Het gedroomde leven van Letterzetters in Clingse bossen 8 NIEUWS ihimJ BOEK KLEINDOCHTER BRENGT DOODGEZWEGEN OMA Natuurjournaal Over oma Guusje Maes uit Hoofdplaat werd in de familie nooit gesproken. Haar kleindochter Rosemarijn Milo ontdekte waarom. Ze wekte haar oma tot leven in de feministische brievenroman Een vervlogen droom, die ze later deze maand tijdens de Boekenweek in Middelburg komt presenteren. Bomen die op één of andere ma nier beschadigd raken hebben een effectieve manier om kleine wonden in de bast te repareren. Ze scheiden hars af en daarmee weten ze binnendringende in secten en andere schadelijke we zens buiten de deur te houden. Zeker naaldbomen zijn erg effec tief in het produceren van hars, zoals we gemerkt hebben na het afzagen van een in de weg zit tende dennentak in de tuin. Het duurde minstens een half jaar voordat je de boom kon aanraken, zonder dat je handen of kleren onder de kleverige troep zaten. En dat ging natuurlijk de nodige keren mis. Bomen die verzwakt of zwaar beschadigd zijn, hebben niks aan die zelfgenezende kracht. Ze val len ten prooi aan allerlei schade lijk gedierte dat de boom versneld aan zijn einde helpt. Zo'n plaagin- sect waart er momenteel rond in de Clingse bossen. Een minuscuul kevertje dat via de schors in kwij nende sparren binnendringt en daar zijn verwoestende werk doet. Het beestje wordt letterzetter ge noemd en dat is vanwege de prachtige knaagpatronen die de kevertjes en hun larven vormen onder de bast van aangetaste bo men. Liefdesnestje Daar is best een bijzonder verhaal aan verbonden. Het zijn in eerste instantie de mannetjes van dit nogal variabel gekleurde kevertje die een aangetaste boom binnen dringen. Ze graven in het hout een soort liefdesnestje; de zoge naamde paringskamer. Als die ge reed is scheidt het mannetje lok- stoffen (feromonen) uit die aan trekkingskracht uitoefenen op de vrouwelijke kevertjes. Eén man netje bevrucht 2 a 3 vrouwtjes. Die vrouwtjesletterzetters boren van- uit de paringskamer een gang en leggen verspreid enkele tientallen eitjes. Daar komen larven uit die vanuit de moedergang zijwaarts hun eigen gang graven, en zo ont staan prachtige patronen. De aangetaste bomen in de Clingse bossen worden voor een deel geveld. Dat gebeurt met de bomen die vlak langs een pad staan of anderszins een gevaar voor recreanten kunnen vormen. Ook om bosbrandgevaar te beteu gelen kan vellen plaatselijk nood- Dood hout leeft, is een bekende spreuk onder bosbeheerders zakelijk zijn. Maar bomen die niet op een gevaarlijke plek staan blij ven gewoon staan. Dood hout leeft! Zo luidt een bekende spreuk onder bosbeheerders. Onder de schors van kwij nende sparren vestigen zich al lerlei kleine diertjes als duizend poten, spinnen, pissebedden en zovoort. Die vormen een prima voedselbron voor de in het bos rijkelijk aanwezige spechten (maar liefst vijf verschillende soorten!) en voor allerlei andere vogels. Vervolgens komen er al lerlei paddenstoelen en mossen die de boom verder afbreken, tot dat er niets rest dan wat humeuze bosgrond. Dan is de kringloop weer rond en kan een nieuwe cy clus beginnen. r waren enkele foto's van Augusta Francisca Maes, ofwel Guusje (1891-1918). En de gegevens van de burgerlijke stand: haar huwelijk, haar kinderen, haar overlij den. Meer niet. Als moeder van twee jonge kinderen stierf ze in 1918. Aan de Spaanse griep, werd er gezegd, en ze was nog zwanger ook. Op basis van die schaarse gegevens en wat flarden jeugdherinneringen schreef kleindochter Rosemarijn Milo het le ven van haar grootmoeder bijeen in een 'feministische biografie in brief vorm'. De titel: Een vervlogen droom. Verslag van een te kort leven. Over Guusje Maes, de dochter van het echtpaar Maes van hotel Het Wapen van Zeeland in Hoofdplaat. Diep verscheurd Kleindochter Rosemarijn Milo (Am sterdam, 1945) is ervan overtuigd dat het dramatisch verlopen leven van haar oma invloed heeft tot op de dag van vandaag. Tot in haar eigen leven. Ze spreekt over haar 'diep ver scheurde familie'. Als ze aan haar jeugd terugdenkt, valt daarover wei nig vrolijks te melden: ,,Mijn moeder was heel onaangenaam en arrogant. Gedurende mijn hele leven heb ik nooit een vrouw gezien die ongeluk kiger en gefrustreerder was. Ze speelde haar kinderen tegen elkaar uit. Omdat mijn oudste broer in de hongerwinter van 1945 aan onder voeding overleed, zijn we opgevoed onder een loden deken van rouw. Ik heb in alles geprobeerd niet te wor den wat mijn moeder was." Dat laatste is gelukt. Rosemarijn Milo rondde twee studies af: eerst het conservatorium (1962-1968) en ver volgens rechten (1968-1975), beide in Amsterdam. De muziek - ze is celliste - heeft ze niet verder opgepakt. De Ik heb nooit een vrouw gezien die ongelukkiger en gefrus treerder was dan mijn moeder irifwLML j advocatuur wel. Van 1975 tot 1999 is ze succesvol advocaat in Alkmaar, en bovendien rechter-plaatsvervanger van de Rechtbank Amsterdam. Frankrijk is een levenslange liefde. In 1995 kocht ze er een woning, in 2006 volgde de definitieve verhuizing. Sinds 2014 is ze gemeenteraadslid in haar woonplaats Mey. Feministe Rosemarijn Milo noemt zichzelf fe ministe. In 1970 werd haar zoon ge boren. Haar enige kind: ,,Ik heb geko zen voor de meest drastische me thode om geen kinderen meer te krijgen, een methode die mijn groot moeder - ware die beschikbaar ge weest - vast en zeker ook zou hebben toegepast: ik heb me na de geboorte van mijn eerste en enige kind laten steriliseren. Voor mij was het 'eens en nooit weer' en dat dus héél letter lijk." Naderhand heeft ze wel drie stiefkinderen helpen opvoeden. Een doodgezwegen oma intrigeert. Maar hoe breng je haar met zo weinig gegevens tot leven? Een praktische oplossing diende zich aan: ,,Brieven schrijven doe ik al mijn hele leven. Van mijn vijfde tot mijn dertiende correspondeerde ik met mijn groot vader, de weduwnaar van mijn oma Guusje. Op mijn zevende begon ik brieven te schrijven met mijn school vriendinnetje Renée. Dat doe ik tot de dag van vandaag, al 66 jaar." Het boek is geschreven in de vorm van een serie brieven van Guusje aan Agaath - een gefingeerde vriendin in Frankrijk - aan haar aanstaande echt genoot en aan haar moeder. De eerste is gedateerd 25 december 1912, de laatste 15 oktober 1918. In het voor woord zegt de schrijfster dat ze haar oma aan het woord laat ,,over de twij fels, eenzaamheid en angsten waar aan zij naar mijn stellige overtuiging ten prooi is geweest. Daarbij heb ik geprobeerd zoveel mogelijk in haar huid te kruipen en de brieven ge- donderdag 7 maart 2019 Vraatbeeld van de letterzetter. foto lucien calle Chiel Jacobusse Een tweewekelijkse rubriek over de natuur in Zeeland Jan van Damme -Rosemarijn Milo EEN VERVLOGEN DROOM 1 VERSLAG VAN EEN TE KORT LEVEN 1 y ROSEMARIJN MILO Cover van het boek van Rosemarijn Milo.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2019 | | pagina 36