'Ik weet me
slecht raad
met zijn
genegenheid'
huis. Een vlucht voorwaarts, zo ver moge
lijk weg van de rokende puinhopen die wa
ren overgebleven van ons gezin. Jarenlang
spraken mijn vader en ik elkaar nauwelijks.
We waren allebei te druk met onze eigen
demonen, al deed pa weleens een toenade
ringspoging. Uit een van zijn e-mails: 'We
hebben niet zoveel contact en misschien
gaat dat zo tussen een zelfstandige zoon en
een vader die jaren achtereen depressief is
en een beetje gek. Ik was niet bereikbaar en
je kreeg ook niks. Eigenlijk ben ik nooit een
beetje een leuke vader voor je geweest. Ik
kan dat niet meer veranderen. We kunnen
het er wel over hebben als je vindt dat je
nog wat te verwerken hebt. Ik kan alleen
naar de toekomst kijken en proberen een
vader te worden in wiens gezelschap je
graag bent'.
Maar ik was te wrokkig en in mezelf
opgesloten om zijn uitnodigingen aan te
nemen. Uit mijn reactie op zijn brief: 'Elke
keer dat ik je zie, mag ik, behalve naar al je
angsten over jezelf ook nog eens luisteren
naar die over mij. Nee, ik weet niet hoe het
komt dat het me niet lukt een relatie te heb
ben. Hou op me daarmee te confronteren,
net als met alle andere dingen die niet hele
maal vlekkeloos verlopen in mijn leven'.
Diepere verbinding
Pas de laatste jaren is onze verhouding
geleidelijk verbeterd. Ik denk omdat we al
lebei beter in ons vel zitten en beseffen dat
het nu of nooit is. We ondernemen steeds
vaker dingen samen. Maar tijdens die eten
tjes of weekends weg blijf ik toch afstand
voelen; een kloof die ik wil dichten tijdens
deze reis. En inderdaad, ondanks aanvanke
lijke ergernissen en een sporadische ruzie,
ontstaat beetje bij beetje een diepere ver
binding. Ik begin zowaar genegenheid te
voelen voor mijn vader. Zoals wanneer hij
in de Bosnische hoofdstad Sarajevo op een
ochtend spiernaakt op de trap naast mijn
slaapbank staat. „Goedemorgen, zoon.
Wil je een kop koffie?" Zijn handen rusten,
teder welhaast, op zijn kogelronde buik. De
oestrogeeninjecties die hij anderhalf jaar
lang kreeg tegen prostaatkanker hebben
zijn lichaam ontdaan van het toch al wei
nige haar. Als een donkerroze pennenstreek
loopt het litteken van zijn openhartoperatie
over zijn borstbeen. Hij heeft punttietjes
gekregen. Ineens zie ik hoe oud en breek
baar hij is. ,,Je lijkt wel zwanger, man", flap
ik eruit. Pa grijnst: ,,Het wordt een meisje.
Wil je even voelen?"
In de Hercegovina Lodges, een cluster
chalets gedrapeerd tegen een beboste heu
vel in de binnenlanden van Bosnië-Herze-
govina, zie ik mijn vader verder ontspan
nen. Op zijn wangen verschijnt een zilver
grijs baardje. Zijn hele manier van doen
wordt zachter. Net als vroeger op de Franse
natuurcampings waar we eindeloze zomer
vakanties doorbrachten. ,,Nils, niet bewe
gen", fluistert hij als we op een zonover
goten namiddag op de veranda dadels weg
spoelen met rode wijn. Ik bevries en volg
met mijn ogen mijn vaders vinger. In een
eikenboom zitten drie vogeltjes. Ze lijken
wel beschilderd: roestbruine koppen, zalm
roze onderbuiken en vleugels waarop don
kerbruin, zwart en wit strijden om aan
dacht. ,,Appelvinken!" Pa glundert. ,,Echte
krachtpatsers. Zie je hoe dik hun snavels
zijn? Kunnen ze moeiteloos kersenpitten
mee kraken. Ze zijn hartstikke schuw. Mooi
zeg, dat we die hier zomaar zien." Ik glim
lach. Pa's liefde voor de natuur is als kind al
op me overgeslagen.
In de dorpskroeg drinken we pruimen-
28