'Humor: heel belangrijk!' 28 l Ijoütd** >nU I jyJAJhfJU* 1OOX d*. i/tyJUru it UJtjcn cl&r\n<i^ajc Ramon Severs (28) uit Utrecht. Voorheen: gym leraar op drie basisscho len. Staat nu twee dagen voor groep 8 van OMBS De Meander in De Meern, waar hij ook twee dagen gymdocent is. ,,Het leuke aan de zijinstroomopleiding is dat je al je hobby's kunt meenemen. Omdat het een deeltijdopleiding is van twee jaar, in plaats van vier jaar pabo, volg je minder vakken. Ik heb affiniteit met geschiedenis en muziek - die wil ik zeker kiezen. Dat vind ik het mooie van het vak: dingen die je zelf leuk vindt, overbrengen op anderen. Ik ben eigenlijk gymleraar. Maar ik wil niet tot aan mijn pensioen in de gymzaal staan. Als ik nu aan iemand vertel dat ik leerkracht ben, is het eerste wat hij of zij zegt: 'o, lekker veel vakantie'. Zo van: lekker rustig. Het vak heeft een soft imago. Het wordt onderschat. Mensen zouden eens een dagje moeten komen kijken. In het onderwijs maak je stan daard extra uren. Daar krijg je niets voor, behalve natuurlijk de voldoening. Met die vakanties verdien je die overuren als het ware terug. Ik denk dat niet iedereen geschikt is om leerkracht te worden. Je moet affini teit hebben met kinderen, geduld, veel geduld, een bepaalde omgang, een men geling van duidelijkheid en structuur en, heel belangrijk: humor! Als zijinstromer moet je stevig in je schoenen staan. Je hebt nog niet de ba gage van een opleiding. De afgelopen week heb ik mijn eerste dag alleen voor de klas gehad, groep 8. Gelukkig ken ik de kinderen al uit de gymles en ben ik eraan gewend voor groepen te staan. Als je dat nog nooit hebt gedaan, lijkt het me heel heftig. Je kunt toch best makke lijk afgaan of vastlopen. Qua lesstof is er nog heel veel wat ik niet beheers. Eén les geven gaat nog wel. Maar qua leerlijnen, methodes of hoe je de stof aanbiedt, ontbreekt me de kennis. Ik heb voor de zomer samen met mijn schoolopleider de leerlijnen per vak uitgezocht. Ik weet wel wat het einddoel is, maar hoe kom ik daar? Hoe loopt de weg ernaartoe? Dat hoop ik tijdens de opleiding te leren. Gelukkig is mijn duocollega de school- opleider en staat zij al negentien jaar voor de klas. Zij adviseert me hoe ik les sen moet voorbereiden, hoe ik iets het beste kan aanpakken. Die begeleiding heb je als zijinstromer echt nodig. Anders red je het niet. We beginnen binnenkort met co-teaching. Dan zit zij in de klas terwijl ik lesgeef en kan ze heel direct feedback geven of bijsturen. Daar zal ik zeker veel van leren.''

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2019 | | pagina 116