OFFICIEEL ZIJN WE NU DE OUDERS VAN DRIE KINDEREN Marloes (38) en Ben (34) Wierckx-Paulussen, ouders van Berber (5), Fedde (8 april 2016) en James (2) 20 #1»-mi«ta_2#ö##ö14 51- 2 2#2# E 2# Marloes: ,,Pas nadat we Fedde vorig jaar op 8 april hebben laten registreren, merkte ik hoeveel dat met Ben en mij deed. Officieel zijn we nu de ouders van drie kinderen. Door de drukte van het gezin voelde het alsof Fedde wegebde, er niet bij hoorde. Door de inschrijving in de BRP is dat veranderd: we zijn een gezin van vijf! Al scheelde het niet veel of Ben en ik waren elkaar onderweg kwijtgeraakt. Ik had er nooit bij stilgestaan dat je een kindje na ruim 39 weken zwangerschap nog kunt verliezen. In de laatste weken lukte het weliswaar niet Feddes groei nauwkeurig te meten, maar zijn hartslag was te horen. Dus het zat goed, dachten we. Onze dochter is geboren met een ernstige hartafwijking. Ze onderging na tien dagen een operatie. Kun je je voorstellen, zo'n hartje is zo groot als een kleine walnoot. Ik zag dat Ben moeite had met een doodzieke baby en een vrouw die 72 uur over de bevalling had gedaan. Hij blokkeerde. Ik snap het ook wel, opeens is er dat kindje en vraagt je vrouw er onvoorwaar delijk van te houden. Zo'n man denkt: waar heb je het over? We zagen in die weken in het ziekenhuis een andere kant van het ouderschap. Kinderen liggen er dood te gaan, hun ouders teren weg. Als gebleken was dat wij een gen voor deze hartafwijking droegen, dan had den we het bij Berber gelaten en waren we gelukkig geweest. Maar dat was niet zo. Zwanger van Fedde, kochten we een huis. Ik stond de eerste twintig weken onder begelei ding in het Erasmus MC. We dachten dat we erdoorheen waren gerold, ook in onze rela tie. Die dinsdagochtend in april had ik bij de verloskundige een afspraak. Zij hoorde zijn hartje niet. De aarde schoof onder me weg - dat gevoel van verdoving bleef maandenlang. Ik heb mijn schoonvader gebeld en gevraagd of hij het Ben kon vertellen. Ik kón het niet. Hij had zich zo op Fedde verheugd. De bevalling - twee dagen later - was het laatste wat ik voor mijn kindje kon doen. Tot het laatste moment hoopte ik op een wonder. Toen was hij daar. Stil. De verloskundige huilde. Zelf zweefde ik door de pijn bestrijding tussen hemel en aarde. Ben heeft hem met de verloskundige gewassen en aangekleed. Het was zo'n raar idee een dood kindje in de maxicosi mee naar huis te nemen. Hij is later met een lijkwagen gebracht. Dat was een heftig moment. Het voelde goed Fedde thuis te hebben. Mijn lichaam zocht hem. Ik vond het verschrikkelijk mijn kind te begraven. Net als dat beeld van een rouwkrans in zijn box. Ik weet echt niet meer hoe die daar nou kwam. Ik kon niet eens mezelf berei ken. Mijn hart deed fysiek pijn. Ik dacht zo vaak: waarom zag ik niet dat het misging? 's Nachts ging ik al mijn gangen na. Het was loodzwaar, ook voor onze relatie. We waren met onszelf bezig. Als ik wilde praten, begon Ben te zuchten en te steunen. 'Dood is dood', zei hij, 'wen er maar aan'. Ja, dacht ik, maar Fedde heeft wel fn mij geleefd. Toen James werd geboren, viel er zo'n last van me af. Ik kan een gezond kind op de wereld zetten! Hij heeft ons bij elkaar gebracht. Ben en ik moesten ons afvragen of we zo door wil den modderen. Allebei zochten we naar openingen. In plaats van te huilen en weg te lopen, ben ik Ben gaan vragen: leg het me uit, hoe kan ik er dan over heen stappen? Hij zette spon taan de televisie uit. Dat gaf vertrouwen. Pas sinds een half jaar verdwijnt de stress en waakzaamheid uit mijn lichaam en komt ons gezin langzaam tot rust.'' ;'2 •'"'>2

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2020 | | pagina 108