Van smartphone naar implantaat 19 Herman Stil -< De eerste smartphones veroorzaakten bepaald geen revolutie. Het waren de apps die het verschil maakten. Die zorgden ervoor dat de slimme telefoon in de afgelopen tien jaar van spannend hebbeding veranderde in een onmisbaar gebruiksproduct. V Ik heb al een antwoordapparaat', 'Als mensen me willen bereiken, sturen ze maar een brief.' En op de vraag: 'Heb je een mobiel?', het antwoord: 'Nee, ik ben student.' Documentairemaker Frans Bromet hoefde in 1998 niet ver van huis om voorbij gangers hun mening te vragen over de toen opkomende gsm-telefoons. Vijftien jaar la ter, toen KPN het 4G-netwerk introdu ceerde waarmee mobiel internetten door brak, klonk de stem des volks nog steeds sceptisch: 'Ga eens wat anders doen. Con stant met je telefoon, daar zie ik het nut niet van in.' Inmiddels heeft 93 procent van de Neder landers een smartphone, kijkt 55 procent van de smartphonegebruikers tenminste 25 keer per dag op het schermpje en ruim een kwart meer dan vijftig keer. Ook softwareprogrammeur Koen Pijnen burg zag er niet zo veel in toen Steve Jobs op 9 januari 2007 aan een verbluft publiek liet zien dat een muziekspeler, een mobiele te lefoon en een 'internetcommunicator' in één apparaat, de iPhone, bleken te zitten. ,,Ik heb er eentje geïmporteerd, maar ik kon er niet veel mee.'' Tot Apple begin januari 2008 aankon digde dat ontwikkelaars zich konden mel den om applicaties voor de iPhone te ma ken. ,,Ik heb me ingeschreven en kreeg een paar weken later een mailtje dat ik was toe gelaten.'' Wereldwijd waren maar driedui zend ontwikkelaars toegelaten, onder wie slechts drie Nederlanders. Razendsnel ont wikkelde Pijnenburg als vingeroefening een eerste app, een kaartspelletje. ,,Ik had vanuit mijn werk ook contact met de toen malige eigenaren van Buienradar. Die wil den per se de eerste iPhoneapp in Neder land hebben. DSt kon ik niet beloven, maar ik ben die app gaan bouwen. Met horten en stoten. De documentatie van Apple was slecht, het voelde echt als pionierwerk.'' Toen juli 2008 de App Store open ging, stonden daar vijfhonderd apps in - waaron der Buienradar. ,,95 procent van de iPhone- gebruikers in Nederland gebruikte hem. We zagen dat mensen uit de hele wereld hem installeerden - terwijl hij alleen voor Ne derland informatie gaf. Het meeste succes had ik met Myfootball Pro, een voetbalspel." Dat leverde zo veel geld op dat hij er in 2012 zijn eigen appbedrijf, Concapps, mee op zette. Gebruiksgemak Apple heet de pionier van de smartphone te zijn, maar al in 1994 liet IBM zijn Simon Personal Computer zien, waarmee de ge bruiker kon bellen, mails versturen en een agenda bijhouden. De Nokia 9000 uit 1996 staat te boek als de eerste prehistorische smartphone en het was Ericsson die in 1997 zijn Penelope-gsm 'smart phone' noemde. Toch brachten deze apparaten nooit de massa in beweging. ,,Dat heeft vooral te ma ken met gebruiksgemak", zegt analist Tim Poulus van Telecompaper. ,,Apple heeft als eerste ingezien dat het niet alleen om func ties gaat, maar vooral om gebruiksgemak.'' Google, dat al in 2005 een bedrijfje in bestu ringssystemen overnam dat Android heette, volgde. Anderen, Nokia en Microsoft voorop, misten de boot. Het waren de apps die het verschil maak ten. Apple en Google konden zo veel sma ken aanbieden dat gebruikers hun smart- phone helemaal naar hun eigen hand kon den zetten. ,,Ik zag het zelf toentertijd nog niet, maar bedrijven als Facebook en Google voorspelden in die jaren al dat de toekomst van internet mobiel zou worden. Ze hebben meer dan gelijk gekregen'', aldus Poulus Waren de mogelijkheden met het toen malige 3G-mobiele netwerk nog beperkt - dataverkeer kostte een lieve duit - met de komst van het huidige 4G-netwerk vanaf 2013 gingen alle remmen los. Inmiddels ver stoken we volgens telecomtoezichthouder ACM gemiddeld drie gigabyte data per maand. Berichtendiensten als WhatsApp, Face- book Messenger en sociale netwerken als Twitter, TikTok, Snapchat en Instagram zijn inmiddels koning van de smartphone. Uit recent onderzoek van Deloitte blijkt dat 90 procent van de gebruikers dagelijks appt en een derde zelfs meermalen per uur, gevolgd door e-mailen en socialemediabe- zoek. Traditioneel bellen komt pas op plek vier: slechts een derde van de bezitters doet dat dagelijks. Het aantal belminuten is sinds begin 2018 gedaald van 7,9 naar 7,5 miljoen. ,,De smartphone is geïntegreerd in ons le ven'', zegt hoogleraar sociologie Beate Vol- ker van de Universiteit van Amsterdam. GO ZATERDAG 28 DECEMBER 2019 IS herman.stil@persgroep.net Het succes zat 'm vooral in de apps HERMAN STIL 5G, het mobiele netwerk dat vanaf 2020 beschik baar komt, zal volgens kenners weinig veranderen aan het gebruik van de smartphone. „Hoogstens stelt het de consument in staat nog meer digitaal te consume ren, zoals livebeelden in het stadion'', zegt telecomana- list Tim Poulus. ,,5G is vooral interessant voor professio nele toepassingen als zelf- rijdende auto's of robotise ring.'' We doen ook steeds langer met onze telefoon, van ge middeld 1,8 jaar in 2015 tot 2,9 jaar in 2023. Poulus: ,,Er zijn steeds minder door slaggevende ontwikkelingen die ons verleiden elke twee jaar een nieuwe te kopen. Het verschil met de voor ganger wordt steeds klei ner.'' Marktvorser Gartner voor spelt dat de verkopen dit jaar mondiaal 2,5 procent zullen dalen, de grootste daling in de historie van de smartphone. „Fabrikanten verhogen dan ook de prij zen voor hun topmodellen, zodat hun rendement over eind blijft'', zegt Poulus. De hoop van fabrikanten is gevestigd op de diensten die ze via smartphones kun nen bieden. Maar ook die liggen onder vuur. ,,Het gaat nu van apps op de telefoon naar webgebaseerde appli caties'', zegt app-pionier Koen Pijnenburg. ,,Dat bete kent dat producenten hun controle over het aanbod van apps kwijtraken. Apple houdt dat nog tegen en be schermt zijn eigen ecosys teem. Dat is hun verdienmo- del.'' Of de smartphone het nog lang volhoudt, is vol gens hem twijfelachtig. ,,Producenten zijn nu erg zoekende wat de eindge bruiker nog wil: vouwbare schermen of iets om de pols. Ik denk dat de innova tie van toestellen wel voorbij is. De toekomst zit in de software, met kunstmatige intelligentie en spraakhulp.'' Techkenner Peter Olst- hoorn weet een ding zeker. ,,Wat we nu als normaal be schouwen, is over tien jaar achterhaald. Misschien zit ten we dan wel met een im plantaat in ons lichaam waarmee we alles doen.'' LEES VERDER OP PAGINA 20

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2019 | | pagina 75