Het jaar van EM
naar het gammele strandhuis, dat
in werkelijkheid helemaal niet be
staat.
Vlak voor ze 's avonds het po
dium van de Ancienne Belgique
opgaan worden de vier muzikan
ten en de zangeres verrast met een
dubbele platina plaat. „Die hebben
we nog nooit voor een single ge
kregen", zegt Kennis. „Ook niet in
Nederland."
Arnaert weet niet waarom Blof
het in België niet eerder voor el
kaar heeft gebokst. „Ik heb geen
flauw benul. Ik kijk erg naar ze op.
Het zijn stuk voor stuk topmuzi-
kanten die leven voor hun vak. Ik
heb me het afgelopen jaar vaak af
gevraagd waarom Blofin Vlaande
ren niet verder stond. Gelukkig
bewijzen ze het nu wel. Als ik ge
holpen heb hier de deur voor hen
te openen, is dat alleen maar mooi,
want dan is iedereen er beter van
geworden. Mijn naamsbekendheid
heeft zowel in Vlaanderen als Ne
derland ook een boost gekregen. Ik
heb het afgelopen jaar Nederland
in ieder geval heel goed leren ken
nen." Ze lacht: „Vooral de radio-
en tv-studio's dan."
Publiek
Omgekeerd heeft Blof dit jaar alle
Belgische studio's van binnen ge
zien. „Het is gek", zegt Jakobsen.
„We zijn nog aan het zoeken op
welke toon we hier het publiek
moeten aanspreken. Na zoveel jaar
worden we ineens weer gecon
fronteerd met de onzekerheden
van een band die doorbreekt. Moe
ten we hier anderhalf uur spelen,
wat in België gebruikelijk schijnt
te zijn, of gewoon langer dan twee
uur, of tweeënhalf uur, zoals wij
gewend zijn?"
Tegen de afgeladen AB zegt hij
het 's avonds zo: „Hallo allemaal.
Wij komen uit Zeeland. Dat is
dichtbij. Voor mooie concerten ga
je van daaruit naar de AB. En nu
staan we er zelf."
Voor het eerst zijn Nederlanders
niet in de meerderheid. Een week
eerder, in de Lotto Arena, was het
nog half om half, in Brussel is het
publiek voor het merendeel
Vlaams. Dat is het best te merken
tijdens Een manier om thuis te ko
men, een liedje dat Jakobsen alleen
vertolkt, zichzelf begeleidend op
een akoestische gitaar. In Neder
land zou daar doorheen zijn geou
wehoerd, hier is het muisstil.
En wat ook opvalt, in Nederland
net zo goed, is het grote aantal jon
geren bij de concerten. „Zoutelande
heeft gezorgd voor een essentiële
verjonging van ons publiek", be
aamt Slager, tijdens de rit richting
Brussel. „We zijn een gelauwerde
band. Die jonge gasten zien ons als
een soort cultuurgoed."
Voor de oudere generatie lijkt er
geen tussenweg te bestaan. Je
houdt van Blof of je haat ze. Bij
jongeren speelt dat niet. „Precies
degenen die nogal uitgesproken
zijn, de jongens van de straat, de
hiphoppers, die zeggen nu: we
vinden Blof wel cool", constateert
Jakobsen met veel voldoening.
„Dat slaat de haters helemaal voor
hun smoel."
Twee van de populairste Neder
landse rappers hebben dit jaar een
liedje van Blof opgenomen. Ron-
nie Flex heeft Omarm - 'een van
mijn favoriete liedjes of all times' -
getransformeerd tot Omarm me.
Jakobsen zingt mee, Kennis heeft
er nieuwe toetsenpartijen voor
opgenomen, maar de hiphoppro
ducers hebben ook slim gebruik
gemaakt van de oude opnamen
van Blof. „Wat klinkt die bas te
gek, zei ik toen ik het liedje van
Ronnie voor het eerst hoorde",
vertelt Slager. „Zegt die producer:
dat ben je zelf. Dat doen ze zo
knap. Bestaande opnamen zijn
voor hen materiaal waar ze een
liedje opnieuw mee kunnen op
bouwen."
En recent heeft Frenna de Kra
ker Harder dan ik hebben kan onder
handen genomen. Bij hem heet
het Regen, niet te verwarren met
het Blof-liedje met die titel. De be
tekenis is volstrekt anders gewor
den. Bij Blof zit de hoofdpersoon
in een relatiecrisis. Zijn ellende
wordt alleen maar groter. Frenna
heeft de coupletten vervangen
door eigen teksten, waardoor het
refrein bij hem ineens gaat over
een regen van geld en roem. „Ik
vind dit echt een hard nummer",
verklaart hij. „Ik heb de beat een
beetje veranderd en het in mijn
stijl omgevormd. Ik ben christe
lijk. De tekst deed me denken aan
een bijbelvers. In Psalm 23 staat:
Mijn beker vloeit over. Het regent
zegeningen. Ik ben zo geblessed
met alles wat me overkomt. Daar
ben ik God dankbaar voor."
Imago
Geen moment heeft hij zich afge
vraagd of de muziek en het imago
van Blof wel bij hem passen.
„Voor wat ze doen, hun liedjes,
hun grote shows, hun eigen festi
val, kan ik alleen maar heel veel
respect hebben. Er is veel liefde in
Nederland, maar ook veel haat. Ik
snap de mensen die Blof haten
niet. Als je niet van tomatensap
houdt, loop je toch niet de hele dag
te klagen over tomatensap? Ik hou
niet van heavy metal, maar daar
hoor je mij niet over."
Het lijkt er zelfs op dat Frenna
met de zin 'waren onder maar we
komen nu naar boven, yeah' een
hommage brengt aan nog een an
der liedje van Blof, uit dezelfde
tijd als Harder dan ik hebben kan. In
Boven zingen ze immers: 'Lang lag
ik onder maar straks kom ik
boven'. De rapper begint te lachen.
„Echt joh? Zo geniaal ben ik nou
ook weer niet. Maar de volgende
keer dat iemand me er naar vraagt,
weet ik wat ik ga zeggen, haha."
De Belgische producer Ronald
Vanhuffel, die Blof bijna twintig
jaar geleden heeft geholpen met
het opnemen van Harder dan ik
hebben kan en Boven, is ook degene
die zanger Mathieu Terryn van Ba-
zart als jongetje een gitaar in han
den duwde. De succesvolle Belgi
sche band verzorgt het voorpro
gramma van de twee grote shows
in Ahoy, waarmee Blof medio de
cember het succesvolste jaar uit
haar bestaan heeft afgesloten. „Ro-
ZATERDAG 29 DECEMBER 2018 GO
VERVOLG VAN PAGINA3
Blof en crew doen de
soundcheck voor het con
cert in de Ancienne Belgi
que in Brussel.