gaf me maximaal drie maanden. Ik had gehoopt op zes.'' Anli: ,,Hij heeft het heel snel geaccep teerd. Er was geen boosheid.'' Nico: ,,Ik heb vanaf dag één geweten wat ik zou doen als er rottigheid zou komen. Ik wilde alle energie steken in de glimlach waarmee ik mijn kist in wilde gaan.'' Binnen een paar dagen zit Nico in een hospice. ,,Ik vond het verschrikkelijk om invalide te zijn. Ik moest van bed in een rolstoel worden getakeld. Langer dan zes weken moet dit niet duren, dacht ik.'' Alles wordt geregeld. Een arts en een ver pleegkundige van de levenseindekliniek komen twee keer langs om te bespreken welk spuitje erin gaat zodra de pijn er is - want bij pijn trekt Nico zijn grens. ,,Het was heel geruststellend om te weten dat ik maar hoefde te kikken, of het zou er zijn.'' Alle wensen worden besproken. Nico wil het liefst thuis overlijden, maar hoe doe je dat? ,,Wie zijn erbij, wie niet? Die gesprek ken gaan diep.'' Dan gebeurt er iets geks. Het voorspelde verval stopt. Nico: ,,De mensen van de levenseindekliniek zeiden tegen elkaar: hier klopt iets niet, hij had al veel slechter moeten zijn.'' Een week later kan hij ineens zijn voet weer bewegen. ,,De vrijwilligers in het hospice dachten: een ander medicijntje, hij heeft even een opleving. Dat zien ze wel vaker. Wonderen bestaan niet. Maar twee dagen later kon ik mijn been optillen. Zo, dacht ik, heb ik toch mooi die één procent te pakken! Ik keek in de spiegel en zei tegen mezelf: gozer, dit ga je redden. Ik wist ge woon dat ik aan het herstellen was.'' Snel blijkt dat de artsen ernaast zaten met hun diagnose. Nico gaat helemaal niet dood; in ieder geval nu nog niet. Er zit geen kanker in zijn hersenen. Hij heeft een tamelijk onbekende variant van een zenuwaandoening, het Guillain-Barré- syndroom; een ongelukkige reactie van zijn immuunsysteem. ,,De ernst van de ziekte varieert van lichte verschijnselen tot een tijdelijke volledige verlamming waarbij ook ademhalingsspieren en aangezichts spieren verlamd kunnen raken. De meeste patiënten herstellen weer." Nico neemt nog een hap van zijn taartje, kijkt naar Anli en daarna naar de tuin van zijn monumentale woning, waar hij alweer van de vroege lente heeft mogen genieten. ,,Medicijnen zijn niet nodig, de eiwitten in je lichaam zorgen zelf voor het herstel. Ik heb fysiotherapie om weer goed te leren lopen. Elke dag voel ik me beter, sterker.'' ,,Ik heb in het hospice een prachtige tijd gehad. De warmte die je daar ontvangt, de vrijwilligers die klaarstaan voor mensen die doodgaan, dat is geweldig. Voor mij was het geen huis des doods, het was mijn veilige haven.'' Anli: ,,Voor mij was het ook zó onwerke lijk. Al die weken dat hij weg was, reali seerde ik me dat het bed voor altijd leeg zou blijven. En toen ineens was er die ochtend dat ik dacht: hij komt weer thuis!'' Nico: ,,Bij mij kwam het schuldgevoel. Ik heb verdriet veroorzaakt. Mijn zoon en zijn vriendin hadden hun geregistreerd part nerschap gepland voor januari, maar dat hebben ze naar voren gehaald omdat pappa er anders niet bij kon zijn. Dat de dood heel dichtbij is geweest, daar denk ik over na. Ik praat er veel over, dat helpt. Gevoelens delen, vooral over de mo menten van verdriet. Ik denk ook veel na over de gesprekken die ik heb gehad. Ik heb dingen uitgesproken en mensen hebben mij heel openhartig dingen gezegd.'' ,,Nu is het elke dag zondag. Ik kan dingen doen die ik leuk vind, we laten ons verras sen. Er zijn veel dingen die me ineens kun nen ontroeren. Mijn emoties zijn anders. Het is een boeiende periode. Hard feelings naar de artsen heb ik niet. Hun diagnose was logisch. Hadden ze verder moeten zoeken? Waarnaar dan? Zelfs op het slecht- nieuwsgesprek heb ik geen aanmerkingen. De arts was er, verpleegkundigen, Anli, de kinderen met aanhang, een neuroloog in opleiding. Het was heel zorgvuldig, heel integer. Ik ben niet boos en ga niet lopen somberen. Ik geniet van het leven. Nu verheug ik me op een reisje naar New York, in oktober. Dan wil ik die hele stad door kunnen lopen, dat haal ik.'' ,,Je kunt doodgaan ook een beetje leuk hou den voor jezelf. Met een glimlach sterven, dat hoop ik de volgende keer ook te mogen doen. Ik ben niet bang om voor de tweede keer dood te gaan.'' Elke dag zondag Met zijn vrouw Anli: „Ineens was er die ochtend dat ik dacht: hij komt weer thuis,. Het bed bleef niet voor altijd leeg.'' Ik vond het verbijsterend om te horen dat je terugging naar het hospice nadat je had gehoord dat je niet doodging. En nu? Welke wijsheid wil je delen na je won derbaarlijke wederopstanding? ZATERDAG 20 APRIL 2019 23

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2019 | | pagina 119