelde
constant de angst hem te ver
liezen. Een dag na de twintig-
wekenecho kreeg ik ontsluiting.
Die avond is Hugo geboren, hij
heeft een uurtje geleefd, zijn
lichaampje van 358 gram was
onvoldoende ontwikkeld. Die
klap kwam nog harder aan,
omdat alles goed leek te gaan.
Ik zocht de schuld bij mezelf,
het was mfjn lichaam.
In het ziekenhuis raadden ze
ons een wateropbaring aan.
Daarbij worden vroeggebore-
nen in heel koud water gelegd.
Ze krijgen dan een roze kleur.
Maar de uitvaartondernemer
had geen koelplaat en Hugo
's nachts in dat water in de ijs
kast schuiven, wilde ik niet.
We hebben onze tweede zoon
laten cremeren in een wikkel
doek met veertjes. Een foto
graaf van Stichting Still heeft
foto's gemaakt. Dat heb je
nodig: mensen die je van alles
uit handen nemen, zodat jij tijd
met je kindje hebt. Of je net dat
duwtje geven: 'Wil je hem was
sen? Ik denk dat je dat fijn vindt'.
Aron en Hugo konden we in
2017 en 2018 niet laten regis
treren en toen dat kon, hebben
we gewacht tot de jaardag van
Hugo. De inschrijving in de BRP
geeft ons het gevoel dat zij bij
ons horen.
Ruben heeft een dag geleefd.
Hij werd geboren na 33 weken
zwangerschap. Zijn aangifte
van overlijden konden we met
een doen met de aangifte van
geboorte. Voor mij is het be
langrijk dat ze alle drie in ons
trouwboekje staan. Ik oefen nu
om te zeggen dat ik drie kinde
ren heb en dat ze stierven.
Wie levende kinderen heeft,
kan daar altijd over praten, nie
mand vindt dat gek. Wij kunnen
nooit meer iets nieuws toevoe
gen, terwijl ik over ze wil blijven
vertellen. Anders zijn ze wel
heel erg dood. Soms wil ik zeg
gen hoe trots ik ben op die vin
gertjes, de nageltjes, alles zat
er bij Hugo op en aan - hij was
alleen te vroeg. Ruben ook. Ik
wil zeggen: 'Dit is mijn kind, ik
ben er supertrots op!'
In mijn verdriet trek ik me terug
in de veiligheid van thuis. Ro
bert is niet zo'n prater, hij zo ekt
het in afleiding. Soms gaan we
allebei een andere kant uit, dat
kan zolang we elkaar weer vin
den. Ik huil nog elke ochtend,
maar sta nu wel op. Zo'n ver
driet houdt niet op na dertig,
veertig of 365 dagen. We om
ringen ons met de liefde van
familie, met onze jonge neefjes
en nichtjes. Tante zijn is ook
een belangrijke rol.
Robert en ik weten hoe sterk
we samen zijn, hoe veerkrach
tig een mens is. De uitvaart
ondernemer die Ruben heeft
begeleid, wandelt met ouders
die een kindje verloren. Wij
doen mee. 'Noem mijn naam en
ik besta', dat vond ik zo'n mooi
zinnetje om de BRP openge
steld te krijgen voor kindjes die
zonder adem zijn geboren. Als
hun namen niet meer genoemd,
worden, bestaan ze niet meer.''
22