Varkentje MONICA Op de vleesafdeling van de supermarkt loopt Monica sinds kort net iets anders rond. Het moet. Van mezelf. Als ik vlees eet, moet ik ook het slachten van een varken kunnen bekijken. We zijn op het platte land van Servië, op bezoek bij de neef van Nieuwe Liefde. Denk aan een klein stenig erf, drie familiehuizen, een hooischuur en een rondscharrelende hond. Een houten keet waarin normaal de tractor staat, is de slachtplek. Het is morgen de verjaardag van de dochter des huizes. Dat vraagt om vlees, dus haalt haar vader de avond ervoor een var kentje uit de stal. Een jonkie nog. Varkens zijn duidelijk niet gek. Deze voelt precies aan wat er gaat gebeuren. Het krijsen begint al voor het mes de keel in gaat. Na twintig seconden is het stil. Een plasje bloed blijft achter op de grond. Voel ik iets, vraag ik me steeds af. Wegtrekkers, braaknei gingen, medelijden? Nee, ik ver baas mezelf door het vooral fasci nerend te vinden. Na een heet bad om de haren weg te krijgen, bungelt het var kentje met haken aan een ijzeren staaf aan het plafond. Ah, daar is die dus voor bedoeld. De ont manteling begint. Buik open. Onder de staart open. Ingewan den eruit. De blauwe dikke wok- kels van de dikke darm glijden in een teiltje. De neef laat de lever zien, glad en bruin. Het hart. Mooi, die brede slagaders. Ik kijk zelfs mee als hij de ingewanden binnenstebuiten keert om schoon te maken. Die zullen later de pan in gaan om te wor den gekookt. (Maag smaakt als een stuk schoenzool, weet ik nu.) De volgende dag gaat de spies erdoorheen en draait het varken tje boven een doormidden ge zaagd olievat vol gloeiende kolen. De huid kleurt knisperig bruin. De randen van de buik, daar waar het mes heeft gesneden, zijn het lekkerst, vertelt de neef. Krokant en vet. Leert hij zijn zoon ook slachten? Hij schudt zijn hoofd. Nee, die wil er niks van weten, hij werkt als koerier. Op het verjaardagsdiner komt het beestje in warme, hapklare stukken op volle schalen langs. Lekker, maar stiekem had ik het nog lekkerder verwacht. Het is gewoon varkensvlees, een beetje taai hier en daar. Weer thuis in de supermarkt sta ik bij de vleesafdeling te dra len. Lapjes, worsten en bouten zijn afstandelijk in gepakt in plastic bakjes, glim mend onder de lampen. Ik kies een schaaltje chipolata- worstjes en A gooi ze in mijn mandje. Toch net iets minder achteloos dan eerst. De komende tijd heb ik op maandag groep 3/4, op dinsdag, woensdag en vrijdag groep 5/6 en op donderdag ga ik zelf naar school. Soms merk ik bij col lega's dat ze haast vergeten dat ik de pabo nog moet doen. Zij hebben jaren ervaring, bij hen is alles zo ingesleten, die vergeten soms dat ik helemaal bij nul begin. Waar ik naar uitkijk is de theoreti sche achtergrond, de didactiek en het contact met medestudenten. Ervaringen uitwisselen, van elkaar horen waar je tegenaan loopt. Er zijn nu nog zo veel momenten dat ik zwem. Ik zeg vaak tegen mezelf: nog even geduld, het komt wel goed.'' Monica Beek (42) is journalist. Ze woont samen met haar dochters van 11 en 8 en heeft een vriend. ZATERDAG 5 OKTOBER 2019 31

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2019 | | pagina 119