PASPOORT
Nicolien Mizee
duidelijk kader, en daarmee ook een be
paalde lichtheid tijdens het schrijven. De
personages zijn gebaseerd op mijn zus en
mijzelf en onze twee beste vriendinnen.
We kennen elkaar al uit de wieg, want onze
moeders waren bevriend. Ook heb ik een
volkstuin en zijn alle personages gebaseerd
op mensen die ik ken. Ik had de poppenkast
en de poppen dus al, en ik kon er allerlei
verhalen in kwijt die ik altijd nog eens
wilde gebruiken. Ik vind het een optimis-
tisch boek geworden. Mijn man Rob denkt
daar heel anders over. Hij vindt het juist
pessimistisch, met al die mensen die in de
zon in hun idyllische tuintjes staan te rom
melen en een loodzware geschiedenis met
zich meetorsen waaraan ze niet kunnen
ontsnappen."
,,Misschien is dat interpretatieverschil een
man-vrouwkwestie? Vrouwen denken toch
al snel: kom op, we maken het gezellig, wil
je nog een kopje thee? Ken je het gedicht
De wurm van Annie M.G. Schmidt, dat
begint met 'Er zit een wurm in onze jutte-
peer'? Het gedicht eindigt met: 'Ik eet er wel
omheen'. Dat doen wij in het boek ook alle
maal: we gaan allemaal door."
Geboren
8 januari 1965
in Haarlem.
Loopbaan
Debuteert in 2000 met
de roman Voor God en
de Sociale Dienst.
Daarna volgen Toen
kwam moeder met een
mes (2004, genomi
neerd voor de Libris
Literatuur Prijs), En
knielde voor hem neer
(2006) en De halfbroer
(2015). Haar columns
over haar schrijflessen
aan de Schrijversvak
school zijn gebundeld
in Schrijfles (2009), en
haar bijna dagelijkse,
onbeantwoorde faxen
aan haar docent
scenarioschrijven
Ger Beukenkamp
werden gepubliceerd in
De kennismaking (2017)
en De porseleinkast
(2018). Over dat laatste
boek spande haar
moeder een rechts
zaak aan, die ze
verloor.
Hoe komt dat? Ik vond het ook een
monter boek.
De vraag of je je kunt losmaken van je
achtergrond of 'lot' is wel een vraag die
ZATERDAG 9 FEBRUARI 2019 33