'De sfeer thuis
was altijd
beklemmend.
Mijn vader
was driftig.
Ik kreeg
klappen,
dat was
normaal'
,,Pas toen ik zelf vader werd, kon
in mijn ouders vergeven. Ik begreep opeens
de angst waarin zij altijd hebben geleefd.
Ik besefte dat dat de reden was waarom ze
mij in mijn jeugd geweld hebben aange
daan. Want ik werd óók bang toen mijn
dochter Amber was geboren. Niet voor me
zelf, maar om wat haar te wachten staat in
deze wereld. Als ^k, die in heel andere om
standigheden leef dan mijn ouders deden,
die angst al voelde, hoe moet het dan voor
hen zijn geweest?
Hun leven is erdoor bepaald. Ze kwamen
vanuit een klein dorp in Marokko naar Ne
derland. Een land waarvan ze niets begre
pen. Alles, letterlijk alles, was bedreigend.
Die voortdurende dreiging en hun strijd
tegen iets dat veel groter was dan zijzelf,
moet hen hebben uitgeput.
De eerste keer dat ik zag dat ze zich veilig
voelden, ook in hun gevoel naar mij toe,
was toen ik met mijn pasgeboren dochter
in de maxicosi bij hen op bezoek ging. Dat
deed me veel, want als kind zoek je altijd
naar erkenning van je ouders. Nu was er die
erkenning. Te laat natuurlijk, want het had
in mijn kindertijd moeten gebeuren en ik
ben nu een ander mens. Door de geboorte
van mijn dochter is de relatie tussen mijn
ouders en mij wel verbeterd. Ik word heel
gelukkig als ik zie hoe goed mijn vader en
moeder met haar en mijn vrouw omgaan.
En voor mijn vader ben ik opeens een man
met verantwoordelijkheden. Daar heeft hij
respect voor.
Mijn vader vertrok in zijn eentje naar
Nederland en had verschillende baantjes.
Daarna begon hij een islamitische slagerij
in Rotterdam, een van de eerste in Neder
land. In 1979 ben ik met mijn moeder naar
Nederland gekomen. Ik weet daar niet
zoveel meer van, maar voor mijn moeder
moet die overgang traumatisch zijn ge
weest. In Marokko woonde ze in een groot
huis met haar familie om zich heen, hier
kwam ze terecht in een klein huisje in een
grote stad, zonder familie. Ze leefde volle
dig geïsoleerd.
Ik keek een keer samen met haar naar een
tv-programma waarin koningin Beatrix
vertelde over hoe moeilijk het soms was,
haar leven in een glazen huis. Ik keek opzij
naar mijn moeder en dacht: dit gaat over
haar! Zij zit ook in een glazen huis en kan
geen kant op. Mijn moeder, met alle acht
kinderen die ze heeft gekregen, is hier nooit
gelukkig geweest.
Een jaar geleden kwamen mijn ouders
op bezoek in het appartement dat mijn
echtgenote en ik hebben gekocht in Tanger.
Daar gebeurde een soort wonder. In het
land waar ze zich thuisvoelen zag ik die
twee angstige mensen die ze in Nederland
waren, veranderen in zichzelf. Ze gingen
eropuit, we aten in restaurants en ze geno
ten met volle teugen, ook van elkaar. Het
was net een verliefd stel dat de stad ont
dekte. Een genot om te zien. En ook enorm
tragisch, omdat het zo duidelijk liet zien
hoe ontworteld ze zijn in Nederland.
Ontworteling is een tragedie. Niet alleen
die van mijn ouders en hun generatiegeno
ten, maar ook die van alle andere migranten
die vanuit een heel andere wereld in Neder
land terechtkomen en het maar moeten
zien te rooien. Neem de Indische Nederlan
ders: die mensen werden gerepatrieerd en
achter de duinen in Den Haag gedropt.
Zoek het zelf maar verder uit. Je assimileert
en we praten er verder niet over. Later de
Surinamers: zet ze bij elkaar in de Bijlmer,
dan komt het wel goed. Maar zo werkt dat
natuurlijk niet. In de tweede en derde gene
ratie komt het naar boven. Onverwerkt
verleden, daar hebben we veel van in Ne
derland. Mensen die pijn lijden omdat ze
zich buitengesloten voelen. Niet voor niets
kampen veel migranten met psychische
klachten.''
Kloof
,,Ik was, bij vlagen, best gelukkig in mijn
jeugd. Maar over het algemeen was het
geen periode om met plezier op terug te
kijken. De sfeer thuis was altijd beklem
mend. Ik kreeg klappen, dat was normaal.
Mijn vader, die altijd hard werkte, was drif
tig. Als ik iets had gedaan en ik hem hoorde
aankomen, wist ik al: nu gaat hij slaan. Ik
was bang voor hem, ja.
Er was geen vrijheid, geen ruimte om je
als individu te ontplooien. Alles moest vol
gens de regels. Zo werden mijn ouders hun
angst de baas. Op mij legde het een enorme
druk. Ik zou eraan kapot zijn gegaan als ik
me niet had verzet. Wij leefden los van de
maatschappij, in onze eigen wereld. Dan
had ik een leuke dag gehad, een uitje met
school of zo, en als ik thuiskwam, was dat
allemaal weg. Er bestond een grote kloof
tussen de buitenwereld en thuis. Ik leefde
in die kloof.
Ik ben het oudste kind. In korte tijd kreeg
ik een reeks broertjes en zusjes. Daardoor
veranderde mijn positie in het gezin. Ik
schoof steeds een stoel op en raakte zo lang
zaam uit beeld bij mijn ouders. Ik verdween
als het ware naar achteren. Dat heeft me ge
red, want daardoor kon ik makkelijker mijn
eigen weg volgen. Ik kon niet wachten het
huis uit te gaan. Op de middelbare school
dacht ik al: ik pak mijn koffer en ik donder
ZATERDAG 30 MAART 2019 11