8 NIEUWS
Twee derde van Nederland is landbouwgrond.
Wat gebeurt daarmee als veel boeren stoppen, zoals
de stikstofcommissie dringend adviseert? Experts
voorspellen dat er varkens- en kippensteden komen,
maar zien koeien niet uit het landschap verdwijnen.
ADVIES-REMKES TOEKOMSTVISIE
Je zou het misschien niet
zeggen, zeker niet als je
in de stad woont, maar
Nederland is nog altijd
een boerenland. Twee
derde van ons landop
pervlakte is eigendom van boeren.
Op ons platteland leveren de pakweg
54.000 Nederlandse boeren en tuin
ders ontzagwekkende prestaties. Op
de Verenigde Staten na worden uit
geen enkel land ter wereld zo veel
agrarische producten geëxporteerd
als uit het kleine, volle Nederland.
Maar hoelang nog? Het advies van
de stikstofcommissie onder leiding
van Johan Remkes is bij boeren inge
slagen als een bom. Zij voelen zich de
dupe van slecht overheidsbeleid en
vrezen te worden uitgerookt met nog
strengere milieuregels. Voor dinsdag
hebben ze in Den Haag een massale
demonstratie gepland. Want het ge
luid dat de veestapel moet worden
ingekrompen klinkt weliswaar al ja
ren, maar nooit eerder was de urgen
tie zo groot.
,,Nederland ligt plat. Dat wil nie
mand'', zegt Rudy Rabbinge, eme
ritus hoogleraar duurzame ontwik
keling, voormalig senator en lid van
de stikstofcommissie. ,,Er ligt nu een
unaniem advies dat hout snijdt. Po
litiek wordt het breed gedragen: er
zaten zowel leden van de coalitie als
van de oppositie in de commissie. Zij
waren bereid over hun eigen scha-
duw heen te stappen.''
De politiek staat nu voor harde
keuzes. Die zullen het einde inluiden
van het boerenland zoals we dat ken
nen, verwacht ook plattelandssocio
loog Dirk Roep. ,,De richting is heel
duidelijk: de veestapel wordt aange
pakt. Er mogen geen sluipweggetjes
meer worden gevonden. Dit gaat op
het platteland een enorme impact
hebben.''
Uitdijende veestapel
Decennialang was de trend duidelijk:
boerderijen werden almaar groter.
Het aantal boerenbedrijven is sinds
de jaren 50 met 356.000 gedaald, ter
wijl de veestapel verveelvoudigde.
Het was een tijd van mechanisatie,
van ruilverkaveling, van 'nooit meer
oorlog en nooit meer honger'.
De industrialisering van de vee
houderij was niet zozeer een keuze
van de boeren als wel van de politiek,
zegt Rabbinge, die al in de jaren 70
voor de gevolgen van die uitdijende
veestapel waarschuwde. ,,Stimule-
ring van de intensieve veehouderij
moest de sociale problemen oplossen
die op het platteland ontstonden
door de grote katholieke en gerefor
meerde gezinnen. Zonen die geen
grond hadden, konden zo toch boer
worden. Zij mochten stallen bouwen
met hoge subsidies. Het voer konden
ze goedkoop uit de VS, Brazilië en
Argentinië halen doordat soja werd
vrijgesteld van importheffingen.''
Op de zandgronden in Oost-Bra
bant, Noord-Limburg en in de Gel-
derse Vallei ontstond zo een indruk
wekkende varkens- en kippenindus-
trie. Precies in die gebieden zijn de
milieuproblemen nu het grootst. Het
mestoverschot heeft de natuur in het
oosten van het land zwaar aangetast.
,,Zeker voor verouderde veehoude
rijen is in die gebieden geen toe
komst meer. Die zullen door de over
heid worden opgekocht en gesloten'',
verwacht Roep. De rechten om die
ren te mogen houden zullen, in te
genstelling tot wat in het verleden
gebeurde als een boer met zijn bedrijf
stopte, dan niet aan een buurman
mogen worden verkocht. Met als ge
volg: minder dieren.
De ommezwaai die nodig is op het
platteland zal echter geen einde ma
ken aan de industriële veehouderij,
zegt Rabbinge. Integendeel. Hij ziet
voor zich hoe agro-industriële be
drijventerreinen zullen ontstaan.
,,Een groot deel van de natuur-
belasting wordt veroorzaakt door
de versnippering van veehouderijen.
Die rommelige structuur zorgt ook
voor veel andere hinder, zoals stank.
Dat voorkom je door ze op verschil
lende plaatsen in het land te clus
teren op bedrijventerreinen waar
de beste innovaties worden toegepast
om ze milieu- en diervriendelijk te
maken. Vergelijk het met de clusters
van chemische bedrijven of de glazen
stad, het tuinbouwcluster in het
Westland. De grond die zo vrijkomt,
kan worden teruggegeven aan de
natuur.''
De varkens- en kippensteden kun-
vrijdag 27 september 2019
GO
Hoe ziet ons
platteland
eruit na de
stikstofcrisis?
Annemieke van Dongen
Wageningen
De varkens- en kippensteden van de toekomst kunnen
een voorbeeld nemen aan de tuinbouw. Die levert op een
klein oppervlak een grote bijdrage aan de economie. foto anp
Varkensboeren zouden samen fabrieken kunnen bouwen
waar hun mestoverschot tot hoogwaardige kunstmest
wordt verwerkt. foto anp